de verhouding van christendom en politiek. Welke rol speelt hierbij de kerk? Bij Rome wordt hier de koninklijke machtsoefening onder hiërarchisch bestel sterk geaccentueerd, terwijl bij de protestanten het profetisch-waarschuwend getuigenis een hoofdrol speelt, waar ieder democratisch gelijke rechten heeft, zonder dat zijn getuigenis ’n kerkelijk ~imprimatur” behoeft te passeren, als het maar bijbels verantwoord is.

Vanuit de gezichtshoek van het persoonlijk getuigenis ook in het politieke leven, geloof ik dan ook dat de doorbraakgedachte veel meer wezensverwant aan het protestantisme is, terwijl de vorming van kerkelijke (chr.) partijen, noodwendig verbonden met machtsvorming, meer affiniteit met de roomse denkwijze toont.

Bij Rome bestaat het gevaar in de stroomversnelling van ’n machtsvorming terecht te komen, waarbij men heerst weliswaar om te dienen, maar de paradox van het dienen om te heersen uit het oog wordt verloren.

De protestant loopt het gevaar, onder de indruk van Luthers woord: „geen aardse macht begeren wij,” zich in individualisme te verliezen of schuw te worden voor elke politieke bedrijvigheid,

Hier moet ruimte zijn Voor ’n betere weg. Het is altijd weer verleidelijk om in de verhouding van kerk en politiek zich te vergrijpen aan drukoefening, sancties, uitbanning, waar geestelijk gezag wordt ingeruild voor machtsmisbruik. Met al dergelijke maatregelen zal de R.K. Kerk bij de massa altijd meer indruk maken en een geloof, dat gehoorzaamheid jegens God gelijkstelt met de onderworpenheid aan de menselijke instantie, die Hem in trouwe vertegenwoordigt, zal er altijd weer voor buigen.

Voor de protestant, die zich eerst op de bijbel beroept, blijft de geschiedenis van de verzoeking in de woestijn altijd weer ’n duidelijke wegwijzer, als hij een uitweg zoekt tussen machtsvorming enerzijds en het waagstuk van het geloof alleen, anderzijds. M. v. d. V.

EEN JONGELING ZAG TOE fragment van eenjjijhels fresco Joor Sandra Botticelli (1444-1510)

Godsdienstig leven in Suriname

E

Tot de interessantste gebouwen van Paramaribo behoren ongetwijfeld de beide synagogen, het mooie grote gebouw van de Hoogduitse Gemeente in de Keizerstraat en het kleinere gebouw van de Portugese Gemeente in de Herenstraat, kleiner en eenvoudiger, maar toch van een wonderlijke bekoring. De ene week is er dienst in het ene gebouw, de andere week in het andere. Wanneer je er Vrijdags- of Zaterdagsavonds langs komt, dan blijf je onwillekeurig even staan: de lichtkronen daarbinnen en het gezang verplaatsen je in een andere wereld.

De geschiedenis van Suriname is nauw verbonden met die der Joden. Het dialect van Saramacca en Boven-Suriname, het Saramaccaans, heeft nog tal van Joodse en Portgese uitdrukkingen, waardoor dit dialect zich sterk onderscheidt van het Neger-Engels uit de andere delen van Suriname. Dat herinnert ons aan de sterke economische positie, die de Portugese Joden innamen met hun plantages, eens in een ver verleden.

Een groot deel van de Joden is geassimileerd. In de christelijke kerken komen we tal van Joodse namen tegen, waarvan de dragers zich soms nauwelijks bewust zijn van een Joods verleden. Er zijn tijden geweest, waarin de overgang naar het christendom zich bijna en masse voltrok. Een deel echter bleef Jood. De beide gemeenten tellen thans ongeveer 500 leden, waarvan het grootste gedeelte tot de Hoogduitse Gemeente behoort.

Toen de Hoogduitse Gemeente de grote synagoge in de Keizerstraat van de Portugezen overnam, werd de bepaling gemaakt, dat men in de synagoge ook na de overneming de Portugese (Sefardische) uitspraak van het Hebreeuws zou volgen*). De verschillen tussen Hoogduits en Portugees zijn hier dan ook kleiner dan die in Nederland. Wat een buitenstaander misschien het meest opvalt, is de voorbede voor het vorstelijk huis, die in de Portugese synagoge in het Portugees geschiedt.

Natuurlijk is het verschil in afkomst niet met één slag weggenomen. De verschillen mogen gering schijnen, geschillen zijn er gebleven. Voor ons zijn ze niet belangrijk.

Er bestaat hier nog een stuk Jodendom, waaraan de stormen van Midden-Europa in eerste instantie voorbijgingen. Wel verloren verscheidene families bloedverwanten in Nederland. Maar de gemeenten in hun geheel bleven gespaard.

Jodendom in het isolement. Met een eigen traditie, met eigen vormen en gebruiken. Dat geeft wel eens moeilijkheden. Wat is nu precies orthodox: de opvatting van de Surinaamse Joden, of die van het wereldjodendom? Het heeft aan conflicten niet ontbroken.

Maar ons als buitenstaanders vallen deze dingen niet op. Ons treft de zang in de synagoge; voor ons is het telkens weer een bijzondere belevenis, als we een dienst bijwonen.

Toen ik voor de eerste maal een dienst bijwoonde, ging alles goed. En de tweede en derde maal ook. Maar of het de zesde of zevende keer was, weet ik niet precies, maar toen vergat ik mijn hoofddeksel mee te nemen. Mijn vrienden, ook mijn Joodse