AFDELING III. OVERIGE RENTE-ONTVANGSTEN. 9 Rente van voorschotten aan organisaties, welke zich belasten met de huisvesting van studenten. 10 Rente van Werkfondsvoorschotten. 11 Rente van voorschotten voor werken uit te voeren door anderen dan het Rijk in het belang van de werkverruiming. 12 Rente van voorschotten ingevolge de Landarbeiderswet. 13 Rente van rentedragende voorschotten ten behoeve van de credietverlening, bedoeld in de Zuiderzeesteunwet 1925 (Stb. 290). 14 Rente van voorschotten in verband niet de uitkering van toelagen tot een bedrag ineens als bedoeld in artikel 6 der Zuiderzeesteunwet 1925 (Stb. 290). 15 Rente van voorschotten verleend voor de aanleg van drinkwaterleidingen. 16 Rente van leningen, verstrekt aan de N.V. tot exploitatie van Jaarbeursgebouwen. 17 Rente van twee aan het Nederlands Scheepsbouwkundig Proefstation verstrekte leningen. 18 Rente van voorschotten, verstrekt aan de Vereniging „De kweekschool voor Vroedvrouwen” te Heerlen. 19 Rente van voorschotten ingevolge artikel 56 der Woningwet. 20 Rente van voorschotten aan gemeenten voor het verkrijgen van een woning in eigendom door arbeiders en met hen gelijk te stellen zelfstandigen. 21 Rente van kredieten voor bouw van noodwoningen en noodwinkels, zomede het treffen van verdere noodvoorzieningen. 22 Overige renten (Woningbouw). 23 Rente van hypotheken inzake woningbouw. 24 Rente van een lening aan de N.V. Brabantse Buurtspoorwegen en Autodiensten (B.B.A.) te Breda. 25 Rente over aan de N.V. Koninklijke Luchtvaart Maatschappij verstrekte leningen. 26 Rente over aan het Nationaal Luchtvaart Laboratorium verstrekte leningen. 27 Rente over een aan de N.V. Geldersche Tramwegmaatschappij te Doetinchem verstrekte lening. 28 Rente van een lening verstrekt aan de N.V. Nederlandsche Steenkolenmijnen „Willem Sophia”. 29 Rente wegens verstrekte voorschotten aan ambtenaren voor de aankoop van motorvoertuigen. 30 Rente van voorschotten betreffende de ontginning. 31 Rente inzake verstrekte voorschotten ten behoeve van de bouw van kruidendrogerijen. 32 Rente bij tussentijdse aflossing van ingevolge artikel 8 der Boswet 1922 verstrekte renteloze voorschotten. 33 Rente van andere voorschotten. 34 Voordelig verschil tussen de renten ontvangen wegens en verschuldigd op de bij monetaire verdragen met andere landen vastgestelde manipulatiecredieten. AFDELING IV. OVERIGE ONTVANGSTEN. 35 Overige ontvangsten betreffende de Nationale Schuld. HOOFDSTUK VII B Departement van Financiën AFDELING I. MINISTERIE. Onderafdeling III. VERTEGENWOORDIGING IN ENGELAND. 1 Ontvangsten wegens te heffen retributies tot dekking van de uitgaven ten behoeve van de deblokkering van Nederlandse Eigendommen. Onderafdeling VIII. ONTVANGSTEN VAN ALGEMENE AARD VAN HET MINISTERIE. 2 Algemene ontvangsten betreffende het Departement. 3 Bijdragen van Staatsbedrijven terzake van schaden, veroorzaakt door of aan motorrijtuigen van het Rijk en daarmede in verband staande inkomsten. 4 Overige ontvangsten betreffende Financiën. 5 Ontvangsten betreffende afgesloten dienstjaren.
g 7 Onderafdeling IX. OVERIGE ONTVANGSTEN. Inhoudingen op grond van artikel 15a van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en op grond van artikel 14 van het Arbeidsovereenkomstenbesluit. Uitkeringen van Staatsbedrijven wegens vergoeding van pensioensuitgaven. Bijdragen voor inkoop van diensttijd voor pensioen. AFDELING II. GENERALE THESAURIE. Onderafdeling IV. DIRECTIE BINNENLANDS GELDWEZEN. Paragraaf 1. Algemeen Beheer. 9 Uitkering der door de Nederlandsche Bank N.V. behaalde winst. 10 Teruggaaf van de kosten van de Centrale Beleggingsraad door de in artikel 1 der wet van 29 December 1928 (Stb. 507) genoemde instellingen en fondsen. 11 Rente van Nationale Schuld, aangekocht voor het „Fonds uit de zuivere winsten, verkregen uit aanmuntingen voor rekening van het Rijk”. 12 Tiendrcnte. Paragraaf 2. Agentschap van het Ministerie, Grootboeken der Nationale Schuld en Grootboek 1946 te Amsterdam. 13 Algemene ontvangsten van de Grootboeken der Nationale Schuld. 14 Overige ontvangsten betreffende het Agentschap van het Ministerie van Financiën en de Grootboeken der Nationale Schuld. Onderafdeling VI. DIRECTIE FINANCIERINGEN EN COÖRDINATIE OORLOGSSCHADE. Paragraaf I. Algemeen beheer. 15 Aandeel van het Rijk in de winsten van verschillende instellingen. 16 Uitkeringen van Staatsbedrijven wegens premie voor verzekering tegen brand. 17 Ontvangsten verband houdende met de door het Rijk verleende garanties. 18 Ontvangsten voortvloeiende uit de verlening van Staatsgaranties voor verzekeringen van hier te lande gevestigde ondernemingen in verband met het handels- en dienstenverkeer met het buitenland. Paragraaf 4. Rijksinkoopbureau en Textielkeuringsdienst. A. Rijksinkoopbureau. 19 Omzetprovisie. 20 Overige ontvangsten betreffende het Rijksinkoopbureau. B. Textielkeuringsdienst. 21 Ontvangsten van de Keuringsdienst. AFDELING III. BELASTINGDIENST EN DOMEINEN. Onderafdeling II. BELASTINGDIENST. 22 Opbrengst van voor het publiek verkrijgbaar gestelde stukken. 23 Inhoudingen op salaris wegens verstrekking van dienstkleding. 24 Ontvangsten wegens mengmiddelen tot het denatureren van goederen. 25 Geconsigneerde gelden, waarvan het recht van uitkering in 1954 vervalt. 26 Vergoeding voor het verrichten van werkzaamheden door het Rijksbureau van Handelswaren. 27 Vergoeding voor de inning van gemeentelijk zeehavengeld en zeetijdingrecht. 28 Waarborgrecht op platina, gouden en zilveren werken. 29 Leges aan de schatkist vervallen.