(Advertentie) . 1 ■ - - ■ V • ■ - - *?. Afgestemd 'ops rV: *:-?« >/ .... hedendaagse verkeer4P|p. "
Collectie
Permanente URL
- Gebruiksvoorwaarden
-
Auteursrechtelijk beschermd. Op dit object rust auteursrecht.
- Krantentitel
- De Tijd De Maasbode
- Datum
- 29-06-1962
- Editie
- Dag
- Uitgever
- N.V. Drukkerij De Tijd
- Plaats van uitgave
- Amsterdam
- PPN
- 842126635
- Verschijningsperiode
- 1959-1965
- Periode gedigitaliseerd
- 1959-1965
- Verspreidingsgebied
- Regionaal/lokaal
- Herkomst
- Koninklijke Bibliotheek C 236
- Nummer
- 38133
- Jaargang
- 118
- Toegevoegd in Delpher
- 20-11-2013
Er is helaas een probleem met het ophalen van de afbeelding.
Dit kan twee oorzaken hebben:
Probeer het later opnieuw.
Advertentie
Advertentie
(Advertentie) ' f,J re®ds onHeVt door vete mannen: rre' 'n Oue f ürtt.KGecrje is steeds opnieuw genieten! Wissel óók eens al met zo'n geurige Kolibrie, de kostelijke extr» 14 et# ••norlU» v«n Duc Georgel l »155S!tm1|UflSSfil WÊmMM¥9ÊM ff}* w .--. • * ->'-*• \ i •-■ ■- £*« Ma iiluüui ry/aBKsSBSIMiJtt-„YYI IIMPWw* J - "
GASTEN OP HET FEEST Monique Haas
Dc charmante blonde ParJJse • pianiste Monique Haas ls' na de vermoeiende repetitie met het Concertgebouworkest onder leiding van Hans Rosbaud, waar de perikelen vaa Strawinsky's Capriccio voor piano en orkest grondig onder,de loep rijn genomen, volgaarne bereid tot een petite conversation, wanneer,, ze . tenminste onderhand een stukje- 'Aaag éten. Het aanbod van eea glaasje, wijn erbij . wijst ze verschrik! en gedecideerd af: „Oh non, Jamais avant le concert. Dat vertroebelt-de geest!" Zij la dus niet van het soort dat zich moed; Indrinkt voor haar optreden. Trouwens, waar zou zU moed voor nodig hebben? Met Strawinsky's capricen ls zU voldoende vertrouwd. „Een laar of twaalf, dertien geleden speelde ik dit werk voor het eerst, eveneens «onder Rosbaud. Het was in Mvlnchen, op datzelfde concert speelde ik Mozart." Monique Haas droomt even weg in die .Jeugdherinneringen". ~Later een zenuwslopende uitvoering onder de componist zelf, tijdens het Strawinsky Festival in Parijs in 1952; het was natuurlijk interessant ztJn Intenties en aanwijzingen zo direct in persoonlijk contact in je te kunnen opnemen, maar overigens..." Wat de pianiste nu zegt mag niet in de krant, het gaat over de gecombineerde gaven van componeren en dirigeren... Al wie tijdens het Holland Festival de gelegenheid om deza uitvoering te beluisteren voorbij moet laten gaan, kan haar grammofoonopnamen onder leiding van Ferenc Fricsay beluisteren. Met de grammofoon is ze overigens druk bezig momenteel, ze komt eventjes twee dagen over uit het „koude! - Berlijn, waar een complete opname van de. Préludes van Debussy gemaakt wordt. „Toen ik negen jaar was, hoorde ik voor het eerst muziek van Debussy; dat maakte een geweldige indruk op mij. HU is -trou- niet de enige moderne componist, waar kinderen gevoelig voor blijken. Kinderen luisteren zonder vooroordeel, hun oor ls nog niet *1 te zeer In de klassieke harmonieën verstrikt. In een periode, waarin ik nogal wat leerlingen had" (tegenwoordig ls daar geen tijd meer voor: een altijd reizend en trekkend cosmo- Soliete is deze pianiste geworden; om e landen van Europa te noemen waar zij niet gespeeld heeft, heeft ze niet eens alle vingers van één hand nodig: Portugal, Griekenland en Bulgarije!), „experimenteerde ik graag met wat gemakkelijke hedendaagse moziekstukjes: ik heb ervaren, dat een kind van een