De Graafschap-bode : nieuws- en advertentieblad voor stad- en ambt-Doetinchem, Hummelo en Keppel, Wehl, Zeddam, 's Heerenberg, Ulft, Gendringen, Sillevolde, Terborg, Varsseveld, Dinxperlo, Aalten, Breedevoorde, Lichtenvoorde, Groenlo, Neede, Eibergen, Bor

De herfst is de tijd van de spinnen. Tusschen de roestende bloemen en de vergelende bladeren weven zij zich in en zij spannen hun net over de paden. Voor de onnoozele, die bang is voor spinnen, is 't nu een kwade tijd. Hij ontloopt ze niet, ze kruipen over de kraag van zijn jas, ze kriebelen tusschen zijn haar, ze laten zich afzakken langs zijn armen, de griezelige beesten. Waarom zouden spinnen griezelige beesten zijn? Wgarom zou men bang zijn voor spinnen? Wanneer men het leven van deze diertjes gadeslaat, zooals zij hun webbe, dat wonder van natuurlijke wijsheid, weven tusschen de takken, wordt men door een gevoel van eerbied bevangen. Hoe mooi is zoo'n spinneweb, wanneer-de mist het bepareld heeft en de zon er op glinstert! En hoe fijn gevormd en geteekend is de gestalte van de roerlooze spin, die als "een knoop het middelpunt uitmaakt van dit garneersel. Walt Whitman, de Amerikaansche dichter, heeft den mensch bij, zoo'n stille, geduldige spin vergeleken. Zoodra de spin zich aan onzichtbare draden langzaam laat afzakken, zoekt de mensch, eindeloos peinzend en wagend, verbinding met het heelal. Los in deze ontzaglijke ruimte, geeft hij zijn poging niet op, voordat de herfstdraad, welke hij uitlaat, ergens blijft hechten.. Dit is een mooi beeld en sinds ik Whitman's gedicht las, kan ik geen spinneweb meer verstoren. Welk een vlijt, welk een geduld is er noodig, maar ook welk een onbegrijpelijk inzicht. De spin is zich dit zelf niet bewust, evenmin als de mensch, die zich met de'herfstdraden van zijn geest vasthecht aan een of ander steunpunt in het mateloos heelal. Hij spint maar en spint maar en weel zelf nfet .wat. hij .tot stand. brengt.■ Persoonlijke verdienste is er ook niet aan, want hetgeen deze spin in dit web als een kunstenaar bij de gratie Gods voor mijn oogen verricht, brengen millioenen spinnen óver gansch de aarde op ditzelfde oogenblik tot stand. En milliarden spinnengeslachten hebben dit vóór hem gedaan en zullen dit na hem verrichten. Maar het kunstgewrocht is er niet minder om. Evenmin als het gedachtenweefsel van den mensch er-minder om; is, dat millioenen vóór hem en na hem hetzelfde wonderwerk wrochten. Ze zijn het zich evenmin bewust als de spin, dat hun dagelijksche arbeid een wonderwerk is. Toch, wanneer men er zich in verdiept, staat men van bewondering verslagen. Onze droomen, onze verbeeldingen, onze stelsels, uitvindingen, instellingen, — natuurlijke, alledaagsche zaken zijn het, maar hoe prachtig zitten zij ineen! VC\lk een symmetrie, welk een ordening. En waar halen' we de stof vandaan? ' , Gelijk heel de tuin vol herfstdraden hangt, overspant een net van gedachtenweefsels de menschengemeenschap. Gansch de wereld is er vol van; ze glinsteren in de zon alwaar deze maar schijnt. Met ragfijne draden van wijsheid, verbeelding en vernuft is ons lot aaneengeweven, ons persoonlijk bestaan en onze samenleving, en wij spinnen maar voort en we "spinnen maar voort, en we weten evenmin als de spin, welk een kunstwerk we met onzen arbeid tot stand brengen.

