VAN DIE GOEDE

W,

en ik ben er zó mee in mijn sas, dat ik ook LI in de gelegenheid stel dit garnituurtje na te breien.

GEBREIDE SHAWL

EN HANDSCHOENEN

J, ATERIAAL: 150 gr. beige H wol van middelmatige dik■ te, restjes gele, rode, I bruine en groene wol, te* zamen ± 50 gr. 2 breinld. no. 214 voor de shawl, 4 korte breinaalden no. 7 voor de handschoenen. Maten: Rechte kant van de shawl 84 cm. (3 st. = 1 cm) Handschoenen: maat 6V2 a 7. Toegepaste steken. Tricotsteek: bij de shawl: recht op de voorkant en aver. op de achterkant van het werk, bij de handschoenen (rond gebreid): steeds recht. Kleurenpatroon: volgens schema in tricotsteek, behalve de toeren waarbij staat aangegeven, dat deze aver. zijn. Mossteek: le toer: 1 recht, 1 aver.; in elke volgende toer: aver. boven recht en recht boven aver. Shawl: Zet 250 st. op met beige wol en brei 214 cm in 1 recht, 1 aver. Brei daarna 2 toeren in trieotst., daarna ook verder in trieotst., behalve met de middelste 82 steken, welke , in de beide volgende toeren k recht worden gebreid met beige wol en dan in patr. volgens schema. Minder aan begin en einde van elke toer 1 st. Nadat het ■WH patroon is voltooid, wordt IBM het werk alleen met beige wol in trieotst. voortgezet.

tot er nog ö st. over zijn. Brei deze sa. en hecht af. Handschoenen: Zet met beige wol 64 st. op over 3 nld. verdeeld. Brei 4 toeren in tricotsteek. (N.B. Eén toer = eenmaal breien over allle steken, één toer

is nu dus drie naalden). 1 toer aver. voor de vouw en nog 4 toeren in tricotsteek. Brei daarna volgens schema. Brei dan 8 toeren in 1 recht, 1 aver. en minder over de le toer verdeeld 8 st. Brei nog 4 toeren in tricotsteek. Begin nu met meerderen voor de duim: brei 2 st., brei uit de volg, steek: (1 gedr. recht, 1 recht); 2 recht, uit de volg, st.: (1 gedr. recht, 1 recht); brei de toer uit. Brei 2 toeren zonder meerderen. Meerder daarna opnieuw, de le meerdering in de 3e st. vanaf het begin, 4 st. recht, meerder in de volgende st. en brei de toer uit. Herhaal de meerderingen in elke 3e toer tot er 14 steken tussen beide meerderingen zijn. Brei nog 2 toeren en neem 18 steken voor de duim op een veiligheidsspeld (de genoemde 14 steken met aan weerskanten 2 st.) Zet boven deze steken 4 nieuwe steken op, en brei over 58 steken tot het handgedeelte vanaf het 1 recht, 1 aver. randje 11 cm lang is. Neem nu voor de wijsvinger 8 steken van de handpalm en 8 steken van de handrug op 3 naalden (de eerste en de laatste 8 steken van de toer). Rijg de overige steken op een draad. Zet aan de binnenkant tussen beide groepen van 8 steken 2 steken op en brei over 18 steken 7 cm. Brei nu afwisselend 2 recht sa., 1 recht. Brei 1 toer recht. Brei dan alle steken 2 aan 2 samen, breek de draad af op 15 cm na. Rijg de draad door de overgebleven steken. Trek de opening dicht en hecht zorgvuldig af. Neem nu voor de middelvinger 7 steken van de handpalm en 7 steken van de handrug op. Voeg hiertussen 2 lusjes van de nieuwopgezette steken van de wijsvinger en zet aan de andere kant tussen beide groepen steken 2 steken op. Brei over

18 steken 714 cm in tricotsteek en werk de top af, zoals voor de wijsvinger is aangegeven. Neem voor de ringvinger 7 steken van de handrug op, 2 lusjes van de nieuw opgezette steken van de middelvinger, 7 steken van de handpalm, zet aan de zijde van de pink 2 steken op. Brei over deze 18 steken precies zoals voor de wijsvinger is aangegeven. Verdeel de overige 14 steken over 3 naalden voor de pink en neem hierbij 2 lusjes van de nieuw opgezette steken van de ringvinger op en brei over 16 st. 6 cm. Werk de top af, zoals voor de overige vingers is aangegeven. Neem voor de duim de 18 steken van de veiligheidsspeld en 4 lusjes van de nieuwopgezette steken op. Brei 2 toeren over 22 steken. Brei nu beide middelste steken boven de 4 nieuw opgezette steken samen. Brei weer 2 toeren en herhaal de mindering. Brei nu over 20 steken tot de duim 5% cm lang is. Vorm de top, zoals bij de wijsvinger is aangegeven. Brei de tweede handschoen op dezelfde manier, doch in tegengestelde richting. .A Vouw de onderkant van beide hand- 1 schoenen om op de averechte toer en maak '; een zoompje. Strijk de handschoenen en de shawl beide op de achterkant van het werk en onder een vochtige doek.

HET TELPATROON VAN

SHAWL EN HANDSCHOENEN KUNT U VINDEN OP BLADZIJDE 54