Jaar of zeven met evenveel gemak die van Hinaemith speelde en uit het hoofd leerde als bHvoorbeeld iets van Schumann of Schubert." In Debussy-verband komt natuurlijk ook onze Henkemans ter sprake, wiens Pianoconcert Monique Haas gespeeld heeft; zU kent, vrij veel Nederlandse werken (is al wel twintigmaal in Nederland geweest) en heeft een levendige interesse voor alles wat er in de muziekwereld te beleven valt. Haar man is de Frans- Roemeense componist Marcel Mihalavicl, die veel theater- en balletmuziek geschreven heeft en • wiens Toccata voor piano en orkest door zijn echtgenote ln het Concertgebouw ten aoop gehouden is. • * ..Parts ls altijd een internationaal trefpunt van kunstenaars geweest. Na mijn conservatorium-tijd raakte ik verzeild in een vriendenkring, waar veel buitenlandse jonge compuH nisten toe behoorden: ik speelde huir pianistische produkten' wanneer de Inkt van de slotakkoorden bij wijze van spreken nog nat was! Sommigen van hen zün nu beroemd, de meesten (nog?) niet. VVU tellen ook veel schilders onder onze kennissen. Vandaar zeker mijn interesse voor tentoonstellingen; Je hoort er veel over praten en ziet hoe ze met hun problemen worstelen." Belangstelling voor de medische -wetenschap en voor de politiek koestert Monique Hsas bovendien, zij het dan slechts in passieve zin.. „Wanneer de vrouwen zich wat meer. In de politiek bewogen, zou het hier en daar misschien een beetje minder slecht gaan", oppert ze voorzichtig. Maar nierts voor haar, het klavier is haar wereld en als zij nloet kiezen — wat heel zwaar valt — dan zijn Bach en Mozart haar lievelingscomponisten!
NIVEAU IN HONDERD JAAR GESTEGEN Haags Gemeentemuseum richt aandacht buiten Europa VELE EXPOSITIES EN AANKOPEN
Mr L. J. F. Wijsenbeek, directeur van het Haagse Gemeentemuseum, dat volgende week honderd jaar bestaat, zei ons toen wij een rondgang langs de hergroeperingen van kunstschatten in zijn museum maakten: „een vliegende kraai vindt altijd wat". HU doelde daarmee op het groeiende kunstbezit van deze Haagse instelling en op de vele buitenlandse reizen, die hij, speurend naar goede moderne beeldende kunst, in de jaren van zijn directeurschap (sinds 1951) heeft gemaakt. Nu het Gemeentemuseum in Den Haag een ruime voor speciale exposities bestemde uitbreiding heeft gekregen (enigszins aangepast aan de markante stijl van het hoofdgebouw, de laatste schepping van Berlage) zyn hij en zijn assistenten aan het werk gegaan om te komen tot een betere en meer geselecteerde hergroepering ,van het eigenlijke bezit
Op 4 Juli wordt de nieuwe vleugel met een overzichtstentoonstelling van moderne beeldende kunst geopend en die dag begint ook het derde congres van de International Council of Museums. Een opmerkelijke bedrijvigheid is over dit museum nu vaardig geworden. Het Haagse Gemeentemuseum heeft in de Jaren na de oorlog veel meer dan alleen lokale betekenis gekregen. Mr. Wijsenbeek wil dit nog eens extra tonen door de bezoekers van zijn „huis" binnenkort een zeldzame expositie voor te zetten, n.l. ~Zevenduizend Jaar Iraanse Kunst", de tentoonstelling die al ln het Petit Palais te Parijs duizenden bezoekers heeft getrokken. De opening Is op 18 augustus. Men slaat de vleugels dus weer wijder uit. Was het reeds onder de directie van dr. H. E. van Gelder mogelijk te komen tot activiteiten, die ln', net begin van deze eeuw in een museum volkomen vreemd waren, de huidige directie kan zeker met genoegen terug zien