voorshands nog te veel beschouwd als een noodzakelijk kwaad en nog niet algemeen is het inzicht, dat dergelijke, de lichttoetreding belemmerende uitbouwsels, uit den booze zijn.
Veel bewoners zijn nog gesteld op hun ~vrijheid” en geven aan een achtertuin, besloten tussen uitbouwsels en schuren, de voorkeur boven een overzichtelijk en geordend geheel; dit wenst men wel aan de voorzijde, maar aan de achterzijde der woningen vindt men de ordening niet zo nodig. Verbetering in deze thans nog vrij algemeen voorkomende toestand kan alleen verkregen worden door de nodige bergruimte binnen de woningen te maken; dit eist bredere woningen die de stichtingskosten verhogen, en zal daarom op betere tijden moeten wachten.
De indeling der woningen wijkt niet af van de gangbare typen.
Ter verkrijging van betere ruimtewerking bij de eengezinswoningen zijn de beide vertrekken van het plan begane grond zoveel mogelijk tot één ruimte samengevoegd; het maandblad van de Plaatselijke Culturele Commissie te Delft zegt hiervan:
~De oplossing van de woonruimte is heel goed. Gebroken is met de gedachte van een huiskamer en een ~voorkamer”. In vele arbeiderswoningen is de z.g. voorkamer zó klein, dat hij voor bewoning ongeschikt is. Uit practisch oogpunt bezien is zo’n voorkamertje meestal verloren ruimte. Deze architect heeft nu de traditionele twee vertrekken, die vaak elk te klein zijn. tot één woonruimte gemaakt. Door het inhouwen van de keuken is deze ruimte verdeeld in een breder gedeelte aan de straat en een smaller gedeelte
Situatie
achter. De stookgelegenheid en een halfingehouwde kast verdelen deze ene ruimte verder in twee afdelingen. De herinnering aan de voor- en achterkamer is gebleven, maar de scheiding ertussen is vervallen.
Deze nieuwe stijl van woonkamer eist een enigszins andere manier van meubileren en van bewonen. De gewone manier van meubileren in een meer vierkante kamer is: een tafel in het midden, de stoelen eromheen, een grote lamp erboven en langs de wand een buffet, piano, boekenkast, theemeubel of radiokastje. Deze woonkamer verlangt een heel andere schikking van de meubels. De eettafel in een hoek van het achtergedeelte, dicht bij de keuken, een vaste bank langs de wand daarachter, lampen hoog tegen de zolder, zodat de middenruimte zoveel mogelijk behouden blijft; een kleine tafel in het brede voorgedeelte, een zitje in de hoek bij het raam, verder niet teveel meubels; een speelhoekje voor het kleine kind met enkele kleine kleurige kindermeubels, zo is van deze woonruimte een alleraardigst gezellig interieur te maken. Zo gemeubeld zal blijken, dat deze kleine kamer een grote ruimte heeft.
Als dan de wanden sober en smaakvol behangen worden met platen of prenten zonder grote pompeuse lijsten, blijft de indruk van een rustige, goed verdeelde ruimte behouden. De architect heeft het voorbeeld gegeven, door vlakke deuren zonder panelen, in één kleur aan te brengen. Het behang vormt ook een rustige achtergrond. De passende wandversiering zal dus een andere moeten zijn dan levensgrote portretten met brede paspartouts en zware lijsten.
Het prachtige grote, onverdeelde lichtraam in de voorgevel verlangt ook een geheel andere aankleding dan rolgordijnen, vitrages en overgordijnen. Laat de zon in Uw woning. Behang het lichtvink niet al te veel met lappen, plooien en franjes.”