Slechts het kort tevoren wijzigen van het rooster wordt als een reëel inconveniënt beschouwd. Het tweede lid voorziet daarin.

Bij de vaststelling van de hoogte van de toelage in het derde lid is gekozen voor een uniform percentage. Het inconveniënt waarvoor de vergoeding wordt gegeven betreft de plotselinge verschuiving van werktijden. Een dergelijke verschuiving brengt ongemak met zich mee in de privé-sfeer (verschuiving van afspraken etc.) en voor dat ongemak wordt de toelage toegekend. Op welke dag of welk tijdstip die verschuiving plaatsvindt speelt daarbij geen rol. Voor het verrichten van arbeid op deze verschoven uren wordt uiteraard wel rekening gehouden met dag en tijdstip. Indien op ongebruikelijke uren gewerkt moet worden ontvangt de ambtenaar daarvoor, naast de verschuivingstoelage, een vergoeding voor onregelmatige dienst als bedoeld in artikel 17 van het BBRA 1984.

Ter verduidelijking van de toepassing van de regeling wordt het volgende opgemerkt.

Wanneer in één werkperiode sprake is van zowel overwerk als van verschoven werktijden doet zich de vraag voor, welke uren als overuren en welke als verschoven uren moeten worden vergoed. Om dat te kunnen bepalen is het noodzakelijk eerst het totale aantal uren vast te stellen waarop binnen de werkperiode in afwijking van de werktijdregeling is gewerkt. Vervolgens dient te worden nagegaan of in de desbetreffende werkperiode het oorspronkelijke aantal arbeidsuren is overschreden. Voorzover dit het geval is, is er sprake van overwerk. Door het aantal overuren in mindering te brengen op het totale aantal uren waarop in afwijking van het rooster is gewerkt, wordt het aantal verschoven uren verkregen. Bij het vaststellen van de vergoedingspercentages dient te worden begonnen met de toelage voor verschuiving van werktijden.

Voorbeeld

In een bepaalde werkperiode verricht een ambtenaar gedurende 16 uur werkzaamheden buiten de voor hem vastgestelde werktijden. Voor 10 van die uren worden hem binnen dezelfde werkperiode verlof verleend. Er is derhalve sprake van 10 verschoven uren en van 6 overuren. Vanaf het begin van de werkperiode worden nu de eerste 10 uren waarop in afwijking van het oorspronkelijk rooster is gewerkt toegekend volgens de regeling inzake verschuiving van werktijden, de andere 6 uur worden vergoed als overwerk. (Voor de verschoven uren ontvangt de ambtenaar naast de verschuivingstoelage zoals eerder vermeld uiteraard een vergoeding voor onregelmatige dienst).

Artikel IV, onderdelen F en H

Deze technische wijzigingen vloeien voort uit het aanbrengen van onderscheid in de vergoeding voor onregelmatige dienst op zondag of op een feestdag als bedoeld in artikel 21, vierde lid, van het ARAR, zoals vermeld bij artikel IV, onderdeel D.

Artikel VI

Met de wijziging van artikel 1 van het Besluit maaltijdvergoeding bij overwerk worden de bevoegdheden van de Hoge Colleges van Staat beter geregeld. De Hoge Colleges van Staat worden in het Verplaatsingskostenbesluit 1989 voor de toepassing van dat besluit namelijk fictief gelijkgesteld aan ministers. De wijziging van artikel 2, derde lid houdt het volgende in.