op een aantal culturele manifestaties, daarbij voortbouwend op wat een museumkenner en -reorganisator als Van Gelder ln nauwomschreven denkbeelden had vastgelegd. In Den Haag zijn de laatste Jaren grote interessante tentoonstellingen ingericht. Wij doen een greep: Rronzen uit Loeristan, Vit het land van de Rljhel, Grafiek van Pieasso, Het geheim van de Etrusken, Plet Mondriaan, Sport en Spel ln de Oudheid, Vijftig Jaar moderne kunst ln de U.S.A., Vaticaanse kunstschatten, Paul Cézanne, I'ltalia Splendioa, Odilon Itedon, de Collectie Guggenheim en Moltzau, Le Corbusler, Kokoschka, Japanse kunst, Dertig eeuwen Mexicaanse kunst en de Collectie Thompson. Dat wil toch wel heel wat anders zeggen dan de pieken en harnassen en hellebaarden van de verzameling Haagse curiosa, waaruit dit museum is ontstaan. Het bezoekcijfer steeg. De 36.000 van 1949 werden er 70.000 in 1951 en daarna tot een 260.000 bezoekers per Jaar. Zoals men uit de bovengenoemde lijst' enigszins:kan opmaken is er een voorkeur voor buiten-Europese tentoonstellingen. (Mexicaanse, Japanse Chine-" se, Koreaanse en de verteden Jaar gehouden boeiende expositie van Balische kunst.) «Dit. is een van da-kenmerken van het Haagse Gemeentemuseum. Wilde Van Gelder vroeger, —' de financiële mogelijkheden waren niet al te groot — voornamelijk een lokaal niveau bereiken, het huidige beleid Is meer op de moderne kunst uit geheel de wereld gericht. Er is veel getoond, de laatste tien Jaren, en ook veel aangekocht. De Mondriaan-verzameling (collectie-Slijper), die in 1952 werd verworven, geldt wat het aankopen betreft zeker nog steeds als een belangrijk uitgangspunt. Maar ook daar omheen, want het Bauhaus en Klee zijn ln dit museum belangrijke namen. Het Is niet gemakkelijk een opsomming te geven van het bezit, dat het karakter van dit museum bepaalt. Wat de exposities. betreft zou men kunnen zeggen dat het soort tussen die van het Rijksmuseum en l et Stedelijk Museum in Amsterdam ligt, waarbU men dus wel dient aan te stippen, dat de bulten-Europese sectie daarbij een boeiende plaats inneemt. Wat de schilderkunst na 1800 betreft kan men in het eigen bezit hoofdzakelijk vier richtingen onderscheiden. De Romantiek in de eerste plaats (W. J. J. Nuyen: „De Oude Molen" en „De Bijbellezing" van A. H. Bakker Korff); vervolgens: het Impressionisme met werk van de schilder J- B. Jongkind die het Franse Impressionisme ln ons land stimuleerde. Van hem hangt er het mooie schilderij: „Ch&teau de Miheung". Maar men kan er ook. andere Impressionistische werken ■ bewonderen, o.a. „De Netten" van Monet. Wat de Haagse School betreft, deze verzameling is nu zover geselecteerd dat men hiervan beslist geen betere verzameling zou kunnen samenstellen. Verder zijn e.* vanzelfsprekend een groot aantal expressionistische werken in Den Haag te zien. Opsommen is vervelend. WU volstaan met het noemen van de voorloper Vincent van Gogh, van wie er een zelfportret uit zijn ParUse tijd hangt en „Het Papaverveld bij Auvers sur Oise" uit zijn laatste levenslaar. Buitenlanders: Kokoschka („Reuzenschildpadden"). Kirchner („Badende figuren"), A. von Jawlensky (Landschap en kopstudie). Een zaal is nu Ingericht voor het werk van Charley Toorop en laten wij het werk van Herman Kruyder (Zelfportret) en Henrlk Chabot ook niet vergeten te noemen. Interessant ls dat ook aan de Bergense school aandacht ls besteed (eigen nieuw Ingerichte zaal). Vervolgens de ln 1956 verkregen belangrijke aanwinsten van Picassoschilderljen, waarvan het vrouwenportret ■ ..Sybille" (1921) uit de klassieke periode van'Pieasso een zeer boeiend wefK J is*" Dok' legde"? men1 tn * dattelMtr •jaar de hand op Fernand Lfger's '.'