Limburgsch dagblad

  • Kopieer en plak deze bronvermelding in je document

Er is helaas een probleem met het ophalen van de afbeelding.

Dit kan twee oorzaken hebben:

  • De publicatie is nog niet beschikbaar in Delpher, maar zal dat binnenkort wel zijn.

  • Er is een tijdelijke storing met het laden van de afbeelding.

  • Probeer het later opnieuw.

    Onderstaande tekst is niet 100% betrouwbaar

    NIEUWE LETTEREN FOLKLORE IN NOORD EN ZUID

    D. J. van der Ven. Van Nederlandsche Luilakken. Dank voor stank bij dominee. Van Driekoningen-avond en keuninkje spelen. Uitg. Bosch en Keuning, Baarn.

    VU kunnen ons nu wel door-en-door modern ieni tijdgenooten van vliegmachine, stratosee "°nderzoek en parapsychologie, de oertijd f' "voort door ons gewone bestaan. De vreugen angsten van onze voorvaderen uit dc eQen, bronzen en ijzeren tijdvakken vinden ,8 steeds, hoe moeilijk ook herkenbaar, hun drukking in oude volksgebruiken. Onder den aduw der gerationaliseerde mijn jaagt men n Germaanschen winterbeer en de weergalm n hooze geesten verdrijvende gerucht klinkt fler de modernste viaducten. Wanneer de oer- der neolithische kampen van Stem or ,at|e.g terug kon komen, zou hij vermoedelijk, zijn verrassing, in profane en gekerstende magische gebruiken uit zijn ver■ en zien voortleven. Och, het bestaan van het drvidu duurt niet lang en dat van volken en Ssen beteekent in de eeuwigheid ook niet zoovel. "et blijft een der verdiensten van de moderne *l°re, dat ze ons het verband tusschen veren en heden beter heeft doen beseffen, dat ze ,s kerde inzien, dat we, alle toegespitste tèc-i- en aanmatigend urbanisme ten spijt, toch r°onden blijven met de natuur. Intusschen ede deze nog vrij jonge wetenschap zich voor erdreven diepzinnigheid. Ze makc niet ge- Qipliceerd wat in wezen eenvoudig is en zoeke en symbolen in woorden en daden die zonder bedoeling begrepen moeten worden. Vooral 't luetteeren met den vruchtbaarheidscultus — '°eden van Freud? — zal menigeen niet onedenkelijk voorkomen. n*e bekendste Nederlandsche folklorist, dhr. 'J- van der Ven, weet zich, in den regel, voor te e' hypothesen en Germaansche diepdenkerij te üden. Hij suggereert wel vaak: onbewust ani- söie en ritueele handelingen uit Keltische en 'hcht nog andere oertijden, doch het geheel "* 2.n verklaringen blijft aannemelijk. Hij ont'' ons hovendien zooveel verholen schoon, dert zoo dikwijls het gebied van beeldende aöst. muziek en letteren, dat een bespreking 'n zijn boekjes in deze literaire rubriek wel 9 haar plaats mag heeten. »Van Nederlandsche luilakken" is de titel van 0> 24 der Libellen-serie. D. J. van der Ven be- Jndelt hierin een zeer verworden lentefeest, dat ral in de Zaanstreek nog voortleeft. Dit veraderde volksgebruik, waarin de langslaper onir de jongens het middenpunt- der belangstelg vormt, komt in allerlei type over heel Jr°Pa voor en blijkt verwant te wezen aan de mbiu-gs-jje Pinksterblom. Wordt hier onze sterblom feestelijk rondgeleid, hetzelfde gein r TOet den Mokkummer Pinksterjongen en "enemuider Luiemotle. •, e onherkenbaar een in zijn wezen toch zin... en dichterlijk lentefeest verbasteren kan, be- JPt men eerst goed, wanneer men weet, wat . -sleepies trekken" in dc Zaanstreek beduidt. (te straatschenderij. Het losgelaten ronden met slierten blikken en ijzeren afval aan en en kettingen. erzaam voor onze overheden is hetgeen de eur schrijft omtrent het veredelen van volkssten. Door allerlei wel begrijpelijke doch zieldlg niet goed overdachte verordeningen had alleen bereikt, dat het mooie uit de volksuiken verdween; het onaangename handde zich. Eerst toen men de verschijnselen in geheel aanvaardde, gelukte het op verschile plaatsen de baldadigheden meester te wor. en het leven rijker te maken met eenige [> en> die vreugde werden voor jong en oud. ..denken nu meteen aan de goede zorgen van 1 autoriteiten, om de Mei-dentl S in betere banen te houden. j? ank voor stank bij Dominee", no. 44 der Hen-serie, behandelt zekere wel typische geken in cjen Achterhoek, als het mestrijden . den protestantschen dorpsgeestelijke, die, "ank voor deze meer gulle dan geurige gave, feestmaal moet aanrechten voor de mesteri en boerinnen. Als had de schrijver zekc- Sc«room om dit onderwerp te behandelen, - dekt hij zich met de getuigenissen var; . deering van deze vruchtbaar makende mate'Nan een drietal dichters. Hij citeert Huijgens, '"» ïn,.i