AMSTELÜDAMUM

HEï REVEIL-ARCHIEF De hier bedoelde stichting heeft sedert enkele jaren voor hare bezittingen en bruikleenen een vertrouwde behuizing gevonden inde Universiteits-Bibliotheek, onder toezicht van den bibliothecaris prof. dr. J. S. Theissen en de dagelijksche zorg van den ambtenaar J. N. Jacobsen Jensen. Daar ter plaatse was inde kaartenzaal op 19 Februari en volgende dagen, een belangwekkende tentoonstelling ingericht van Réveil-archivalia, portretten van persoonlijkheden die in deze godsdienstige- en literaire beweging op den voorgrond zijn getreden, van boeken en curiosa. Zij was bijeengebracht door de secretaresse van de stichting, mej. M. E. Kluit, een achterkleindochter van Willem de Clercq. Naar tijdsorde waren er herinneringen aan de leerlingen van Bilderdijk, toen hij te Leiden zijn privatissima over vaderlandsche geschiedenis gaf. Vervolgens portretten en geschriften van de gebroeders D. en W. van Hogendorp en van den jongen Capadose, van Carbasius, Bodel Nijenhuis e.a. Uit later tijd vele portretten en documenten ter herinnering aan mannen als Heldring, Beets, Borger, Gewin, Elout van Soeterwoude, Mackay, Gefken, Brummelkamp, Schoften e.t.q. Van den dichter Is. da Costa was het handschrift aanwezig van den „Slag bij Nieuwpoort”, evenals zijn door Pieneman geschilderd portret. Bovendien het handschrift van Willem de Clercq’s dagboek, en het manuscript van zijn bekroonde prijsvraag, welke door Allard Pierson is uitgegeven. Het tweede gedeelte is gewijd aan den tijd van de vereeniging „De Christelijke Vrienden” waarin ds. O. G. Heldring de domineerende figuur is geweest en die betoogde de Réveil-gedachte toe te passen bij Christelijk-philanthropischen arbeid. Het derde gedeelte betrof de politieke gevolgen van het Réveil, in het bijzonder de wordingsgeschiedenis van de anti-revolutionnaire partij, waarbij het wetsontwerp voor het lager onderwijs door het kabinet-Van Brugghen. Inde algemeene vergadering van de stichting, op 19 Februari, heeft prof. dr. C. Gerritsen uit Utrecht een causerie gehouden over restauratie en romantiek in Nederland. MEDEDEELINGÈN VAN HET BESTUUR Contributie Op verzoek van den penningmeester wordt de uitnoodiging aan donateurs en leden herhaald, om ter vereenvoudiging en ter verlichting van incassokosten, liefst spoedig, hun contributie te doen toekomen aan notaris C. G. Pouw, Vossiusstraat 3, Postgiro nr. 52391, of Gemeente-Giro nr. A 65. Het Jaarboek voor 1934 Het 81ste Jaarboek zal buiten de verslagen en andere vaste rubrieken, o.a. bijdragen bevatten van de volgende medewerkers: C. G. ’t Hooft, De kaart van Cornelis Anthonisz.; prof. dr. G. G. Kloeke, De Amsterdamsche volkstaal; wijlen dr. Joh. C. Breen, De omgeving van de Haarlemmerpoort; drs. L. Hirschel, Hebreeuwsche typographie; mr. H. F. Wynman, Portretten van Rembrandt; dr. J. G. van Dillen, Een figuur op de Nachtwacht; A. M. Yaz Dias, Een memorie van Mirabeau; dr. W. J. Koppius, Een Amsterdamsche uit het laatst van de 18e eeuw; J. F. L. Balbian de Verster, Rutger Jan Schimmelpenn'nck en de zijnen, een schilderij in het Rijksmuseum; dr. Leonie van Nierop, Gegevens over de Amst. nijverheid; dr. M. G. de Boer, voorgeschiedenis van het Merwedekanaal. Nieuwe leden De volgende dames en heeren, door het bestuur benoemd, hebben hunne benoeming aanvaard en zijn met ingang van 1 Jqpuari .tot; het Genootschap toegetreden als gewone leden: de dames dra. M. J. van de Biggelaar, L. J. M. Kleijn, C. M. Th. Mohr, G. Noyon en de heeren dr. Th. Beyerman, G. R. van Diepenbroek, W. van Dijk, A. Édel, A. van der Goot, ir. G. Hajonides van der Heulen, ir. W. B. I. Hofman, dr. P. C. Knook, J. M. de Koster, W. H van der Linden, L. Noteboom, dr. H. Querido, E. Roodbergen, C. J. Schmeink, ds. G. J. Sirks, K. Toornstra, H. C. Wigt (’s Gravenhage), M. Willemsen.

32