ven over diverse aangelegenheden gingen bovendien van het bureau uit. Herhaaldelijk werd advies verstrekt over aan te schaffen projectoren, terwijl gerezen moeilijkheden tussen scholen en de Nederlandse Onderwijs Film werden opgelost. Wij laten hieronder een overzicht volgen van de aanmeldingen van scholen, de verdeling naar de aard van het onderwijs, alsmede een bevolkingsoverzicht.

Slot-overzicht der aanmeldingen van scholen Actie 1954

Totaal ingeschakelde scholen 1.166 Totaal aanwinsten over 1954 111 Totaal afmeldingen over 1954 88

Verdeling naar de aard van het onderwijs

Lagere scholen 818 V.G.L.O. scholen 73 Muloscholen 132

8.L.0. scholen 65 Nijverheidsscholen 57 Middelbare scholen 1.166

Bevolkingsoverzicht

Scholen met O—loo leerlingen 199 14.421 „ „ 101—300 leerlingen 714 138.394 „ „ 301 en meer leerlingen 253 102.114 1.166 254.929

Ter vergelijking geven wij hieronder de slot-overzichten der aanmeldingen van scholen, aangesloten bij de Stichting voor de Protestants-Christelijke Onderwijs Film en bij de Stichting Onderwijs Film voor de Openbare en Neutraal-Bijzondere Scholen.

Stichting voor de Protestants-Christelijke Onderwijs Film

Totaal ingeschakelde scholen 1.015

Verdeling naar de aard van het onderwijs

Lagere scholen 817 V.G.L.O. scholen 16 Muloscholen 127

8.L.0. scholen 30 Nijverheidsscholen 19 Middelbare scholen 6 j Qjs

Bevolkingsoverzicht Scholen met o—loo leerlingen 231 16.070 „ 101—300 leerlingen 636 119.875 „ „ 301 en meer leerlingen 148 58.047 1.015 193.992

stichting Onderwijs Film van de Openbare ert Neutraal-Bijzondere Scholen

Totaal ingeschakelde scholen 1.649

Verdeling naar de aard van het onderwijs

Lagere scholen 1.328 V.G.L.O. scholen 42 Muloscholen 121

8.L.0. scholen 58 Nijverheidsscholen 68 Middelbare scholen 1.649

Bevolkingsoverzicht

Scholen met O—loo leerlingen 571 36.028 „ „ 101—300 leerlingen 924 173.872 „ „ 301 en meer leerlingen 154 59.712 1.649 269.612

Zoals reeds is opgemerkt, is het aantal scholen in het verslagjaar wederom toegenomen. Het aantal Middelbare Scholen is echter ten opzichte van 1953 met 6 gedaald. De oorzaak hiervan moet worden gezocht in het feit, dat de Nederlandse Onderwijs Film in het Verleden haar aandacht voor het grootste gedeelte had gericht op de Lagere Scholen, waardoor de Middelbare Scholen in het gedrang kwamen. Op de Middelbare Scholen hecht men bovendien meer waarde aan de geluidsfilm dan aan de z.g. stomme film. In het verslagjaar is de Nederlandse Onderwijs Film begonnen met de geluidsfilmproductie en is tot stand gekomen de film over het leven van Joost van den Vondel. Bovendien zijn een 20-tal geluidsfilms aangekocht, alle bestemd voor de Middelbare Scholen. In de bestaande filmotheek zijn bovendien meerdere films opgenomen, die ook op de Middelbare Scholen gedraaid kunnen worden, b.v. de biologische films, die van een uitzonderlijke kwaliteit zijn.

De Onderwijs Film doet derhalve al het mogelijke om de achterstand op het gebied van het Middelbare Onderwijs in te halen en de Middelbare Scholen zouden zich derhalve thans moeten aansluiten, indien zij de film als leermiddel wensen in te voeren.

Ten aanzien van de Nijverheidsscholen moge worden opgemerkt, dat in de naaste toekomst de filmotheek aanzienlijk zal worden uitgebreid met films over dit onderwerp.

De redenen, waarom de 82 overige scholen bedankt hebben, zijn : voor het grootste gedeelte (34 %) gebrek aan ruimte, 23 % wegens financiële moeilijkheden en 14% voorkeur voor het stilstaande beeld; 29% heeft op het daartoe gedane verzoek geen reden opgegeven waarom zij afzagen van de onderwijsfilm.