Haagsche courant

  • Kopieer en plak deze bronvermelding in je document

Er is helaas een probleem met het ophalen van de afbeelding.

Dit kan twee oorzaken hebben:

  • De publicatie is nog niet beschikbaar in Delpher, maar zal dat binnenkort wel zijn.

  • Er is een tijdelijke storing met het laden van de afbeelding.

  • Probeer het later opnieuw.

    Onderstaande tekst is niet 100% betrouwbaar

    KUNST EN LETTEREN.

    Toegezonden boeken. Geloof, Hoop en Liefde, deze drie , . door ds. J. C. Helders. Uitg. Bosch en Keuning. Baarn. In de Libellen-serie is een opwekkend boekje van de hand van ds. J. C. Helders verschenen, onder den titel: „Geloof, Hoop en Liefde, deze drie . . In vier hoofdstukken ontwikkelt de schrijver troostrijke gedachten voor hen — de velen -— die in deze scheefgetrokken wereld aan het vademecum voor den Christen zijn gaan twijfelen of zijn beteekenis niet meer verstaan. Onder den titel ..Geloof" zegt schr., dat de beantwoording van de vraag wat wij onder geloof verstaan niet van belang, maar dat de beantwoording van de vraag, wat Jezus geloof noemt, levensbeslissend is. Het geloof is het rekenen op den Heer. het bergenverzettende geloof. God gelooft, dat wij zoo zijn of zoo kunnen worden, dat Hij ons zegenen kan. God hoopt, dat wij zoo zijn of zoo willen worden. dat wij zijn zegen willen ontvangen. Dat is het motief van het tweede hoofdstuk ..Hoop". In het derde ,.Liefde" treedt schrijver in het tijdbeeld, dat hij in enkele zinnen scherp schetst, na eerst te hebben opgemerkt, dat het wel heel moeilijk is over liefde tl.ans iets te zeggen. Liefde onder de volkeren, onder de volksgenooten ? Met een vraagteeken. Haat en geweld, die ontstaan zijn uit zelfzucht, over heerschei». Maar toch: ,,God kan en wil en zal zegenen. Wij kunnen dat niet ongedaan maken. Dat is een geweldige gedachte". In het laatste hoofdstuk ..Kinderen Gods", dat men de toepassing of vervulling der voorafgaande zou kunnen noemen, zet schrijver uiteen hoe de menscliheid, in haar armoede, niets wezenlijks kan bereiken zonder de hulp van den „ Vader". „Ontwaak en leef". — Dorothea Brande. f.evdsche Uitgevers Maatschappij. Leiden. In dit Amerikaansche werkje, vertaald door den heer J. Te-steeg, betoogt de schrijfster, dat er in ieder mensch een wil om te mislukken schuilt. Dezen wil moet nien onderdrukken. De wil om te slagen moet men aankweeken. Het wijst den weg aan om zijn gaven op ieder gebied te kunnen ontplooien, niet allen den zakenman in zaken, doch ook de huisvrouw in het huishouden, den leeraar op school, den kunstenaar in de kunst. Men moet het juiste woord, de juiste houding, de juiste toon kennen om te kunnen slagen. De energie, besteed aan den drang tot falen moet verbruikt worden aan den drang tot dit slagen. Mislukkingen zijn volgens Dorothea Brande alleen aan zichzelf te wijten. Iedereen heeft zijn eigen succes fn handen. Het boek van deze schrijf, ster is een wegwijzer naar het succes. Het is interessant en lezenswaardig. Josef Pilsudski, de groote maarschalk. — Major dr. W. Lipinski. — A. W. Sijthoff's Uitgevers maatschappij, Leiden. Een interessant boekwerk, een levensbeschrijving van den grooten Poolschen Maarschalk Pilsuldski, de grondlegger en bevrijder van Polen, de organisator