Zonder waarborgen geen vrijheden. De frontpagina's van alle Engelsche bladen zijn gewijd aan den vredesstap van koningin Wilhelmina en koning Leopold. De beweegredenen voor den stap worden ten zeerste gewaardeerd, doch over de reden voor dit „plotselinge aanbod" verkeert men in gissingen. Alle bladen publiceeren over dit onderwerp lange hoofdartikelen. Daily Telegraph schrijft: De weg naar de vestiging van een duurzamen vrede is een, dien Groot-Brittannië en Frankrijk maar al te gaarne zouden wenschen te betreden doch een duurzame vrede moet een eervolle vrede zijn en op het oogenblik wijst niets er op, dat de voorwaarden voor een eervollen vrede kunnen worden verkregen. Wanneer de overtreder bereidheid toont zijn agressies prijs te geven en afstand te doen van de onrechtvaardig verkregen belooningen daarvan, k^n het de tijd zijn met hem te beraadslagen over d e grondlegging van een duurzamen vrede. Indien Halifax, toen hij gisterenavond het woord voerde, in het bezit zou zijn geweest van de boodschap van koning Leopold en koningin Wilhelmina zou hij geen gepaster en overtuigender antwoord er op hebben kunnen eeven. Daily Mail schrijft: Nederland en België hebben in de laatste paar weken groote aantallen Nationaal-Socialistische troepen aan hun grenzen gezien. Hun bemiddelingsaanbod geheel toe te schrijven aan Duitschen druk zou zijn een onderschatting van de waardigheid en vastbeslotenheid van deze ernstige volken. Doch wel zou kunnen zijn, dat het aanbod door Hitier werd aangemoedigd, die in hun wensch naar den vrede den uitweg zou kunnen zien uit zijn eigen dilemma. Groot-Brittannië en Frankrijk staan vastberaden. Geen bemiddeling kan succes hebben zonder waarborgen. Dergelijke waarborgen zijn vitaal, ook voor Nederland en België, zonder deze waarborgen zullen zij nooit vrijheid genieten. Daily Herald schrijft: Door aan te bieden gezamenlijk als bemiddelaars op te treden tusschen oorlogvoerende naties erkennen de Belgische en Nederlandsche souvereinen, dat het lot hunner beide naties onvermijdelijk is tezamen stand te houden of te vallen. Hun actie volgt op het bericht, dat Hitier een agressie tegen een der beide landen zou overwegen.
Niemand twijfelt aan de oprechtheid van den vredeswensch der volken van Nederland en België. GrootBrittannië en Frankrijk zijn niet minder oprecht in hun wensch naar vrede, doch het moet een vrede zijn op voorwaarden, welke vereenigbaar zijn met eer en het einde der agressie verzekeren. Indien Duitschland eerst zijn troepen uit Polen en Tsjecho-Slowakije zou terugtrekken, zouden Groot-Brittannië en Frankrijk bereid zijn te beraadslagen over de voorwaarden voor een vredesregeling. LEVENDIGE INDRUK IN ROME. Het initiatief van koningin Wilhelmina en koning Leopold ten gunste van den vrede heeft te Rome leven digen indruk gemaakt. Men zou er wenschen, dat een compromis tot stand komt tusschen de geallieerden en Duitschland. Men maakt zich evenwel geen illusie over het resultaat van dezen stap, hoewel men in Rome van meening is, dat een vreedzame oplossing nog mogelijk is, zoolang het aan den Rijn nog niet tot een hevige botsing is gekomen. VAGE HOOP IN DE VER. STATEN. Over het Initiatief van koningin Wilhelmina en koning Leopold, heeft men zich in Amerikaansche congreskringen uitgelaten in een goedkeurenden zin, die werd getemperd door scepticisme ten aanzien van het uiteindelijke resultaat. De & senator Schwellenbach zeide te hopen, dat het initiatief succes mocht hebben. Pepper zag weinig kans op een onmiddellijken vrede. De senator Clark prees den stap als „zeer opmerkelijk". Hij voegde hieraan toe: „Ik geloof niet, dat het initiatief uit een betere bron zou kunnen komen en ik hoop, dat deze landen bij hun pogingen gesteund zullen worden door de Scandinavische landen en Zwitserland." EERSTE REACTIE IN LONDEN. Men kan verklaren, zoo zegt Reuter, dat mededeeling van de koningin der Nederlanden en den koning der Belgen in Londen natuurlijk zeer nanwkeurig bestudeerd zou worden. Hierbij mag. er aan herinnerd worden, aldus Reuter, dat Chamberlain en Daladier zeer duidelijk de positie hebben bepaald van hun regeeringen ten aanzien van den oorsprong van den oorlog en van de omstandigheden welke, in hun oog, een rechtvaardigen blij venden vrede mogelijk zouden maken.