.Het Blauwe wiel". Uit de fameuze collectie .Thompson kon men werken i van Monet,' Laurens, Nichoison, Rlchier en Llssttsky kopen. Nu hebben de „voorstelllngslozen". meer ruimte gekregen. Men vindt er vele bekende namen, ven Appel tot Corneill» en wat daar tussenin ligt. Men krijgt beslist de indruk dat de zalen ln Berlage's gebouw dank zij de uitbreiding nu beter vollediger en...... 'mooier zijn ingericht. Een aantal doeken, dat tot nu toe steeds óf in de kelder van het museum moest blijven óf wel eens ln aanmerking kwam voor het zgn. „wissel"systeem is groot. De uitbreiding heeft ruimt» gegeven'om de beste daarvan weer op te hangen. De zalen zullen ongetwijfeld ln de toekomst een rustiger karakter hebben: tentoonstellingsdnikte wordt nu verlegd naar de nieuwe vleugel. Tenslotte om toch maar zo volledig mogelijk te zijn: er bevindt zich ln dit museum een fraaie verzameling Nederlands, Romeins, > Egyptisch en Venetlaans glas; het centrum van de verzameling aardewerk wordt gevormd door het Delftse en Haagse porcelein, verder zijn er zalen met ceramiek uit Perzië, Klein Azië, Spanje en Italië en voor wie er interesse ln heeft zijn er enkele stijlkamers Ingericht. Een dergelijk uitbottend museum beschrijven? Een onmogelijk karwei! Daarom is het verheugend te noemen, dat dank zij de steun van het Prir.s Bernhard-fonds een volledige museum-catalogus zal verschonen. Dit was een lang gekoesterd de wens. Die wordt eindelek vervuld. Nog een enkel woord over de nieuwe zijvleugel. Het is een bijgebouw dat tegen de heuvelrug van de Adriaan Goekooplaan aanligt en met het hoofdgebouw van Berlage doa- een gang is verbonden. Het Is allereerst een doelmatige expositieruimte maar het bevat ook een .aantal werkafdelingen, o.a. de pedagogische afdeling, de kunsthistorische documentatie en het restauratie-atelier. Het ls opgetrokken volgens "de plannen van de gemeente-architecten S. J. Schamhart en J. F. Heiligers. Het ls beslist niet gebouwd zoals Berlage dat zou hebben gedaan. Het ls var deze tjjd, maar er Is een logische en harmonische relatie geschapen tot het gemeentemuseum en de omgeving. F. Du..
De aanwinsten van het Haagte Gemeentemuseum zijn na de oorlog nogal aanzienlijk. Verscheidene keren heeft de directie deze in aparte tentoonstellingen laten tien. Alt men alle kunstwerken, dl* het museum in de loop der jaren verwierf, zou willen tonen, zou het noodzakelijk zijn een groot gedeelte van het museum te ontruimen. Dit schilderij van Picatto (1921) „Sibylle" genaamd verwierf men in 1956. Het is uit de Zfn. klassieke periode van de meester.
J)e Haan", een houtskool en contétekenlng van Herman Kmyder uit 1931.
DAGAGENDA Holland-Festival Hedenavond
AMSTERDAM: Stidsschouwburf, 8 15 uur: Plrilkon Theitron met Mede» vin Euriplde». Cnnmtirbouw, (.13 uur: Liederen Recital: Eliiabeth Schwarzkopf, aopraan: Fellx de Nobel, plano (Schumann, Wolf. Mahler). SCHEVENINGEN: Kurzaal, 8.19 uur: Concertfebouworkest: dlr. Hans Rosbaud (Hündel. Dallaplccola, Strawinsky) Monique Haai, piano. ROTTEr.DAM: Rott. Schouwburg, 8.13 uur: Ned. Opera met II Rltorno dl Ullsse in Patrla van Monteverdl en 11 Prlfionieri van Dallaplceola. .VAARDEN: Raadhuis, I.IS uur:Amadeui Quartet (Mozart, Selber, Beethoven).