van den Poolschen staat, die aan het Poolsche volk zelfstandigheid en onafhankelijkheid heeft geschonken. De uitgave is een hulde aan een strijder voor de vrijheid, wiens strijd ook in de harten van het vrijheidlievende Nederlandsche volk weerklank heeft gevonden. Dr. H. Brugmans schreef een warm woord van aanbeveling voor deze uitgave. Het gouden oogenblik. — Hilbrandt Boschma. — Erven J. Bijleveld, Utrecht. In ,,Het gouden oogenblik" vindt men een dertiental toespraken en schetsen van den bekenden Russischen evangelist Hilbrandt Boschma verzameld. Toespraken, treffend door oorspronkelijkheid van geest en zegging met een warmen diepen ondergrond. Schetsen, die door elke theologische richting gewaardeerd kunnen worden, door de oprechtheid van hun overtuiging. Hilbrandt Boschma staat temidden van het leven, hij heeft het menschelijke hart gepeild. Zijn overdenkingen zullen den lezer ..door den Evangelischen inhoud raken, beter hen in aanraking brengen met den Eeuwigen". ,,De stille strijder". — G. van Bokhorst. — G. F. Callenbach, Nijkerk. Een sober, diep ontroerend verhaal uit het boerenleven, Barend, de arbeider, ontworsteld zich aan den stoeren arbeid in den bodem, door zijn oudsten zoon de gelegenheid te scheppen hoofdarbeider „meester" te worden, daarmede zijn familie meer aanzien te geven. Er is een prachtige sfeer in dit boek van stug werken, van vlijt, van wilskracht en geloof. Geen wonder, dat men al aan het 27ste duizendtal toe is. Een goed boek vindt steeds de waardeering, die het verdient. ,, Misleidende sporen". Boy. Norton. — J. Philip Kruseman, alhier. „Misleidende sporen" is een roman van geld, hartstocht en spel. Twee vrienden, wier wegen na jarenlange scheiding elkaar weer kruisen, komen in een merkwaardige positie. De eene rijk, verliest zijn fortuin, de andere, arm, wint een vermogen. Door deze bijzondere omstandigheden kan de een den ander een bewijs van vriendschap geven, door hem het vergokte geld terug te geven. Zij krijgen beiden de vrouwen, die zij Liefhebben. Eén boek vol afwisseling en spanning. De vertaling is van L. Th. Franse. „De wereld wacht", L. Bonga. — van Gorcum en Comp, Assen. Die Leeuwarder predikant Bonga schreef een leekonspel, dat indertijd bij de V.C.J.B. te Leiden zijn opvoering beleefde. Het beeldlt uit de verschillende instellingen van jongeren en ouderen op het leven. In het eind wordt de taak van de kerk omschreven. Jong en oud werken samen, wijsheid en temperament tot Gods eer. Harry Aes ontwierp voor dit leekensipel de décors. Riek Wesseling verzorgde den omslag van deze uitgave. „Klanten", Wies Defresne. — Em. Querido, Amsterdam. Humor in onze literatuur. Welk een bescheiden plaatsje neemt hij in. Hoe weinig schrijvers bezitten dien sprankelenden geest.die ons doen glimlachen bij het lezen hunner boeken. Zijn onze Hollandsche romans niet vaak loodzwaar van gewichtigheid? Zoo'n tintelend boekske als Wies Defresne het licht heeft doen zien. danst er tusschen door als een luchtig veertje. Wies Defresne beschrijft de klanten in een grenskroegje ergens in Zuid-Limburg. Zij heeft een scherpe opmerkingsgave en in eenige Speelsche zinnen, teekent zij de pimpelaars en doordrinkers ten voeten uit. Het is een jolig boekje, dat animeert tot meer.

