STAATSBLAD
TAK HBT
KONINKRIJK DER NEDERLANDEN.
(F. 451.) lt ES Ij VIT van den 16den Juli 1918, tot instelling van den Zuiderzeeraad en tot vaststelling van bepalingen betreffende dien Raad.
Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Op (le voordracht van Onzen Minister van Waterstaat van 15 Juni 1918, La. C., Afdeeling Waterstaat T;
Gezien artikel 5 van de wet van 14 Juni 1918, Staatsblad n°. 354;
Den Eaad van State gehoord (advies van 2 Juli 1918, n°. 30);
Gezien het nader rapport van Onzen voornoemden Minister van 13 Juli 1918, La. A, afdeeling' Waterstaat T;
Hebben goedgevonden en verstaan :
in te stellen een Zuiderzeeraad en voor dien Eaad bepalingen vast te stellen als volgt:
§ 1. Taak.
Artikel 1.
De Zuiderzeeraad dient de Regeering dfesgevraagd van advies en bijstand in de voorbereiding en uitvoering van werken, alsmede in de voorbereiding van de regelingen betreffende het in gebruik brengen der drooggelegde gronden.
Artikel 2.
De Zuiderzeeraad vestigt zijnerzijds de aandacht op hetgeen strekken kan tot bevordering van de voorbereiding en uitvoering van werken, alsmede tot bevordering van de voorbereiding van de regelingen betreffende het in gebruik brengen der drooggelegde gronden.
Artikel 3.
Zoo dikwijls de Zuiderzeeraad Onzen Ministers, Hoofden