Een nieuwe draad schiet te voorschijn, een nieuwe gedachte: het begin van een nieuwe levensopvatting, een nieuwe wereldbeschouwing, een nieuw maatschappelijk systeem. Wij laten den herfstdraad uit in de onmetelijke en vage ruimte, maar wij rusten niet, vcordat deze ergens blijft hechten, zoodat wij aan den bouw van ons weefsel kunnen beginnen. Nooit uitgeput raakt onze spinklier en we spinnen maar v'oort Is de spin in haar webbe een griezelig dier? Maar daar slaat zij haar pooten uit en in wervelende vaart rollen deze het slachtoffer in een warnet van draden. Tevergeefs spartelt het mugje tegen zijn boeien. De mug zingt niet mee in het koor van hen, "dié de spin bewonderen. Voor de mug, ingesponnen en uitgezogen, is de spin inderdaad een wreedaardig, afschuwelijk gedrocht. Stellen wij ons een oogenblik voor, dat wij niet de spin, maar de mug zijn. Ja, wij zijn immers de mug? Gevoelen ook wij ons niet dagelijks ingesponnen tusschen een warnet van draden, welke ons te vaster beklemmen naarmate wij te heviger worstelen tegen ons lot? Onze spin: het leven met zijn onontkoombare verwikkelingen, waarin wij vastraken, voordat wij het weten. We willen wel anders, maar we kunnen niet meer terug; we hebben spijt, maar gedane zaken nemen geen keer. Als ren mug in het net zitten wij vastgeraakt, persoonlijke slachtoffers van de ons omstrikkende draden; als een mug in het net zieltoogt de menschengemeenschap, die uit de verwarring en verwikkeling, waarin het lot haar gedreven heeft, evenmin uitkomst weet.

MeedoogenlooS worden wij uitgezogen; onze beste krachten verdwijnen in den ongelijken strijd tegen den kwelgeest, die ons gevangen heeft en met zijn rappe pooten meedoogenloos met ons speelt. Problemen zonder oplossing, vraagstukken zonder uitkomst, verwikkelingen zonder end. Wij streven, wij spartelen, wij punnen ons uit, en rustig wachtend totdat onze strijd volstreden zal zijn, zit in het middelpunt van het levensnet de onbarmhartige spin met zijn allesvernielende klauwen en kaken: de dood! Kunnen wij nog met een vredig gemoed naar de herfstdraden kijken?

De tuin hangt vol webben, waarop de zon glinstert en de mist weent en in dat wondere weefsel: de spin en de mug. Spin en mug, wij menschen zijn beide, tfeide tegelijk.

— Vorige week werden uit ons land naar Engeland 939.600 eieren uitgevoerd, ■naar Spanie 270.000.

— Ter kenschetsing der malaise wordt medegedeeld, dat de wereldhandel sedert 1929 teruggeloopen is van 5352 millioen gulden tot nauwelijks 1700 millioen gulden bij den aanvang van 1934.

— Blijkens telegrammen, die de Phohi bereikten, werd de uitzending van de opening der Staten-Generaal naar Oost- en West-Indië uitstekend gehoord. Bovendien heeft de NIROM de Phohi-uitzending door middel van haar zenders in Indië heruitgezonden.

— N a ar liet W eë kb 1 a d voor' Z ulvelbereiding verneemt, zijn verschillende maatregelen aanstaande, die moeten dienen om het binnenlandsch verbruik van boter te bevorderen. Tot deze maatregelen behooren o.a. verkoopbeperkingen voor eetbare oliën en vetten, terwijl zeer vermoedelijk voor flesschen slaolie een minimum verkoopprijs zal worden overeengekomen, die flink boven de bestaande prijszetting ligt.