Spyros Skouras afgetreden
NEW YORK, 29 Juni — Spyros P. Skouras, de president-directeur van de Amerikaanse filmmaatschappij 20 th Century Fox Is als zodanig afgetreden. Het altreden van Skouras, die veel kritiek te verduren heeft gehad van zfyn aandeelhouders wegens de geweldig hoge kosten (30 miljoen dollars) van de thans zo goed als voltooide film „Cleopatra" werd bekend gemaakt na een langdurige vergadering van de raad van directeuren. Officieel heette het, dat hU om gezondheidsredenen terugtrad. Als zlfi mogelijk» opvolger, die zal worden benoemd door een commissie, waarin ook hijzelf zitting heeft, worden genoemd de producent-regisseur Darryl Zanuck en de president van het Columbla Broadcasting System, afdeling Televisie, J. Aubrey, welke laatste ■ overigens reeds heeft verklaard, geen belangstelling voor de vakature te hebben.
Inktgooier voor de rechter
LONDEN. 28 Juni (UPI) — De M-Jarlge Duitse kunstschilder, Franz Weng, die in de National Gallery een fles inkt naar de tekening van Leonardo ("a Vind heeft gesmeten, verklaarde voor de rechtbank dit gedaan te hebben omdat het de wil van God was. Hieraan koppelde hij • een sombere profetie voor Engeland: „Ik weet dat het uit zal ztfn met uw eiland en dat er geen rat meer zal blijven leven. Dit Is mön profetie van God". De tekening — voorstellend de Madonna met het kind Jezus. Johannes de Doper en Anna — is, zoals men weet, om 800.000 pond sterling bQeen t« krijgen. Als dit bedrag niet wordt bereikt zal de tekening worden geveild om de begroting van de academie te dekken.
Kring I
7t de rubriek journaal" van het jongste nummer van ,Jloeping" staan twee aantekeningen over de literaire polemiek. Clemens Raming komt, na een vluchtig onderzoek van enkele recente polemieken, tot de gerechtvaardigde conclusie dat het peil van de Nederlandse teraire pugelistiek"weinig opwekkend is. „In ons literaire wereldje blijkt uit persoonlijke geraaktheid en Streberei nog slechts: benedenmaats gekift te ontstaan." Het oordeel van de schrijver ligt al, voordat de laatste woorden van het vonnis zijn gesproken, gevat in het woord „wereldje". Het verkleinwoord kan een zekere laatdunkendheid uitdrukken, maar wijst m. i. vooral op een, door de schrijver veroordeelde, afgeslotenheid van de literaire wereld en dus op een ontbreken van enig belang bij de polemieken. Dr. C. W. AI. Verhoeven, die eveneens een aantekening over de polemiek schreef.vindt voor dat literaire verschijnsel de rake omschrijving van »krijgertje spelen rond een droge vijver". Hij constateert, en zo vervolledigt zijn aantekening die van Raming, dat de literaire relletjes zo weinig substantie bezitten. En daarmee kan iedereen het eens zijn. Volgens Verhoeven laat het spel van de polemiek zich alleen spelen aan de periferie. „Het centrum biyjt geheel buiten de aandacht." Dat centrum is de literatuur zelf. „Het gaat hier nooit om de kern van de zaak, het gaat altijd om de kern van de zaak heen en dat met een eensgezindheid, die alleen in een gezamenlijke panische angst voor het Niets daarbinnen een redelijke verklaring schvnt te kunnen vinden. De kern van de kwestie is de kwestie of de kwestie 'wel een kern heeft." Verhoeven gelooft, dat vroeg of laat de vraag naar de aanwezigheid of afwezigheid van een kern gesteld moet worden. De relletjes nu leiden tot een situatie „waarin literatuur steeds hardnekkiger over niets gaat dan over literatuurzich dus afspeelt in een apart wereldje. Waar hij over het periferie-karakter van de literaire polemiek sprak, had Verhoeven opgemerkt: geweer maar eens, dat literatuur zonder meer flauwe kul is, zeg maar onomwonden, dat je er niet in gelooft, leg voor mijn part haarfijn uit, dat het een onmogelijkheid is, een opgeblazen windei, dan gebeurt er niets; het wordt niet eens opgemerkt. Inzake literatuur kan men blijkbaar alleen het meest fundamentele straffeloos aantasten." Nu zal de lezer van JHoeping" toch wel opgemerkt hebben dat Verhoeven in de aantekening waarmee het Journaal" opent, de