doodsbericht heb ik niet kunnen ontdekken. Hij kan wat jonger geweest zijn dan Messemaker. In 1875 behaalde hij den tweeden prijs in den wedstrijd te Rotterdam. In '83 en '84 verrichtte hij dezelfde prestatie, terwijl hij in 1879 zelfs den eersten prijs won. Met het oog op zijn leeftijd begaf hij zich ongaarne buiten zijn woonplaats Rotterdam waar het schaakleven een lange reeks van jaren met zijn figuur vereenzelvigd was.

De laatste van het zestal de Haagsche kampioen H. W. B. Gifïford, een Engelschman van geboorte, die door zijn relaties met het buitenland zoo af en toe een schaakmeester naar ons land wist te lokken en achter de schermen door woord en daad veel tot de oprichting van den Bond had bijgedragen, verhuisde reeds in 1876 naar Parijs, alwaar hij aan het groote tournooi in 1878 deelnam, en o. a. een partij van Andersen won. Hij was ongetwijfeld een sterk speler, die in '73 en '75 den eersten prijs verwierf en in 1874 gelijk 1 en 2 uitkwam met de Lelie. In de beslissingspartij moest hij echter de Lelie's meerderheid erkennen.

Zoo omstreeks het jaar '80 verschenen jonge ambitieuse spelers — Morphy's in den dop — ten tooneele. Die zouden de ouderen tenslotte uit den zadel lichten, voorbijstreven. Maar daarover in een volgend hoofdstuk!

Tot besluit nog alleen dit: alhoewel niet zoo op den voorgrond tredende, stonden de navolgende spelers als flinke krachten te boek.

Verschillende van hen behaalden af en toe een prijs in onze wedstrijden.

De plaatsruimte van dit feestnummer laat echter niet toe ieders verdienste naar behooren te schetsen. Van hen zijn nog in leven de heeren Mr. C. M. Stolte te Dieren, J. G. E. A. de Vogel te 's-Gravenhage, B. van Dantzig te Rotterdam, Siebenhaar te Londen, en J. H. Sohlberg te Amsterdam. De overigen, namelijk de heeren : G. Mohr, J. L. Switzar, H. Heyermans, J. Pinedo, C. P. Hofstede de Groot, W. Kamphuyzen. E. H. E. van Woelderen, B. W. Blijdenstein, A. Polak Daniels, J. J. Veraart, J. F. Malta, Baron F. van Hogendorp, H. Kothe hebben ons reeds voor korter of langer tijd terug voor goed verlaten.

Onder de hierachter volgende partijen zal men hunne namen af en toe terugvinden.

ITALIAANSCHE PARTIJ.

No. 3. Gespeeld in den grooten Bondswedstrijd te 's Gravenhage 1873.

Wit: H. W. B. Gifford.

1. el — e4 e7 — e5

2. P gl - f3 P b8 - c6

3. L fl — c4 L f8 - c5

4. c2 — c3 P g8 — f6 Beter d7 — d6.

5. d2 - d4 e5 X d4

6. e4 — e5

Later door Oscar Cordel aanbevolen, die in zijn nieuw werk uitvoerige analyses over deze voortzetting geeft.

6 d7 — d5

7. L c4 — b5 P f6 — e4

8. c3 X d4 L c5 — b4f

9. Lel—d2 L c4 X d2f

10. PblXd2 Pe4Xd2

11. D dl X d2 Lc8-d7

12. L b5 X c6 L d7 X c6

Zwart: W. Kamphuizen.

13. 0 — 0 0-0

14. Tal - el Lc6 - d7

Stand na den 19den zet van Zwart.