    „Waar wij wonen". Dr. Jac. P. Thijsse. — N T .V. Verkade's Fabrieken, Zaandam. Zoo tegen St. Nicolaas pleegt het nieuwe Verkade's album te verschijnen. Het is e*n vast wederkeerende, trouwe vriend in de huissamer geworden. Het wordt verwacht en zijn uitblijven zou een teleurstelling verwekken, een plaats leeg laten. Het is eigenlijk een vanzelfsprekend iets. Het verrassende element alleen blijft alleen nog daarin: Hoe zou het er uit zien. Heeit men i,- ( »er een nieuw pakkend onderwerp weten te vinden? En als het dan eindelijk verschijnt, dan is men weer bijzonder verheugd. Want hoe hoog men de eischen stelt, men slaagt er steeds in boven deze eischen te blij\ en. Dit is wel het allermoeilijkste van deze bijzondere ui 'taven. Er wordt vooral gedurende de laatste jaren veel gedaan voor het behoud van natuurschoon. In de annalen van deze beweging mogen de Verkade's fabrieken wel met eere genoemd worden, want zij zijn het toch. die de liefde voor tie natuur met haar plaatjes en albums aankweeken. Het nieuwe album „W aar w ij w o n e n", brengt in zooverre iets nieuws, dat het thans handelt over het Hollandsche landschap, zijn ontstaan en ontwikkeling. En de auteur daarvan is thans weer niet minder dan dr. Jac. P. Thijsse, die met zijn welversneden pen oas uitnoodigd mee te gaan wandelen langs groote rivieren, door de duinen, naar heide en vennen, bossclien >en beken, plassen en moerassen en Zuid-Limburg. Dr. Thijsse beschrijft ons land met warmte, boeiend en beheerscht. Hij doet ons realiseeren, dat ieder landschap in het tegenwoordige stadium niet anders is dan een onderdeel van een onafgebroken proces van verandering en groei in de natuur, een boeiend stuk geschiedenis voor wie er oog voor heeft. En het kan wel niet anders of wie op dergelijke wijze zijn land leert zien, voelt het tevens z'o taak om te trachten, in dit dicht bevolkte gebied iedere onnoodige vernietiging van natuurschoon te verhinderen. Het is echter niet alleen de tekst van dr. Thijsse, die de bewondering afdwingt. Ook het kunstenaarstrio J. Voerman jr., C. Rol en H. Rol is weer op zijn best. Zij concurreerden a's het ware tegen elkaar, wie de fraaiste aquarellen voor dit album zou kunnen afleveren en wij zouden niet weten, aan wien deze eer zou toekomen. De zwartwit teekeningen zijn bivendien nog van de hand van C- Rol. Iets nieuws in dit album is nog, dat de bekende kleine plaatjes zijn vervangen door uitsluitend platen van groot formaat: vijftien van de zeven en twintig zelfs van een heele pagina! Verheugd ontdekken wij, welke nieuwe mogelijkheden dit biedt' bladzijde na bladzijde werd het tot een prachtige aquarel van dichtbegroeide duinen, stovend in de zon, een wijd verschiet boven onze groote rivieren, 'n eenzame heideplas in Drente of hoog-opgaande populieren langs een Limburgsch riviertje. 't Is alles zoo typisch Hollandseh en van zóó groote verscheidenheid, dat het ons treft, hoe rijk aan natuurschoon ons kleine landje toch wel is. Alles met alles. Het nieuwe album is er en zal een niet minder geestdriftig onthaal vinden dan zijn voorgangers. Wij zijn er van overtuigd. De plaatjesverzamelaars kunnen weer met fnssehen moed aan den slag. Hun wacht wat schoons als belooning. Adam's vijfde rib. Paul Guermonprez. Bigot en van Rossuni, Amsterdam. Onder het motto ..Schoonheden van het zwakke geslacht, en zwakheden van het schoone geslacht" heeft Paul Guermonprez een aantal „wijsheden" over vrouwen verzameld en voorzien van gekleurde teekeningen van Leo Meter, in de Uilenreeks het licht doen zien. Deze botanist in den literairen bloementuin onzer klassieken moet wel een vrouwenhater zijn. Want de rozen die hij er geplukt heeft hebben haast