literatuur wel niet tot een opgeblazen windei maar toch wel tot een krielei heeft verklaard, een krielei dat door sommigen echter voortdurend als het eerste kievietsei wordt gekoesterd. : Verhoeven haalt enkele zinnen aan uit een recensie van een roman. Hij citeert die zinnen" om een vraag te stellen aan de literaire kritiek van elke dag." Hij verklaart, zelf niet te weten hóe het "allernaar moét,' maar „wat ér óp'dit*gebied gebeurt*lijkt mij- vrij- onzinnig " Terloops wordt dan de televisie-kritiek tot het top. punt van onzinnigheid verklaard ) („Voor mij is het zeer de vraag of het wel zin heeft, een eenmalige ' uitvoering te bespreken"), dan constateert de schrijver dat de romanschrijverij geen filosofie voor de middelmaat is en als ze dat geworden is, dankt ze dat grotendeels aan de literaire kritiek. Er zijn volgens de schrijver vruchtbaardere objecten te vinden voor de intelligentie, die hij aan het uitduiden van een thema van een rOman — hier wordt naar het citaat uit de recensie verwezen — verspild acht. Verhoeven krijgt de indruk, dat wat hij „uitduiden" noemt, „hél is in de literaire kritiek van vandaag". "Op alle ik-figuren en alle grillige symbolen , schrijft hij" woekert een schimmel van uitleggtrij en gewichtigheid. De hele koek bveen heet literatuur en wordt geacht het bestaan van de mens krachtdadig *e verhelderen of althans uit te zeggen." De literatuur is iets van een zelfstandige orde geworden; zij is nog slechts met zichzelj bezig. De literatuur vormt een wereldje apart, conclusie dus gelijk aan die van de aantekening over de polemiek. Verhoeven acht het een griezelig wereldje, maai ook wel een veilig: „men kan n. I. de problemen niet efficiënter op een afstand houden dan door er literatuur van te maken." En zijn uiteindelijke conclusie is — en hier wordt het krielei gelegd — ; „En ik geloof dat dit uiteindelijk literatuur is: een streven om de middelmaat gezellig te verontrusten. De functie van de kritiek is het de literatuur hierin te bevestigen." Er wordt in dit korte artikel nogal ■ veel overhoop gehaald.-De moeilijkheid is bovendien dat een algemene conclusie getrokken wordt uit enkele toevallige constateringen („ik krijg dikwijls de indruk"). Laat ik me nu beperken tot het problematisch karakter van kritieken op eenmalige opvoeringen. Dat problematische bestaat slechts voor de nietbetrokkene en het geldt niet alleen voor „ee.imalige opvoeringen". Als men Verhoevens visie op de televisie-kritiek doordenkt, is nagenoeg de gehele inhoud van een dagblad onzinnig, het weerbericht wellicht uitgezonderd. Want niets in een krant — nieuws of commentaar — gaat allen aan. Acht men de inhoud zinloos, dan is het werk aan de krant besteed, verspilling. De krant schrijft echter verschillende dingen voor verschillende betrokkenen. De buitenstaander leest hetgeen hem niet aangaat, niet. Een lezer in Groningen die in beeldende kunst geïnteresseerd is, zal een bespreking van een kleine tentoonstelling in een kleine Amsterdamse kunsthandel lezen en een verslag over een voetbalwedstrijd in Maastricht overslaan. Wat heeft het ■ voor zin in een dorpskrant over een ■ dorpsbrand te schrijven, terwijl alle ' dorpelingen geacht worden zelfs van rde nablussing getuige te zijn ge. weest? Geen andere zin dan voldoen aan menselijke nieuwsgier| ' igheid, die gradaties in waarde kent en waaraan nooit te voldoen is op een gebied waarop een bepaalde mens betrokken' is. Maar er is natuurlijk méér. i K.r.
Morgenavond
ö AMSTERDAM: . Stadsschouwburg 1.13 uur: Ned. Comedle met Andorra van Friich. Concertgebouw. 8.13 uur: Amideui Quirtet (Mozart, Selber, Beethoven). DEN IIAAQ: Kon. Bchoawbnr(, 1.13 uur: Nationale Ballet ' (Palals de Cristil, Shlrih, 3e symfonie. Prlsonier de Ciucase). SCHEVENINGEN: Kurzaal, 8.13 uur: Liederen Recital; Teresa Beriranza. mezzo-sopraan; Felix Lavilla, plano (Monteverdi, Scarlatti, Kandel. wolf, Granados, Lavilla, de Falla). TILBURG: Stadsschouwburg,B uur: Piralkon Theitron met Medei vin Euripides.
