het aan ons spel niet bekende publiek. Wanneer men echter een grote zaal neemt en in het midden ontruimt, alwaar men het bovenstaande bord plaatst met 2 secondanten er bij, kan men daarop een partij laten volgen van b.v. de 2 voornaamste spelers van het tournooi (b.v. Roozenburg—Keiler). Men maakt dan alles, vooral voor het pu-

dat wij veelal meemaakten en die spoedig, bij snel spel, in de war raakten. Verder mag men flink zichtbare naamborden bij de kleuren niet vergeten, daar het publiek anders de secondanten voor de spelers aanziet, iets waaraan men onwillekeurig niet denkt. Wij durven iedere ondernemende club te garanderen dat een dergelijke demonstratie een

bliek, nog interessanter door de schijvenverplaatsende secondanten te voorzien van koptelefoons, waarvan de draden naar het podium der spelers lopen, alwaar de wedstrijdleider of een andere 3e man door een microfoon de zetten doorgeeft. De laatstgenoemde man moet een accuraat werkende geest zijn, en niet van het soort mensen,

enorm succes zal hebben, terwijl zij veel een voudiger uit te voeren is dan openluchtdamspelen, waarvoor men een enorme organisatie, 40 jongens of meisjes en dan nog kleding (wit, zwart) nodig heeft. Gaarne zullen wij foto's inwachten van demonstratie's in deze geest in Nederland gehouden.

J. J. H. M.

BUITENLAND

! = Adres : Hoofdredactie = 1

Deze rubriek wordt voorlopig waargenomen door de Hoofdredactie.

JOSEPH VARDON De bekende dam-redacteur van de Maasbode en Bondsere-lid H. J. v. d. Broek te Rotterdam stelt in het nummer van 7 December van genoemd blad de vraag: Wie was Joseph Vardon ?

Hij beantwoordt deze vraag als volgt :

In de jaren 1890— 1910 werd het damspel in Frankrijk veel beoefend. Echter, er bestond geen organisatie. Hoogstens een vijftiental dammers had met elkaar contact, dank zij het maandblad ,,Le Jeu de Dames van Leclercq, dat ieder jaar een correspondentiewedstrijd uitschreef, waaraan zes tot acht Franse spelers deelnamen. In 1903 ■— dit blad telde toen reeds 10 — zegge tien — abonné's in Nederland — namen ook Nederlandse dammers deel, o.a. C. G. Vervloet, later voorzitter van de Nederlandse Dambond, Jac de Bruyn en schrijver dezes. En