Oprechte Haerlemsche courant

SPANGIEN. MAdrid den 5 February. Daer werdt een geselschap van Heeren van 12 a 14 Jaren geformeert , ten eynde , omme den Coning te vergeselschappenin sijne Exercitien; en daer wert oock een Fort opgerecht, omme sijn Majest: te oeffenen:de Coninginneis in Landtsaecken oock seer besigh; en nu de Vloot uyt Nuova Spangie is aengekomen, sal men te rustiger deselve kunnenvoortsetten. Men is geresolveert van hier een Persoon na Engelandt te senden , omme aldaer te resideeren, wegens dese Kroon; waer toe twee Persoonen werden voorgeslagen. Den Grave van Hernan Nanez, wesende genomineert byde Coninginne, omme te gaen nae Poolen,ende denConingh aldaer te begroeten over sijn Huwelijck, maeckt sigh op heden daer toe vaerdigh, omme eerlangh te vertrecken. Men continueert te seggen, dat den Comte de Molina in Ambassade nae Vranckrijck sal gaen. Men oeffent op heden hier een seer strengeJustitie,waer doorwy vryingoederuste zijn. Gisteren wiert de Feest van St. Blasius geviert, met een toevloet van omtrent vijf duysent Carossen. Op heden is 't geruchte hier seer groot , van de doodt van Don Pedro, Regent van Portugael , 't welck te meer gelooft is geworden, omme dat den Grave van Miranda , sijn Ambassadeur in dit Hof , sijne Wapenen van sijn Paleys hadde laten afnemen; doch heeft sedertdie wederdaervoordoenstellen.

ITALIEN. Napels den 4 February Men is nae 't overgaen van Candia hier in eenige vreese geweest voor de Turcken; weshalven onsen Viceroy ordre heeft gestelt, dat onse Militie by alle voorval sal konnen vaerdigh zijn. Sr. Don Paul de Leon, Gouverneur van Baye , is overleden, en by den Viceroy in sijn plaets gestelt Don Antonio del Duogno,Capiteynvan de Cavallery. Roma den 8 February. 't Is gants anders als 't behoorde in 't Conclave, wesende in plaets van eendracht daer geschil , factie en twist, met seer weynigh hoope , dat men al dese verdeeltheyt tot een sal konnen brengen: de hoope voor Vidoni verdwijnt in Windt , alsoo den Cardinael Ghigi sijne Partye niet meer en hout onder voorgeven , dat de sijne tot hem niet genegen zijn: men seght , dat ondertusschen in 't Conclave kleyne satisfactie werdt opgenomen van de directie van gedachten Ghigi; doch Ghigi seght het selve weder van andere; en alsoo gemerckt heeft, dat men met een weynigh van sijne indispositie sijne Factie hadde gemeynt te versetten , met de aenbiedinge , die aen sijn Eminentie Sigismundo was gedaen, soo hout sigh, niet-tegenstaende een sware Squynansie , echter binnen 't Conclave, nevensde Cardinalen Cerassa en Corsini , welcke beyde mede sieck zijn gheweest;doch nu oockaendebeterhant. Daer was voorleden Donderdagh laetst een groot gerucht in 't Conclave , alsoo den Cardinael Maldachini was gegaen in de Capelle van 't ondersoeck, alwaer het Ceeltje van stemminge van den Cardinael Franzone vont , 't welck soude gheweest zijn in favour van Elci , 't geen hy , tegens de Bullen, 't selve verbiedende te divulgeeren , direct aen deede: ondertusschen is men onseecker , of dit van Franzone by ongeval op per studie soo is gedaen geweest: men heeft wel eenigh seggen van den voorsz. Elci; maer men heeft de meeste opinie , dat men noch niet en spelt die 't wesen sal, werdende alom een groote Politie ghebruyckt. Milaen den 12 February. Den Hartogh van Mantoua doet hier vorderen de Betalinge , van 't geene van de Coningh ontfanght, en soeckt spoedigh Gelt, vermits sijn aenstaende Huwelijck met de Princesse van Guastalde. Daer is hier een Courier van Spangie deur gepasseert, welcke hier ordre aen de Cooplieden heeft gelaten , omme 8000 Pistoletten aen den Hartogh van Ossuna te betalen. Men schrijft van Turin, dat den jongen Prince van Savoyen weder siecker geworden was; en dat in Piedmont, omme de sware Impositien, schaersheydt van Gelt, en schaersheydt van Granen, groot gebreck wierdt geleden. Venetien den 14 February. Men spreekt hier van 3 Generaelen te casseeren , namentlijck , die van de 3 Eylanden, van ons Schepen , en van de Galjoenen , uyt menagie.

