AMSTELODAMUM

activiteit zijn 65en verjaardag vieren. Het verslag herhaalt den reeds in bestuurskring uitgesproken wensch, dat van zijn onvermoeibare en de jaren tartende kracht ook Amstelodamum het genot moge blijven trekken. Het verslag eert ook de groote verdiensten van den beschermheer van het Genootschap, burgemeester de Vlugt, die onlangs zijn koperen ambtsfeest mocht vieren. Het verklaart het als een bijzonder voorrecht te beschouwen, dat de burgemeesters van Amsterdam steeds bereid waren als beschermheer van het Genootschap op te treden, daarmee als ’t ware officieele sanctie verleenend aan het streven, neergelegd inde statuten: de bevordering van de kennis van verleden èn heden van Amsterdam. In het verbinden van het een met het ander ligt de kracht van het Genootschap, teekent zich zijn eigen karakter af. Ook uit de cijfers van de rekening en verantwoording, van den penningmeester, notaris C. G. Pouw, blijkt, dat het Genootschap, hoewel in vrij geringe mate, de gevolgen der crisis ondervindt. Aan contributies werd iets minder ontvangen, nl. ƒ 10.047, tegen / 10.652 in 1932 en / 11.289.50 in 1931. Het batig saldo der rekening vermeerderde intusschen toch van ƒ 2731 tot ƒ 3620, bij een totaal aan ontvangsten van / 16.304. De balans wijst een bedrag van / 20.954 aan. De voorzitter dankte den 2en secretaris en den penningmeester voor hunne bemoeiingen. Laatstgenoemde werd, overeenkomstig het rapport van de commissie tot het nazien van de rekening en verantwoording, de heeren J. Carels Jr. en Driessen, gedechargeerd voor het door hen gevoerde beheer. Op voorstel uit de vergadering werden de periodiek aftredende bestuursleden, de heeren J. E. J. Bonnike, C. G. ’t Hooft en J. F. L. de Balbian Verster bij acclamatie herkozen. De eerste twee aanwezigen verklaarden zich bereid hunne herbenoeming aan te nemen; aan den heer Verster, die verhinderd was aanwezig tel zijn, zal van zijne herbenoeming worden kennis gegeven. Bij de rondvraag bracht de heer Nord Thomson een denkbeeld ter sprake dat reeds vroeger door hem in overweging is gegeven, nl. om op de hoeken van de straten bordjes te doen aanbrengen, vermeldend jaartallen en eenige bijzonderheden omtrent de(n)gene, naar wie(n) de straat genoemd is. C.q. gaf hij in overweging een soort van vademecum uitte geven, waarin biographische bijzonderheden als hiervoor bedoeld, worden vermeld. De voorzitter verklaarde dat eerstgenoemd denkbeeld al eens met sympathie in het bestuur besproken is, maar dat het Gemeentebestuur pécuniaire bezwaren tegen uitvoering had, bezwaren die nu zeker niet verminderd zijn. Wat aangaat het tweede idee herinnerde hij eraan dat er reeds zulk een boekje bestaat, nl. dat van Marg. van Gelder: „Amsterdamsche straatnamen”. Te overwegen ware het uitgeven vaneen herdruk of aanvulling, bijgewerkt tot op dezen dag. De heer Sickler betoogde de wenschehjkheid om de vele palen voor allerlei doeleinden welke de gemeente langs ’s heeren wegen opricht, zooveel mogelijk te vereenigen, eene wenschehjkheid die de voorzitter beaamde. Het bestuur zal er nog eens zijne aandacht aan wijden. Op eene vraag van hetzelfde lid wegens de zaak-van Houten antwoordde de voorzitter, dat juist den vorigen dag de Rechtbank uitspraak heeft gedaan in het voordeel van den eischer. Het bestuur zal zich, na kennisneming van het vonnis, moeten beraden over dein te nemen houding. Daarbij komt vanzelf de vraag ter sprake of men al dan niet in hooger beroep zal gaan. De heer Kip gaf in overweging te berusten in het vonnis en aldus een eind te maken aan deze onverkwikkelijke geschiedenis. De heer Hartmans vroeg of de klapper-van der Bijll nu werkelijk, zooals in het verslag staat, zijn beslag zal krijgen. De voorzitter antwoordde dat dit inderdaad inde bedoeling van het bestuur ligt. De heer Janus vestigde de aandacht op de veiling van den inboedel van de St. Catharina Kerk op den Singel, op Maandag 29 Januari, en betoogde de wen-