betreffende circulaire ontvangen, gezien, dat de prijs hoogst modiek gesteld is en dat het tijdschrift uitkomt bij het Bondslid, den heer Kuipers, te Leeuwarden en als één man daarop ingeteekend. Den heer Masman is uit de kas in geld ter hand gesteld f 50.— en f 30.— voorloopig voor ons uitgespaard. De 40 overige guldens zijn aangewend tot aankoop voor den Bond van eene hoogst aanzienlijke hoeveelheid boeken en tijdschriften uit de bibliotheek van den heer W. J. L. Verbeek, waaronder een complete Sissa en de Duitsche Schachzeitung tot 1874. Van de verzameling, die nog met een paar presenten is vermeerderd, geven wij later eene volledige lijst.
En in het Jaarboekje van 1879:
.... De heer Kuipers te Leeuwarden zou uitgever zijn en het tijdschrift kosten f 1.25. Dit kwam reeds voor te weinig te zijn en heeft misschien ook geleid tot mislukking, althans de zaak schijnt opgegeven en den Secretaris is geen antwoord van den heer Masman geworden op zijne vragen, wat het Bestuur hierover moest mededeelen ter vergadering te Rotterdam, noch wat hiervan kon worden gezegd in het Jaarboekje, noch om eene lijst of catalogus onzer boekwerken ; misschien heeft de heer Masman gerekend op meer medewerking dan hem ten deel viel en zeker zijn het oprichten en voortdurend redigeeren van zulk een tijdschrift niet gemakkelijk ; maar voor dit alles is te Amsterdam in 1878 behoorlijk gewaarschuwd.
Hiermede scheen de Bond voorloopig genoeg leergeld te hebben betaald aan zijn „Orgaan." Althans het blaadje Morphy, dat in 1886 en 1887 te Amsterdam verscheen werd niet met een zoodanigen titel verrijkt, maar gedurende één jaar met een geringe som gesubsidieerd.
Het jaar 1892 bracht het belangrijke besluit, dat de Bond zijn eigen orgaan zou uitgeven en den lsten Januari 1893 verscheen het eerste nummer van het Tijdschrift van den Nederlandschen Schaakbond.
De Bond krijgt rechtspersoonlijkheid. Op de algemeene vergadering te Groningen, 5 Augustus 1900 gehouden, werd een bestuursvoorstel aangenomen om Rechtspersoonlijkheid voor den Nederlandschen Schaakbond aan te vragen en in verband hiermede bracht het Bestuur op de algemeene vergadering te Haarlem 28 Juli 1901 een ontwerp ter tafel betreffende Statuten en eene Reglementswijziging, die alle onveranderd werden goedgekeurd.
Bij de overlegging dezer Statuten aan Hare Majesteit de Koningin bleken er echter aan het Ministerie van Justitie bezwaren tegen eene goedkeuring te bestaan; althans in een schrijven van dit Departement dd. 18 November 1901 No. 140 werd aan het Bondsbestuur bericht, dat alsnog behoorde te worden vermeld de verschillende soorten van lidmaatschap benevens de wijze, waarop deze verkregen en verloren worden en dat in verband daarmede art. 8 wijziging behoeft, terwijl het wenschelijk is in de Statuten te vermelden, met welke meerderheid van stemmen tot wijzigingen in de Statuten kan worden besloten.
Het Bestuur schreef daarop op Zondag 19 Januari 1902 te Amsterdam een buitengewone algemeene vergadering uit, waar een nieuw concept, door het Bestuur voorgesteld, werd aangenomen en ter voorkoming van verdere stagnatie het Bestuur werd gemachtigd eventueele verdere wijzigingen, die door het Departement van Justitie ter verkrijging van koninklijke goedkeuring, noodig geacht mochten worden, aan te brengen zonder daartoe weder een Buitengewone Algemeene Vergadering uit te schrijven.
Dit laatste besluit bleek noodig te zijn. Bij vergelijking van het Concept aan de Algemeene Vergadering te Amsterdam aangeboden (Zie bl. 241, 242 en 243 van Jaargang 1901) met de Statuten, zooals die koninklijk werden goedgekeurd, blijkt opnieuw verschil te bestaan (7 April 1902 No. 44 Staatscourant No. 91).
Deze statuten zijn tot heden toe onveranderd gebleven.
Kampioenschap in Nederland. Reeds meermalen waren er stemmen opge-