—De K.L.M. za 1 7 o

11 ET I ffe OTrï C Jï 111 PC B DUBBEL ZUIGVERMOGEN — NEDERLANDSCH FABRIKAAT Vr LU ui UrZUIIItEI LAAGSTE PRIJS — BUITENGEWONE CONDITIËN VRAAG DEMONSTRATIE FILIAAL VELO WASCHMACH. My. • (Adv.).

fÉKea^ee lekkere. Dnf 15 zoowaar een grool" gemi's. j[ Draaf deze annonce dan (( eens om en Ge zie F.. 1 ;si jgaiirud usjdm usd |j \ siVgtuwirmd'gji j B CUOVjpM SO|_| I (Adv.)

I MODE-SHOW 1 te houden op Maandag 24 fïij Sept. van 3—5 uur ia de groote gtj zaal van Bestaurant Royal (in- R 9 gang Jansbinnensingel No. 1), u 9 door de fa. OfITBJ Vijzelstr. 1 DU A O|ARNHEM I in samenwerking men g MaisonA.C.J. BURGERS g Roggestraat » I Toegangsbewijzen adfl.-p. pp §j bij beide firma's verkrijgbaar, s Handschoenen van de fa. Laimböok |fj Bijouterieën, Corsages etc. van de ||j iirma Au Petlt Paris. Ij| (Adv.).

De minister van Financiën, mr. P. J. Oud, zal Donderdag 27 dezer, evenals verleden jaar, van 20 tot 21 uur een radiorede houden over de Millioenennota, waarbij de minister tevens den algemeencn financieelen toestand des lands en de vooruitzichten voor de naaste toekomst op een voor de luisteraars begrijpelijke wijze zal behandelen.

De uitzending zal'over beide zenders geschieden.

In honderd jaar tijds, van 1830 tot 1930, is de bevolking van Nederland gestegen van 2.600.0C0 tot bijna 8 millioen. Nu al vele jaren neemt het zielental met plm. 100.000 per jaar toe. Waar moet dat heen mettertijd?

Komt wel in orde, heeft dr. A. Hijmans te Rotterdam in een openbare vergadering gerustgesteld. Het sterftecijfer zal klimmen, het geboortecijfer al meer dalen, is zijn voorspelling. De kentering is er reeds, zegt hij. Hij verwacht in de toekomst veeleer een voortdurende ontvolking dan overbevolking. Er zal een tijd komen (omstreeks 1960 wordt verwacht) dat het geboortecijfer beneden het sterftecijfer blijven zal. Procentsgewijze komen er steeds weer meer huwelijken, die kinderloos blijven of slechts enkele kinderen krijgen.

Door de' Besturen der Afdeelingen Varsseveld en Heelweg der Geldersche-Overijselsche Maatschappij van Landbouw werd in den winter van 1890—1891 een cursus georganiseerd in landbouwonderwijs. Daaraan werd deelgenomen door jongelui, die nu, voor zoover zij nog leven, bejaarde menschen zijn en die nog steeds met waardeering over dien eersten cursus spreken., Het onderwijs werd gratis gegeven door den heer W. de Blank, onderwijzer met landbouwakte te Varsseveld, geassisteerd door den heer J. Hofs, hoofd der school te Westendorp en tevens secretaris der Afdeelirig Varsseveld G. O. M. v. L. De cursussen, waaraan de deelname ieder jaar grooter werd, bleven bestaan eh toen door de Regeering hiervoor een Rijkssubsidie werd toegestaan, waren de Afdeelingsbesturen in staat de onderwijzers althans een toelage voor hun werk te geven. Toen bij de Regeering plannen ontstonden om ook in den Achterhoek een Rijkslandbouwwinterschool te vestigen, hebben voornoemde Besturen geen gelegenheid laten voorbijgaan om deze R. L. W. school in Varsseveld gevestigd te krijgen. Hun moeite werd niet beloond, want de school werd aan de gemeente Winterswijk toegewezen. Ondertusschen was door het Hoofdbestuur der G. O. M. v/L. Varsseveld uitgekozen om daar een cursus in landbo'uwhuishoudonderwijs te beginnen en de, Afdeelingsbesturen besloten hieraan zooveel' mogelijk ■ medewerking; te verleenen.' Deze cursussen zijn hierna, behalve in de oorlogsjaren, geregeld gehouden. -Toen in 1923 door de Regeering werd besloten over te gaan tot het stichten van, Lagere Landbouwscholen, werd door de Afdee-; lingen Varsseveld en Heelweg, onmiddellijk alles gedaan,'om ook zoo'n school in Varsseveld gevestigd te krijgen. Aanvankelijk hadden deze bemoeiingen geer resultaat;in 1924 deelde de toenmalige mini? ter van binnenl. zaken, Ruys de Beerenbrouck mede, dat hij geen vrijheid vond voor een lag. j landbouwschool te Varsseveld subsidie op zijn I begrooting voor 1925 te brengen. Maar men zat niet bij de pakken neer in Varsseveld.