alle doornen. Of zijn onze groote auteurs allemaal zulke vrouwenhaters geweest. Want het is een feit, de meesten hebben iets stekeligs over de vrouwen en de liefde te zeggen. Teleurgesteld of te veel genoten? Wij laten het voor wat het is. Wij noemen slechts enkelen van de velen, waarbij de bundelaar iets gevonden heeft. Euripides, Vergilius, Plantus, Ovidius, Walther von der Vogelweide. Dante, Villon, Lnther, Shakespeare. Jacob Cats, Vondel, de la Rochefoucauld. Voltaire, Lessing, Goethe. Schiller. Napoleon, Schopenhauer, Nietzsehe Byron, Heine, de Balzac, Thackeray, de Musset. De toepasselijke teekeningen van Leo Meter zijn primitief. Het omnibusboek. — Samengesteld door I. C. de Boone-Swartwolt en A. Hamaker-Willink. — J. M. Meulenhoff, Amsterdam. De titel van deze serie verhaaltjes, prentjes en zwartjes is een vondst. Een wagen vol verhalen, van allerlei soort, groot en klein van allerlei slag, verhaaltjes om voor te lezen, verhaaltjes om ze'.f. gedoken in een hoekje, te genieten, verhaaltjes die echt gebeurd zouden kunnen zijn en zulke, die de kleinen binnenleiden in de sprookjeswereld. Er is te kust en te keur. Er is afwisseling en vroolijkheid. De conducteurs van deze omnibus zijn: A. Hamaker-Willink; Ro Frankfort-Werkendam; R. Snapper; Dineke Knegtmans, Tini van HaselenKas; Mien Labberton, H. Verstijnen, Jan Wiegman. W. Petillon. I. C. de Boone-Swartwolt. Rie Cramer, Nannie van Wehl, D. H. Cramer-Schaap, L. Moonen-Einthoven, Piet Broos, P. Hornstra. L. André de la Porte-van Bergen, T. van BeemPaleo'ogo en Marg. Bakker. De omnibus is a's een geheel verkrijgbaar, doch ook als wagen met bijwagen. „Bruiloftsgangers". Jo KalmijnSpierenburg. — Bosch en Keuning, Baarn. Het leven op aarde is slechte een bruiloftsgang naar het hiernamaals; wij aard6ohe stervelingen zijn slechts bruiloftsgangers, die opgaan naar de glorie van God. Dit is de strekking van dien knap en sober geschreven roman van de jonge Protestantsche letterkundige Jo Kalmijn-Spierenburg. Zij beschrijft in haar geslaagden roman een arm schoemnakersgezin, dat door rotsvast geloof en overtuiging, de ernstige slagen weet te dragen en blijmoedig, hulpvaardig weet voort te leven, in de berusting, welke wortelt in hun vertrouwen op God. De twijfel, diie in het hartvan de oudste dochter boosheid fluistert, na de geboorte van een doof kindje, waardoor zij in opstand komt, kan geen weerstand bieden tegen het geloof, dat dieper in hart en gemoed zetelt. Niet dit leven, doch dat hierna is eeuwig. Het vergankelijke aardsohe bestaan is slechts een bruiloftsgang. Een oprecht warm boek, dat stellig met belangstelling gelezen zal worden. „Foe van de Yangtze-Kiang", Elizabeth Foreman Lewis. — W. J. Thieme en Cie, Zutfen. Een jongensboek, dait zich afspeelt in China, geschreven door iemand, die er wat de toestanden betreft, niet zoo maar op los fantaseert, doch werkelijk op de hoogte is van de toestanden. Toestanden dus die niet onnoodig verfraaid maar ook nicit, overdreven worden. China zooals het is, noet geïdealiseerd. Het js een verhaal van de leerjaren van Foe Yoen Tak. die te Tsjoenking in dienst komt bij een koperslager. Als dorpeling komt hij in de stad met allerlei voor hem belangrijke nieuwigheden in aanraking. Na vier maanden brengt Foe het tot gezel en ten slotte neemt zijn baas hem als zoon aan. De schrijfster vertelt tal van leerzame bijzonderheden over land en volk, waarbij een woordenlijst en verklaarde aanteekecingen een welkome aanvulling zijn. De uitstekende vertaling is van G. W. Elberts. Het boek is rijk geïllustreerd met zwartwit en gekleurde teekeningen van Kurt. Wiese. „Roodkapje", Poppekastspel in drie bedrijven door J. J. Zuidema. — Van Gorcum