HET VREDESINITIATIEF. ENGELSCHE PERSSTEMMEN.. "Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant". 's Hertogenbosch, 08-11-1939. Geraadpleegd op Delpher op 23-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000019901:mpeg21:p002
"Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant". 's Hertogenbosch, 08-11-1939. Geraadpleegd op Delpher op 23-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000019901:mpeg21:p002
.Mijnhardije De echte zijn niet rond, maar hartvormig. vlucht direct voor
Advertentie. "Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant". 's Hertogenbosch, 08-11-1939. Geraadpleegd op Delpher op 23-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000019901:mpeg21:p002
Donderdagavond om half acht Duitschen tijd (6 uur 50 Amsterdamschen tijd) zal rijksminister Rudolf Hess een rede houden, welke over alle Duitsche zenders zal worden verspreid.
HESS MORGENAVOND VOOR DE RADIO.. "Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant". 's Hertogenbosch, 08-11-1939. Geraadpleegd op Delpher op 23-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000019901:mpeg21:p002
De Finsche minister van financiën, Tanner, heeft uit Moskou een langdurig telefoongesprek gevoerd met Helsinki. Naar verluidt heeft Tanner de Finsche regeering er van in kennis gesteld, dat eeiv nieuwe grondslag is ontdekt voor de voortzetting der Russisch— Finsche besprekingen. De bevolking, die uit Helsinki was geëvacueerd, begint naar haar haardsteden terug te keeren en vele scholen worden Maandag weer geopend. Helsinki herkrijgt een normaal uiterlijk. De zandzakken, de beschermde ruiten en de verduisterde straten blijven er echter aan herinneren, dat een regeling nog niet tot stand gekomen is. DUITSCHLAND NEUTRAAL OPZICHTENS FINLAND. Volgens den Berlijnschen correspondent van de „Basler Nachrichten" wordt in de Wilhelmstrasse te Berlijn verklaard dat Duitschland zijn houding van absolute afzijdigheid ten aanzien van het Russisch—Finsche conflict zal handhaven. Daarom weigert men commentaar te geven op de rede van Molotof. VAREN ONDER PANAMEESCHE VLAG. Huil is er tegen. Minister Huil heeft zich gisteren een tegenstander verklaard van het voornemen, om schepen van de „United States Lines" over te brengen op het scheepsregister van Panama, daar zulks zou indruischen tegen de integriteit van de neutraliteitswet. ' Hoewel was medegedeeld, dat de scheepvaartcommissie goedgekeurd had, dat acht schepen op het Panameesche scheepsregister zouden worden overgebracht, verklaarde de commissie later, dat zij zich haar uiteindelijke goedkeuring nog voorbehoudt. De lijnvaartuigen Manhatten en Washington, elk metende 24-000 ton, zouden niet onder de overdracht vallen. Huil verklaarde zeer verlangend te zijn, zooals iedereen, een absolute neutraliteit te bewaren in de gevechtszone. Hij zou geen bezwaar hebben tegen den verkoop van Amerikaansche schepen aan andere landen.