Toen in 1925 door de Regeering onder Minister Kan weer tot oprichting van Lagere Landbouwscholen werd overgegaan, werd weer een poging gewaagd in Varsseveld.'een school gevestigd te krijgen, en ditmaal,met succes.

Van Regeeringszijde werd nu de noodige financieele me'dcwérking ondervonden en toen de Rijksbegrooting met het subsidie voor de school te Varsseveld was aangenomen, was de stichting der school verzekerd.

De Besturen wendden zich tot het Gemeentebestuur met 't verzoek: a) het gebruik te mogen hebben van twee lokalen der Openbare Lagere School te Varsseveld en b) zoo spoedig mogelijk te willen overgaan tot den bouw van een nieuwe school annex lokaal voor landbouwhuishoiidonderwijs. Het Gemeentebestuur besloot tot alle medewerking en stelde direct twee lokalen beschikbaar met de toezegging, zoo spoedig mogelijk tot den bouw van een nieuwe school te zullen besluiten.

In een schrijven van Dr. van der Zande, Inspecteur van het landbouwonderwijs, werd voorgesteld, dat de Bestuursleden der Afdeelingen Varsseveld en Heelweg gezamenlijk als bestuur zouden fungeeren, terwijl uit hun midden de heeren D. W. Gesink als voorzitter, J. G. Wiss-elink als secretaris en H. J. Beunk tot penningmeeter werd verkozen.