VRANCKRIJCK. St. Germain den 24 February. Den 15 deser quam hier den Hartogh van Meckelenborgh , en begroete sijn Majesteyt , die hem nae wensch ontfingh. Op den 16 heeft sijn Majest: Audientie gegeven aen den Ambassadeur van Engelandt , en op den 17 hebben haere Majesteyten voor de laetste mael het Coninglijcke Divertissement genoten. Parijs den 28 February. Van Romen spreeckt men, dat ter geen Accoort uyt te vinden is, om een Paus te kiesen, of 't sal den Cardinael Albici moeten wesen, die reets 73 Iaren heeft , een vroom en eerlijck Man, en een Creatuur van Paus Innocent. HetTractaetvan Commercie tusschen Vranckrijck en Engelandt is seer ghevordert;en men spreeckt , om op heden maer de Lasten te vinden, die wederzijdts sullen moeten betaelt werden by de Onderdanen. Men spreeckt van een Treves, welcke onderteyckent sal werden tusschen dese Kroon en Spangie, om voor een Iaer geene hostile Actien te plegen, gelijck als voorheen is gesegt; maer op heden werdt evenwel vernomen, dat dapper voort gevaren werdt met het vervaerdigen van een seer groote Vloot ter Zee, en men sent veel Amonitie nae de Nederlanden: daer werdt oock meer als oyt gesproocken van de Passagie nae Maestricht te maecken, sonder dat men kan seggen , wat men daer mede voor heeft. Den Grave van Furstenbergh is uyt Duytslandt thuys gekomen , alwaer voor Vranckrijck heeft ghenegotieert. Monsr. de Gourville is te post te rugge gekeert uyt Spangie , alwaer voor den Prince van Conde is geweest, om Betaelinge te bekomen; maer men weet niet, wat mede gebracht heeft. Den Pater d'Acony , Iesuyt, is welnae Villers Cottrez gegaen , om dese Vasten te predicken voor Monsieur , en hem de Matematica te leeren; maer men verseeckert op heden , dat sijn Coninglijcke Hoogheydt in het korte ten Hove sal zijn gekomen , of op heden al is, gelijck oock Tydingen zijn , invoegen , dat het selve onnoodigh sal zijn.

Duytslandt en d'aengrensende Rijcken. Weenen den 15 February. Daer komen uyt Hongarien Tydingen , dat de groote Stadt Babilon door Correspondentie sigh aen den Persiaen soude overgegeven hebben; waer op den selven een Missive aen den Coningh van Poolen soude geschreven hebben, met belofte, van Poolen, by diversie, te willen assisteren tegens de Turcken , indien de Ukraine wilden attacqueren. Daer werdt hier een seer kostelijcken Silveren Sadel , met het Paerde-tuygh daer by, en speciael de Stegelrepen en Toom van enckel Gout, voor de Coningh van Poolen vaerdigh gemaeckt. Het Smitisse Regiment, de Coninginne van Poolen geconvoyeert hebbende, is nu nae Comorra in 't marcheeren. Den Solemny maeckt in Sevenbergen veel spul , en voor al tracht hy eenige moeyten te causeeren, apparent omme daer mede zijn voordeel te doen. Regensburgh den 18 February. Met desen Vasten-Avondt heeft den Prince Bisschop van Aichstad, Keyserlijcken Commissaris , een heerlijck Bancket aen de aenwesende Gevolmachtighde van de Cheurvorsten , Princen en Staten van het Keyserrijck gegeven, wesende alle present, uytgenomen die van Brandenburgh, over de Rangh. Men verwacht vast alle Dagen de Resolutie van het Wapenen,tot securiteytvan 't Rijck , waer in Cheur-Saxen, Cheur-Heydelbergh, Cheur- Mentz en Cheur-Trier wel eens zijn; maer de Resolutien

van Cheur-Brandenburgh , Ceulen en Beyeren zijn noch voor den dagh niet gekomen. Men heeft Advys van Munichen, dat den Abt Granvel aen 't Hof van Beyeren seer wel was ontfangen , en dat van daer nae Nieuburgh soude gaen, en apparent tot Wurtzburghby Cheur-Mentz. Neurenburgh den 21 February. Over 8 Dagen zijn van de Lunenburghsse Volckeren , die in Candia geweest zijn, van 4 Compagnien 83 Man door Donauwaert ghepasseert, doch souden noch meer volgen; dese klagen van grote elende , die sy geleden hebben. Den Turck de Cigala is hier maer een Nacht verbleven; waer nae voort op Munchea is vertrocken. Hamburgh den 28 February. Den 13 deses is een Tartarisse Gesant, met een Suite van 20 Persoonen en 30 Paerden, tot Wismar aengekomen, sijn voornemen soude wesen voort nae Sweden te gaen. Den Coningh van Denemarcken liet Daeghs voor sijn overlijden , alsoo hem soo swack bevoelde, alle de Gevangenen los laten: De Voorsegginge van sijn Majesteyts doodt werden geseyt dese te zijn, namentlijck, den Astrologus Johan Meyer Husz heeft geset in sijn Prognosticatie achter den Almanach: Een hoogh Hooft wordt betreurt, 't geen de wegh van alle de Wereldt sal gaen, en stelt het even nae den 18 deses, wesende de hoogh-gedachte Coningh op den 19 deser overleden: item, Alstad in de DenemarckseAlmanach Prognosticatie set achter ad Hiemem: Een Suyl van Christenrijck mochte wel aenstoot lijden; en eyndeling noch Fuhrman in sijne Prognosticatie van Februario, Dat een Herois Persoon in groot gevaer stont; maer onder soo generale Woorden kan men veel in 't gros seggen, dat men weder anders draeyen kan.