FINSCH-RUSSISCHE BESPREKINGEN. Nieuwe basis gevonden.. "Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant". 's Hertogenbosch, 08-11-1939. Geraadpleegd op Delpher op 23-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000019901:mpeg21:p002
Het Fransehe legerbericht van Dinsdagavond luidt: Plaatselijke activiteit van patrouilles en artillerie op verschillende punten van het front. DUITSCHE VLIEGTUIGEN BOVEN NOORD-SCHOTLAND. Duitsche vliegtuigen zijn gisteren gezien op groote hoogte vliegende in een streek in Noord-Schotland. Luchtafweergeschut opende het vuur, maar de toestellen verdwenen in den mist. Zij vlogen over de Shetlandeilanden. GEVECHT OP DE NOORDZEE. De Britsche admiraliteit deelt mede: Eenige van onze lichte eenheden, waaronder Poolsche torpedojagers, zijn gistermorgen in het Zuidelijke deel van de Noordzee in contact geweest met Duitsche vliegtuigen. Geen de vaartuigen liep eenige schade op. De vijandelijke verliezen zijn niet bekend. LUCHTGEVECHT BOVEN DE NOORDZEE. Verscheidene groote bommenwerpers komende uit Noordelijke richting en achtervolgd door een dozijn gevechtsvliegtuigen werden gisteren om half twee waargenomen boven de Noordzee natoij Ringköping (Denemarken). Er ontstond een kortstondig gevecht, waarna de bommenwerpers verdwenen, gevolgd door de gevechtstoestellen. Geen der machines kon geïdentificeerd worden. Een visschersman uit Ringköping zeide, dat het gevecht plaats had aan de grens van de Deensche territoriale wateren. Hij meende, dat de bommenwerpers van Duitschers waren en de gevechtsvliegtuigen van Engeland. Het scheen, dat de bommenwerpers de vlucht namen. BRITSCH SCHIP DOOR DUIKBOOT ACHTERVOLGD. Mackay Radio heeft om 19-30 uur (Britsche Zomertijd) gisteravond een noodsein opgevangen van het Britsche stoomschip „Mataroa", dat meldde achtervolgd te worden door een duikboot van onbekende nationaliteit. Hieraan werd toegevoegd: „De duikboot is verdwenen of ondergedoken". De Mataroa is een vaartuig met passagiersaccomodatie van 12.390 ton. DUITSCHERS SCHIETEN EIGEN TOESTEL NEER. Maandagavond is een Duitsch vliegtuig, dat uit de koers geraakt was en bij vergissing in het luchtafweerdistrict van Hamburg gekomen was, door het luchtdoelgeschut neergehaald. Beide inzittenden konden zich met hun valscherm redden en bleven ongedeerd, meldt het D. N. B. DUITSCH GROOT-INDUSTRIEEL GEVLUCHT. Volgens de Telegraaf is de Duitsche Groot-industrieel Fritz Thyssen, een der meest vooraanstaande figuren in de West-Duitsche kolen- en ijzerindusfcrie, met achterlating van zijn enorm fortuin, naar Zwitserland gevlucht. Thyssen heeft de Nat.-Soc. partij financieel zeer gesteund. Hij was een bewonderaar van Hitier. DUITSCHE HANDELSBESPREKINGEN MET DRIE BALKANLANDEN? Het Bazelsche blad „National Zeitung" verneemt uit Berlijn, dat de rijksminister van economische zaken, dr. Funk, een conferentie wil beleggen met Roemenië, Joego-Slavië en Bulgarije, ter bespreking van handelsaangelegenheden. De conferentie zou vooral ten doel hebben, de moeilijkheden uit den weg te ruimen, waaronder de buitenlandsche handel van Duitschland op het oogenblik te lijden heeft. EERSTE ZENDING NA OPHEFFING VAN HET EMBARGO. De Imperial Airways maken bekend, dat de eerste zending, die sedert de opheffing van het wapenembargo op oorlogsmateriaal uit de Vereenigde Staten is verzonden, gevormd is door uitrustingstukken voor de Imperial Airways. De zending was een deel van een order, die in Juni was geplaatst betreffende 56 vliegtuigmotoren en accessoires. Ofschoon op het oogenblik een achterstand bestaat op het program, wordt de productie versneld voor deze 1.200.000 dollar bestelling. Verwacht wordt, dat alle leveringen volgens het contract in Februari gereed zulle» zijn.
BEDRIJVIGHEID DER LUCHTMACHTEN. Duitsche machines in de Engelsche buurt.. "Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant". 's Hertogenbosch, 08-11-1939. Geraadpleegd op Delpher op 23-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000019901:mpeg21:p002
ingeland is niet bezield door wraak en eischen.
