AMSTELODAMÜM
eenvoudige huisje is indertijd door D. C. Meyer Jr. aangewezen op de groote prent van de werf, voorkomende bij Commelin („het Amsterdamsche Czaar Peterhuisje”, Eigen Haard 1897). Een gedeelte van die prent is hierbij afgebeeld, waarop het huisje inden linker bovenhoek voorkomt.
Ruim vier maanden heeft Peter hier gewerkt en zelf een fregat voor de Compagnie ontworpen en gebouwd, dat gedoopt werd met den naam „Peter en Paul” en in het voorjaar van 1698 op het IJ in dienst gesteld. In het Nederlandsch Historisch Scheepvaart Museum is van die gebeurtenis een fraai schilderij van A. Storck. Bij de voltooiing gaf Gerrit Claesz Pool, meester scheepstimmerman van de Compagnie en baas van de werf, zijn ijverigen leerling een merkwaardig getuigschrift, ten name van Pieter Michaëloff, dat (althans vroeger) te Moscou werd bewaard. Het verblijf op de werf werd eenige malen onderbroken door uitstapjes o.a. naar Utrecht, waar Peter door Witsen vergezeld, zijn eerste ontmoeting had met den Stadhouder, en door de herhaalde zeilpartijen met spiegelgevechten, welke te zijner eer werden gegeven en waarbij hij alle geheimzinnigheid liet varen. In die dagen is hij in betrekking gekomen met den equipagemeester bij de Amsterdamsche admiraliteit, Cornelis Cruys, die in zijn zeedienst is overgegaan en als admiraal de grondlegger is geworden van de Russische zeemacht. In het laatst van het jaar is hij met de geheele ambassade meegegaan naar Den Haag, voor de laatste onderhandelingen met de Staten-Generaal. In Januari 1698 vertrok Peter naar Engeland waar hij door de zorg van den Koning-Stadhouder weder ongestoord kon werken,
26
Fragment van de groote prent van de Compagnieswerf in Commelin’s stcdebesehrijving. Inden linkerbovenhoek het tegen de lijnbaan aan gebouwde huisje waarin „Pieterbaas”, in het laatst van 1697 vier maanden heeft gewoond.