Ten slotte een enkel woord over de gevolgen der behandeling.

Ten einde een zoo juist mogelijke statistiek te verkrijgen van den tijd, gedurende welken de behandeling haar heilzamen invloed deed gelden, is geen rekening gehouden met de gevallen, welke later niet meer onderzocht zijn. Verder zij nog opgemerkt, dat wanneer een persoon andermaal in behandeling kwam, de gevolgen niet op rekening van de eerste, doch van de laatste behandeling gebracht zijn.

Op 100^ doorloopend behandelde en nader onderzochte personen o ® l|'§ s {De 100 personnes traitées continucllement et examinees de nouveau)

r.'^

aoS-So rSS- O) fee o bo >o ® 'ö «o <d "P co o?

mB S M £ 2 § <■§

© * > £ ^ ~ ~ ^ ^ 'S ® ^ ^ grö 9^*^ «

'^111 11 £. II * !&_! I&5 |

Sc.^2 -r ia~ -r SC© m

5IEKTEGROEPEN EN gjO2^ tW!§ % | i ~J f ^ | & S1

geslacht der | gj| ïgt ^ s-s^ -~j ^ -_g ~S g

■behandelden. |||ei rlf.e| 5fi|| 351 11 3£|| -til *tl| s

C £ o "£1,5 ö ffl o £ ^ £ o £ ~ ^Sï §2'E 01

a« a 21 til J"".»8 |UMS8 JEè8 1E^8!E^S |

O S w O

in het jaar (in) tot het einde van ijusqu' d la fin de) 15

1904I190511906 1907 1908 lS'J4-|l905 1900 1907 1908 1905'l906 1907 1908 190G 1907 1908 1907 1908 1908

|ö . .5,1 Mannen. 79 81 82 81 81 73 Cl 53 48 44 7G 63 54 49 77 65 55 77 65 77 H. j ~e

IjlK-25 jVrouwen. 81 83 85 84 86 76 66 59 55 51 78 67 60 55 81 70 63 80 69 82 F. 1 §

»jps j 1 Mannen. 78 81 82 83 82 69 59 53 51 48 74 63 58 55 75 65 59 78 67 77 H. 1g> s g © s g tp c \ p g.

ï ! i I Vrouwen. 82 83 82 84 83 74 64, 59 56 54 77 67 62 58 77 68 62 79 70 79 F. \ $ 8

Ongevallen van het spoorwegpersoneel in Engeland gedurende 1908. ')

(Les accidents du personnel des chemins de fer en Angleterre pendant 1908.)

Blijkens het jaarverslag der spoorwegongevallen, gedurende 1907 in GrootBrittannië en Ierland voorgekomen, was het aantal personen, werkzaam bij de spoorwegen (arbeiders in dienst van aannemers inbegrepen), dat in 1908 bij ongevallen gedood of gewond werd, resp. 382 en 5 140 (in de 10 voorgaande jaren gemiddeld resp. 474 en 4 314). Is dus het aantal ongevallen met doodelijken afloop gedaald, dat der ongevallen met niet-doodelijken afloop is blijkbaar belangrijk gestegen. Voor een groot gedeelte moet dit laatste echter worden toegeschreven aan een in December 1906 uitgevaardigd voorschrift betreffende de aangifte van ongevallen.2) Vergeleken met 1907 is het aantal gewonden gedaald met 673 of bijna 12 pCt. Bij ongevallen, niet in verband staande met het in beweging zijn van treinen, werden in 1908 85 personen gedood en 20 501 gewond.

Arbeiders in dienst van aannemers niet medegerekend, werden in 1908 bij „treinongevallen" (botsingen, ontsporingen enz.) 6 spoorwegbeambten gedood en 162 gewond, tegen resp 13 en 236 in 1907.

De volgende tabel geeft een overzicht van het aantal dooden en gewonden bij „overige spoorwegongevallen" (bij rangeeren, overrijden enz.) — arbeiders in dienst van aannemers niet medegerekend — in 1908 voor eenige categorieën van beambten, met vermelding van het totaal aantal beambten van elke categorie.

') Labour Gazette van September 1909. 2> Zie afl. U, 1908, bladz. 70.