De Britsche minister van buitenlandsche zaken, lord Halifax, heeft gisterenavond een radiorede gehouden over het oorlogsdoel van Engeland. Hij herinnerde aan de verklaring, door Chamberlain afgelegd bij het uitbreken van den oorlog, toen de minister-president zeide, dat Engeland vocht tegen „bruut geweld, kwade trouw, ongerechtigheid, onderdrukking en vervalsching". Het komt mij voor, aldus de minister, dat deze woorden sindsdien meer en meer een antwoord geven op twee vragen. De eerste dezer vragen is: wat is het werkelijke doel van onzen strijd? Dat vele menschen een antwoord op deze vraag wenschen, blijkt uit het feit, dat men in zoo menigen kring verlangt, dat de geallieerde landen, met grootere nauwkeurigheid een definitie geven van wat soms de oorlogsdoeleinden worden genoemd. Het antwoord is in algemeene termen gegeven. Wij strijden voor de verdediging van de vrijheid, wij vechten voor den vrede, wij bieden het hoofd aan een uitdaging ten aanzien van onze veiligheid en die van anderen, wij verdedigen het recht van alle volken op het leiden van een eigen leven. Wij vechten tegen de vervanging van het recht door het brute geweld als scheidsrechter tusschen de volken, tegen schending van de heiligheid der verdragen en verzaking van het plechtig gegeven woord. Wij hebben ervaren, dat er in Europa geen plaats kan zijn voor beschaving, kunst en vrede, zoo lang Duitschland niet gedwongen is, in te zien, dat nieuwe daden van agressie niet geduld zullen worden. Dienovereenkomstig moet het ons vaste besluit zijn, niet alleen de toekomst te sparen voor een herhaling van de onrechtvaardigheden, die de Duitsche agressie gedurende de laatste jaren in Europa heeft veroorzaakt, maar ook zooveel mogelijk de schade te herstellen, die Duitschland zijn zwakkeren buren heeft aangedaan. Dat doei wordt versterkt door de wetenschap van de wreede vervolging van beginselen en personen door meedoogenlooze menschen in Duitschland. In het algemeen is het niet de zaak van een volk, zich te mengen in het binnenlandsche bestuur van een ander land. Doch wanneer de uitdaging in de sfeer der internationale betrekkingen verscherpt wordt, zooals thans Duitschland doet, doordat het den menschen de elementaire rechten van menschelijkheid ontzegt, dan raakt die uitdaging onmiddellijk iets instinctiefs diep in het universeele geweten der menschheid. Wij strijden dan ook voor de handhaving van het recht en barmhartigheid in den omgang tusschen de menschen en in de groote gemeenschap der beschaafde staten. Als men tegenover kwade dingen geplaatst is, staan, zooals de ministerpresident gezegd heeft, slechts twee wegen open. Men moet ze trotseeren of ze tevreden stellen. En dat laatste beteekent oneer. Wanneer ik terugdenk aan de dagen, waarin wij een beslissing moesten nemen, staat het voor mij vast, dat wij inderdaad slechts ten koste van de grootste oneer een oorlog hadden kunnen afwenden. Thans rusten de grootste oneer en de grootste dwaasheid op den aanvaller. De groote dwaasheid der Duitsche regeering ligt voor de wereld open. Wij en onze bondgenooten, wij zijn allen een in den wil en het vertrouwen, dat wij in staat zijn ook de groote dwaasheid aan te toonen, waarmede de Duitsche regeering haar eigen vernietiging bewerkstelligde. Dit brengt mij, aldus Halifax, tot mijn tweede vraag. Kunnen wij er werkelijk zeker van zijn, dat wij, door een overwinning in dit conflict van physieke kracht, ons doel bereiken? Met andere woorden: wanneer wij de overwinning behaald zullen hebben, wat dan? Wat zal de betere toekomst zijn, waarvoor wij offers zullen kunnen brengen en niet op de kosten zullen zien? De minister-president heeft verklaard, dat wij geen vrede van wraak willen, dat wij geen territoriale eischen voor onszelf hebben en moeten inzien, dat de toekomst weinig hoop biedt, tenzij langs den weg van onderhandelingen en overeenstemming een nieuwe vredesregeling verkregen zou worden. Maar wij zijn vastbesloten, er zooveel als menschelijkerwijze mogelijk Is, voor te zorgen, dat Europa niet het slachtoffer van een .herhaling dezer tragedie zal zijn. Met dit doel voor oogen zullen wij, wanneer de tijd komt, al onzen invloed aanwenden voor den opbouw van een nieuwe wereld, waarin de volken