Hans Rosbaud dirigeert Strawinsky-concert SUPERIEUR PIANOSPEL VAN MONIQUE HAAS
AMSTERDAM, 29 Juni. — In het Concertgebouw was er weer een belangrijke verjaardag te gedenken. Op 17 juni was het tachtig jaar geleden dat Igor Strawlnskr in Petersburg geboren werd. en deze donderdag was daarom Hans Rosbaud uitgenodigd om . twee werken van 'hem te dirigeren. Daarvan was de orkestsuite uit het Ballet Petroesjka het meest representatief uit de zogenaamde „Rus-
sische periode" van Strawlnsky'i oeuvre. Het.andere werk, de Capriccio in g kl. voor piano en orkest, itamt uit 1929 en is. binnen het bestek van rijn compositorische inventie, bijna een complete tegenhanger daarvan. Na Petroesjka moest de „Sacre" nog komen, belde programmamuziek In de meest radicale zin, uitbundig en volbloedig georkestreerd en nauw aanleunend tegen de folklore van z\]n land. De Capriccio is daarentegen absoluut van karakter, «peel» en onproblematisch van afeer en heel economisch geïnstrumenteerd. Er zt)n korte dissonante effecten in een geheel van simpele drieklanken; tussen de drie- delen is er alleen een verschil van tempo en maat) niet van stemming; de ritmische formules worden strak volgehouden. Er moet' hier alleen maar exact gespeeld en onvooringenomen geluisterd worden, dan komt alles in orde. Zo Is dat dan ook gebeurd. Voor het exacte, helder» pianospel, dat hier gevorderd wordt, heeft Monique Haas, met haar scherp geheugen en altUd trefzekere aanslag, op voorbeeldige wijze gezorgd. Hans Rosbaud dirigeerde rustig, bUna koel, als een passieloze klankorganisator. Het resultaat was naar wens: een knap staal van superieure uitvoeringskunst, vol met droge, prikkelende klankeffecten. Monique Haas werd daarvoor uitbundig gehuldigd. In de Petroesjka-muzlek speelde Luctor Ponse de zware pianopartij met veel kracht en zwier en hem was men zeker ook een applaus' verschuldigd; hl) werd echter niet naar voren gehaald.
Ook Dallaplccola was weer aanwezig op dit Festivalconcert; ditmaal waren het z(]n tedere „Varlazlonl", een orkestratie van een aan ztfn dochtertje opgedragen pianowerk, die lieten horen hoe htf met ztyn zeer eigen manier om een twaalftonenreeks te behandelen zeer welluidende en milde klanken weet op te roepen. De toewjjdlng van het Concertgebouworkest bU dit vriendelljk-lntieme stuk muziek was 'kennelijk groter dan tijdens het Concerto grosso nr. 1 In G gr. van Haendel. De sobere, antlpathetische, wat. onpersoonlijke sUJI van Hans Rosbaud scheen hierin aan de levenswarme kern van de muziek voorbij te gaan. Het concertino van de drie strijkers was vlak en nogal onbezield. Ik denk ook, dat ons orkest, na de inspanning van Japan en Festival, behoefte heeft aan ruit. v.E.
