No. 18 (Hermia). De jury betreurt het, dat zij dit probleem niet den len prijs heeft kunnen toekennen. Het variantenspel, de matstellingen — het is alles keurig, doch de jury is er beslist van overtuigd, dat de opgave beter zou kunnen geconstrueerd worden, door den witten koning te plaatsen op a7, waardoor duals zouden vermeden zijn; zij acht dit een kleine fout in de constructie.

No. 36 (Gero). Zonder twijfel de geestigste opgave van het 50-tal. Het probleem zou op één lijn staan met No. 12, indien de toren op g3 minder ver verwijderd ware van de vuurlinie. Nu zal de oplosser a. h. w. instinctmatig dezen toren aanvatten, om er den sleutelzet mee te doen. In No. 12 is de witte toren verreweg beter geposteerd. Ook is de opgave niet vrij van duals, b.v. na 1 . .. Kc8 en na een paar andere zetten. Deze vlekjes waren evenwel voor de jury geen reden om No. 36 lager te stellen, omdat het geestige spel na 1 ... Tc2 en 1 ... b2 haar volle sympathie heeft.

No. 13 (Barcarolle 2). Een probleem met veel gebruikt materiaal van wit: dame en paarden. In zekeren zin een waagstuk van den auteur, om met zulk veelvuldig aangewend geschut mede te dingen in een ernstigen wedstrijd. Toch moet gezegd, dat de componist uitstekend werkt met de witte strijdkrachten. Vooral het spel na 1 . .. Ke4 : en .. . fe4 : is uitnemend. Een sterke verleidingszet is 1. Pe2 : De auteur geeft blijk van handigheid door het aanbrengen van den zwarten pion op e2, die de nevenoplossing 1. Ke7 verijdelt en tevens de tweevoudige voortzetting op den derden zet in de dreigvariant tot een unicum beperkt. De zwarte pion op h6 scheen in het eerst de jury ongemotiveerd, doch bij nader inzien kwam zij op de gedachte, dat deze pion dient, om de triple-voortzetting te vermijden op den derden zet in de variant 1 . .. f4. Menig componist zou dezen pion weggelaten hebben, maar de jury wil deze zaak beschouwen als een kwestie van smaak, waarover niet valt te twisten Een vlekje is, dat na 1 ... Ke6 een tweezettig mat volgt.

No. 31 (Roodkapje I). Zeer zeker een goed probleem, welks sleutelzet evenwel de jury minder goed vond wegens het bestrijken van het veld f4. Er zijn een paar storende duals, zooals na 1 ... De6 (2. DeS-}- en 2. Dc2-j-) en na 1 . .. Pd7 (2. Df4f en 2. Dc4f).

No. 26 (Zephyr). Dit probleem heeft zijn hooge plaats vooral te danken aan een paar sterke verleidingszetten : 1. Df2 en 1. Td4. Er is een storende dual na 1 . .. Lf3.

No. 48 (Eersteling). De sleutelzet is goed en het spel na 1 ... h4 is interessant. Over het algemeen laat de economie te wenschen over.

Ten opzichte van der Bijzondere Vermeldingen wenscht de jury een oogenblik de aandacht der lezers te bepalen bij No. 49 (Cobus). De Heer Alain C. White maakte de Jury opmerkzaam op het volgende probleem van H. Hjorth (Skakbladet Juni 1911), dat als een voorganger zou kunnen beschouwd worden van No. 49. De stand van het probleem van Hjorth is als volgt:

Wit: Kb4 ; Th7 ; Lc6; pi. d4 ; e6 ; f3. Zwart: Kd6 ; pi. d5 ; f5. Mat in 3 zetten.

Opl. 1. e7 enz. De opgave komt voor in: The theory of pawn promotion. No. 30b). De jury vond geen reden, om No. 49 te disqualificeeren wegens groote overeenkomst met deze opgave.

Probleem No. 38 (Moderato) ware beslist hooger uitgekomen, indien er niet een storende dual ware na 1 ... Pe2.

Aan het einde van haar taak gekomen, betuigt de jury haar hartelijken dank aan allen, die hebben medegewerkt aan het welslagen van den wedstrijd.

De Jury,

JOS. DE KONING.

Amsterdam, Maart 1913. L. A KUIJERS.