niet zullen toelaten, dat hun noop op een voller leven de bodem wordt ingeslagen door een krankzinnige gewapende rivaliteit en dat het vertrouwen op de toekomst zal worden overschaduwd door een sombere onheilsverwachting. In de nieuwe wereld, waarnaar wij streven, zal plaats zijn voor samenwerking van alle volken op den grondslag van menschelijke gelijkheid, zelfrespect en wederzij dsch vertrouwen. Wij zullen vele dingen, die aan het internationale contact ten grondslag liggen — sociale, politieke en economische vraagstukken — hebben te overdenken en middelen moeten vinden om de noodzakelijkheid van verandering in een voortdurend veranderende wereld te verzoenen met beveiliging tegen verstoring van den vrede door wapengeweld. Alle landen zullen hun bijdrage tot de nieuwe orde, waarnaar wij zoeken, moeten leveren en op ons volk zal een groote verantwoordelijkheid ten aanzien van de gedachte zoowel als van de daad, komen te rusten. Niet minder dan anderen moeten wij leering trekken uit de mislukkingen en teleurstellingen van het verleden. Wij hebben geen voorstelling van het beeld der wereld van na den oorlog. Wij weten niet, onder welke omstandigheden de vijandelijkheden zullen eindigen en over welke bouwstoffen wij de beschikking zullen hebben bij het oprichten van het vredesgebouw. Sommiien gelooven, dat een nieuwe orde slechts kan worden verkregen, wanneer de volken hun souvereine rechten in zekere mate opgeven om den weg voor een meer organische eenheid te effenen. Doch indien men zoo hoopt, uit onafhankelijke staten te komen tot een hechter internationaal systeem, moeten wij dat vernemen uit den wil der volken, want alleen die kunnen het denkbeeld leven geven. Na den oorlog zullen wij er zorg voor hebben te dragen, dat wijsheid en goede wil samenwerken in de onmetelijke taak, die ons wacht. Niemand kan zeggen, wanneer en hoe wij tot de overtuiging zullen komen.dat onze doeleinden bereikt zijn. Doch wanneer wij het vaste geloof hebben, dat ons besluit en onze algemeene koers juist zijn, dan behoeven wij ons over den afloop niet bezorgd te maken. Ik vertrouw, dat het Britsche volk, indien het zijn eigen normen van doel en gedrag gedurende den geheelen oorlog kan handhaven, naar den geest beter uitgerust zal zijn voor zijn aandeel in de ordening van een gelukkiger toekomst." Halifax zeide toe te geven, dat de physieke kracht, alleen niet in staat is het kwaad, dat aan den oorlog ten grondslag ligt, uit te roeien. „Doch de erkenning van deze waarheid — aldus zeide hij — mag ons nooit blind maken voor het feit, dat wij, wanneer wij uit vrees ^oor de oorlogstragedie werkloos blijven tegenover het optreden dat wij een kwaad achten, de uiting van geestelijke waarden, die allen menschelijken vooruitgang hebben bezield en geleid, ter vernietiging overgeven. De weg, dien wij voornemens zijn af te leggen, kan lang zijn. Wij hebben den tijd om over onze grieven te denken en ons voor te stellen, hoeveel beter wij den arbeid van een ander zouden hebben gedaan. Het recht om te mopperen is bijna een traditite van het Britsche ras, dat die kunst buitengewoon gced verstaat. Het is een teeken van vrijheid, als ge ziet naar Duitschland, waar het mopperen u waarschijnlijk in een concentratiekamp zal brengen. Laat ons onze vrijheid behouden, doch haar gebruiken voor de versterking van ons doel." Halifax waarschuwde zijn hoorders, dat de vijand van ieder telken van oneenigheid gebruik zou maken en besloot met de woorden: „Het is o^ze nlicht eensgezind en sterk van geest en hart te zijn. Daarvan zal zeker o^ze kracht in den strijd afhankelijk ziin en, wanneer die strijd voorbij is, ook het vermogen den oproer) tot waardijen arbeid voor de toekomst der menschheid te beantwoorden." KORTE BERICHTEN. — De Roemeensche regeering heeft in Engeland een order geplaatst tot een totaal waarde van meer dan 500 000 pond sterling, voor welk bedrag autoambulances en vrachtwagens geleverd zullen worden. — De ex-minister Alfierl is door den Italiaansche koning benoemd tot gezant bij den H. Stoel. — Abram Grunszpan, de oom van den moordenaar van den Duitschen gezantschapsattaché Von Rath te Parijs is in hechtenis genomen. Verleden jaar November was hij veroordeeld tot vier maanden gevangenisstraf wegens het verborgen houden van een vreemdeling. Hij was in hooger beroep gegaan, maar zijn beroep is verworpen.