BACHVERENIGING IN GOUDSE ST. JANSKERK
GOUDA. 29 Juni — De uitvoering van de Nederlandse Bachvereniging onder leiding van dr. Anthon van der Horst in de St Janskerk te Gouda is een niet meer weg te denken deel van het Holland-Festival geworden. Het programma werd geopend met Adagio en Fuga in c. kl. van Mozart. Hierin ontmoeten we de componist Mozart, die nog vol
bewondering is voor Bachs Wohltemperierte Klavier en Onder de indruk van zijn contrapuntische strenge schrijfwijze. Thema, strakke uitwerking en ver* heven sfeer sluiten volkomen aan op de stijl van Bach, wasrop echter de muzikale persoonlijkheid van Mozart een eigen stempel drukte. In de tJIe gothiek van de kerk kwam deze op de polyfonie afgestemde muziek prachtig tot zijn recht. De sobere lUnen, de ftjne couleuren van de orkestklink mengden en vervloeiden verwonderlijk in de ijle kerkgothiek. Uitvoerenden waren de musici van het Radio Kamerorkest, een ensemble dat bedreven en fijnzinnig musiceerde. Een dankbaar onderdeel van het programma vormden de fragmenten uit de c moll Mes.se van Mozart. De klank van het koor wordt hier milder en geacheveerd der dan ooit; een hoogtepunt bereikte het in het Kyrie. Het Gloria schiep voor het koor ritmische problemen en van der Horst moest zichtbaar veel moeite doen om de stemvoering gaar.de te houden. Uitvoerige solofragmenten. Juwelen van klankschoonheid, stempelen dit werk eerder tot een concertstuk dan tot een, zoals het tekstboekje schrijft, vrome overweging van de liturgische tekst. Erna Spoorenberg zong haar aandeel in de soll. door Mozart eens bestemd voor zUn bruid' Constanze,', zo volkomen moeiteloos en gaaf van klank als men het zelden hoort. Sophla van Santé, In de rol van tweede sopraan, voldeed zeer goed en soms zelfs gaven de belde zangeressen • elkaar-geen duimbreed toe..De tenor.Gerard Honig leverde sün bescheid wi* aandeel In het fragment „Quonlam Tu' solui sanctusJ' dat geheel als terzet geschreven IsT * > De avond werd besloten met „Stabat Mater" van Scarlatti voor tienstemmfg koor, dat wij reeds eerder van ■ het Bachkoor hebben gehoord. Albert de Klerk heeft aan deze Festival-avond de onmisbare factor van voorname en Inspirerende muzikaliteit In zön functie van begeleidend organist toegevoegd. T. Vr.
Amateurmuzikanten in het Kurhaus
DEN HAAG, 28 Juni — Komt de amateur-muzikant ook een plaatsje toe onder de zon van ons concertleven? Ik geloof van wel, als men in avonduren ergens uit een raam een trompet, sax of fluit hoort blazen, een bas hoort strijken of een trom hoort roffelen. Dit muziekmaken behoort tot de edelste
soorten van vrijetijdsbesteding. n'en déplaise de demobllisatie van ons muziekleven door de bekende toestellen van mevrouw gemakzucht. Daarom was het een weldaad de spontane muziek, drift te tien botvieren bij een tweetal harmonie- en een tweetal fanfaregezelschappen, daartoe — na selectie — door de landelijke federatie uitverkoren. Keurig stonden aldus zuiderlingen als de Fanfare Sint Martlnus uit Urmond (L.) en de Kon. Harmonie Sophia's Vereniging uit Loon op Zand (Br) in de rij met noorderlingen als de Fanfare Crescendo uit Drachten en de Hamonie Apollo uit Zaandijk. Ook bij de b-paling van de te spelen werken w4i gmndig overleg gepleegd met de federatie, zodat de koers bepaald werd dooi het spelen van muziek, die zoveel mogelijk oorspronkelijk voor deze bczitt'ngen ls geschreven en niet van bekende arrangementen van symtoniemuziek op blaasorkesten toepasselijk gemaakt. Toch blijft de vraag ons int-igereii wat belangrijker is: gearrangeerde muziek met een volwaardige signatuut of oorspronkelijke ■ muziek, vakmatig goed. maar verder zonder eigen grilcht De vier gezelschappen mochten zich in het kader van het Holland Festival op deze koele zomeravond in goede publieke belangstelling verheugen Omgekeerd hebben de muzikanten d* aanwezigen veel moed ingeblazen door bijna continu op goed peil staande uitvoeringen, deels ook door de aanwezigen tot zelf-muziekmaken te prikkelen Uiteindelijk zou dit het mooiste resultaat van een zulk een muzikale manifestatie betekenen. M. M.
Concilie-bedevaart
DEN BOSCH, 29 juni. — Het nationaal bureau voor de Nederlandse bedevaarten organiseert ter gelegenheid van de opening van het tweede Vatlkaans concilie een bedevaart naar Rome. De tocht begint • oktober en eindigt 19 oktober. • *•" > ■■ . ,