In een voltallige vergadering werden tot leden der Commissie van Toezicht gekozen de heeren E. J. Bcrkhoff, wethouder van Wisch, J. Enklaar, Hoofd cener school te Halle en daar minstens drie leden land- of tuinbouwer moesten zijn, werden hiervoor verkozen de heeren Joh. Gussinklo, raadslid van Wisch, G. J. Heusinkveld te Dinxperlo en G. Vossers te Silvolde. Een paar jaar later is deze commissie nog aangevuld men den heer H. Keuper te Dinxperlo en wegens vertrek van den heer Enklaar met den heer H. J. Heusinkveld uit Halle. Tot directeur der school werd in een gecombineerde voltallige vergadering van Bestuur en Commissie van Toezicht gekozen de heer J. Knake, hoofd der Wilhelminaschool te Varsseveld. De school werd toen op 1 October 1927, in tegenwoordigheid van zeer veel belangstellenden, geopend met een rede van den Hoog Edel Gestrengen Heer Mr. A. G. A. Ridder van Rappard, waarin hij duidelijk deed uitkomen, dat de Afdeelingcn Varsseveld en Heclweg steeds hadden getracht de jonge landbouwers meer kennis te doen bijbrengen en dat hij ook het genoegen had gehad eenige jaren geleden te Varsseveld den eersten cursus in landbouwhuishoudondcrwïjs te openen. Wegens ongesteldheid van den eerc-voorzitter der Afdeeling Varsseveld, den heer D. jW. Colenbrander, was de leiding van die bijeenkomst in handen gesteld van den heer J. Ormel, voorzitter der Afdeeling Heelweg. De lessen begonnen op 2 October met 61 leerlingen, verdeeld over drie klassen en steeds kon het bestuur cor.stateeren, dat het leerlingental ieder jaar vermeerderde, zoodat thans de school bezocht wordt door meer dan honderd leerlingen, verdeeld over vier klassen. Telken jare in de maand Maart wordt een ouderavond gehouden en dan is het schoollokaal geheel gevuld met ouders der leerlingen* terwijl hierbij ook de ouders van de meisjes van den cursus in landbouwhuishoudonderwijs worden uitgenoodigd. Ook worden in de maand Juni de ouders een middag uitgenoodigd tot een bezoek aan den tuin, waarvoor de belangstelling steeds grootcr wordt. De nieuwe school werd in gebruik genomen in 1029 en daaraan is verbonden het lokaal voor landbouwhuishoudonderwijs, terwijl het middenlokaal wordt gebruikt als schaftlokaal voor de jongens, die 's middags overblijven, of voor scheikundige proeven van den directeur. In de landbouwschool is centrale verwarming aangebracht, terwijl in beide inrichtingen waterleiding en electrische verlichting is. Het landbouwhuishoudonderwijs is thans uitgebreid tot een tweejarigen cursus, waaraan ook de naaldvakken zijn verbonden. De lessen worden gegeven door Mej. M. Dieckhaus uit Doetinchem, de naaldvakken door Mej. A. te Strake van Terborg, terwijl de heeren J. Knake, J. Entrop en Dr. Berkhout van Varsseveld respectievclijk de,lessen In landbouwkunde, tuinbouwkunde*en de, gezondheidsleer geven; • ; Beide inrichtingen, de lagere landbouwschool en de cursus in landbouwhuishoudonderwijs, zijn dus wel tot grootcn bloei gekomen. Al moge de druk der tijden vooral ook den landbouw treffen, zoodat de financieelc resultaten in liet boerenbedrijf uiterst gering of nihil te noemen zijn, niettemin heeft de jonge boer de liefde voor zijn mooie vak behouden, en daaruit spruit voort, de groote belangstelling voor het landbouwonderwijs en landbouwhuishoudonderwijs.

Moge die belangstelling vooral niet verflauwen.

Dc Lagere Landbouw school tc Varsseveld.

H.tenCate Hoedemaker- Automobielen Keppelscheweg 20, Doetinchem - Tel. 430 - Chrysler, Plymouth, Fargo. * (Adv.)

Uit is 't met de olie-vlekken, En het vettige gedoe Van Uw ouderwetsche stellen, „BUTAGAS" kookt snel en hoe ! Zonder 't allerminst gevaar Maakt het fyn Uw eten kjaar!! (Adv.)

Dc Nederlandsche bond van handelaren in aardappelen heeft het volgend telegram gezonden aan den minister van Economische Zaken: „Aangezien controle onvoldoende is, worden vele partijen aardappelen zonder heffing te betalen in de steden aangevoerd, waardoor toestand voor bonafide handel onhoudbaar is geworden. Verzoeke dringend opschorting dezer heffing".

Reeds is bekend dat de spoorwegen, in opdracht van den Minister van Waterstaat, ingaande 1 Octobcr a.s. bij mist, waarschuwingsseinen zullen doen geven bij onbewaakte overwegen.

Zooals tevens bekend is, staat de minister op het standpunt, dat de ongevallen in hoofdzaak te wijten zijn aan onoplettendheid van hen, die de overwegen passeeren. Echter moet erkend worden, dat er bij mist zelfs bij oplettendheid gevaar kan zijn. Vandaar de fluitseinen.

De spoorwegen zijn nog iets verder gegaan en hebben thans bepaald, dat fluitseinen moeten worden gegeven als de weersgesteldheid zoodanig is, dat de seinen op een afstand van driehonderd meter niet duidelijk waarneembaar zijn. ■ - ■v-

Met het geven der fluitseinen wordt aangevangen ten minste twintig seconden voordat de trein den onbewaakten overweg heeff bereikt, terwijl daarna het fluitsein met tusschenpoozen van twee tot vier seconden moet worden herhaald, totdat de locomotief of het voertuig den overgang is gepasseerd..