HALIFAX AAN HET WOORD. DOEL VAN ENGELAND. RECHT, VREDE, VEILIGHEID EN BARMHARTIGHEID.. "Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant". 's Hertogenbosch, 08-11-1939. Geraadpleegd op Delpher op 23-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000019901:mpeg21:p002
Onder het opschrift „Een zonderling manifest van de komintern tegen de regeeringen van Europa en de Vereen. Staten" publiceert de „Giornale d'Italia" een belangrijk artikel van Gayda, waarin deze, na te hebben opgemerkt, dat de komintern de rol van openbaren aanklager wil spelen tegen Engeland, Frankrijk en Duitschland zonder onderscheid, de vraag stelt, welk onderscheid er bestaat tusschen de komintern en de regeering te Moskou. Dit vraagstuk, aldus het blad, dat nooit is opgehelderd, is van groote beteekenis, want op het oogenblik beschuldigt de komintern niet alleen de beide democratiën, maar ook het Duitschland van Hitier, dat de Moskousche regeering zoo juist als een bondgenoot heeft verwelkomd. Dat beteekent, dat er geen definitief accoord bestaat tusschen Moskou en Berlijn en dat het communisme, met zijn destructieve actie, de Sovjetregeering zijn daden opdringt, terwijl het tevens het richtsnoer vormt voor haar optreden. Indien er op het oogenblik een imperialistische belangenstrijd woedt, zoo vervolgt de „Giornale", dan speelt daarin ook Rusland zijn rol, dat tracht zijn grondgebied te vergrooten. In tegenstelling tot de beweringen in het manifest van de komintern, werkt Rusland niet voor den vrede, neen, sinds twintig jaren werkt het alleen voor een oorlog, waarvan het de communistische revolutie verwacht. Dat wordt aangetoond door zijn interventies in Buiten-Mongolië, in China en Spanje. Heel Europa heeft reeds erkend, dat niet het communistische Rusland, maar het fascistische Italië de taak op zich heeft genomen van bewaker van den vrede op den Balkan. De Italiaansche afzijdigheid van den oorlog heeft het conflict beperkt, doch dit is gaan groeien door de interventie van Rusland in Polen. Overigens heeft Italië onlangs nog bewezen, dat het den vrede in de Donau- en Balkanlanden wil bewaren. Wat ten slotte de bewering van de komintern betreft, dat Italië het geschikte oogenblik afwacht om zich aan de zijde van de winnaars te scharen en zijn deel van den buit te grijpen, zulk een denkbeeld heeft tot dusver alleen de regeering van Moskou beheerscht, die dit, na de bliksemsnelle Duitsche overwinning, verwezenlijkt op de thans verslagen en weerlooze gebieden van Polen. De politiek van Italië heeft op open «a layato wüze getracht den vrede van
Europa te redden en geeft zich thans moeite het conflict te beperken en de beschaving te redden. Het staat niet aan de komintern, die politiek te beoordeelen.
GAYDA OVER HET COMMUNISME. De Komintern heeft de politiek üan Italië niet te beoordeelen.. "Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant". 's Hertogenbosch, 08-11-1939. Geraadpleegd op Delpher op 23-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000019901:mpeg21:p002