    „Het zwijgen der bergen". Jakson Gregory. — J. Philip Kruseman, alhier. Een boek van Jatkson Gregory lezen beteekent een genoegelijke avond vol spanning. Met dezen roman is deze auteur daarin ook weer volkomen geslaagd. Vriendschap wordt verraden, de liefde voor een meisje wordt gedoofd en gaat over op haar zuster, moordenaars worden ontmaskerd en gestraft, er is dorst naar goud en wraak, er zijn gevechten op leven en dood. Doch boven alles domineert de liefde. Wat wil men nog meer? De vertaling is van J. G. H. v. d. Bovenkamp jr. „Wij knutselaars", Piet Marée. — H. F. Leopold's Uitg. Mij., alhier. Komen de kinderen bij u, om hen te heken bij knutselwerk en weet u er zelf geen raad mede, omdat, beken het maar eerlijk, uw handen verkeerd staan, roept dan Piet Marée te hulp. 1 iet Marée is een aarts-knutselaar, die in de meeste gevallen raad weet. Maar hij kon niet overal tegelijk zijn. Hij heeft er wat op gevonden. Hij heeft zijn adviezen verzameld in een boek. En wenscht gij op zijn kennis en handigheid dus een beroep te doen. dan schaft gij dit boek aan. Hij is dan ten allen tijde ter uwer beschikking. ^ at laat hij uw jongens maken? Ziehier een korte opsomming: Een Velo -car, een zonneschijn-motor, kruissteekwerk en -patronen. Houtarbeid, zooals werkbank, gereedschaprek, trapje, tafels, stoelen en tuinbank. Legspelen, hang- en schemerlampen, speelgoed, schabloneeren.» boekenkasten en complete kampeertenten. een bureaustoel, schilderijen van wol en lapjes, linoleumsnijden en een waterfiets, fotografeeren. fototrocjes en fotorecepten enz. En dat alles voorzien van een 200-tal teekeningen en een 20-tal fotografieën. De typografische verzorging van dit knutselboek is eveneens van den auteur. Die mag er zijn. In één woord een prachtboek ! „Poppenkast", Ch. A. Cocheret, W. L. en J. Brusse. N.V., Rotterdam. De journalist, die wel eens Vbor de taak gestaan heeft dagelijks een klein feuilletonuetje voor zijn blad neer te pennen, die wel eens heeft zitten zwoegen om een hebbelijk stukje op het papier te krijgen, een stukje, dat nog wel geschikt is om gedrukt te worden, ontkloven aan zijn vulpenhouder, die weet de schetsboekbladen door Cocheret. bijna dagelijks verschijnende in de N. R. Ct„ bijzonder te waardeeren. Jaren achtereen op geestige wijze de lezers bezig te houden, nimmer vervelend te worden, dat is een prestatie, een eeresaluut waard. En dit eeresaluut heeft de uitgever Brusse dezen journalist gebracht door een vijftigtal van deze eendagsvlinders een langer leven in ti< blazen, hen door bundeling aan de vergetelheid van allen dag te ontrukken. Zij hebben dat ten volle verdiend. Met bijzonder genoegen hebben wij wederom genoten van den beschaafden fijnen humor van Cocheret en bovendien ook zijn punti<* terken stift weer bewonderd. Cocheret to<*h is ook bekend als sportcaricaturist. Het is wel een bijzonder voorrecht, op ® u lk^ een wijze zijn eigen pennevruehten op deze wijze te kunnen verluchten. „ , In de poppenkast van het dageluksohe roezemoezige leven is deze ..Ponpenkast" er een. die wij veel toehoorders en kijkers toewenschen. „De moord aan de piano". George Bagbv. — J. Philip Kruseman, alhier. De beroemde pianist Wilchenski leidt een dubbel leven. Hij is ook handelaar in verdoovende middelen. In verband hiermede staat hij m relatie met Snake, een berucht smokkelaar. Het leven van den pianist, die een bruut is, is een aaneenschakeling van laaftheden. zoodat zijn dood door misdadige hand niet betreurd wordt, evenmin die van Snake, den smokkelaar. Doch het recht moet zijn loop hebben. Inspecteur Schuimt zal het onderzoek ter hand nemen doch kon met voorkomen, dat ook Charles, de huisknecht, enpassant wordt omgebracht. Hoewel iedereen in huis een alibi schijnt te hebben, weet inspecteur Schmidt tenslotte toch deze raadselachtige zaak ' einde te brengen. De vertaling is van Herman Antonsen. „Kinderzaal", Anke Servaes. — Hollandia Drukkerij, Baarn. Anke Servaes heeft thans qp haar novellenbundels „Be&oekuur" en „Spreekuur , fijngevoelige verhalen van kinderleed en verpleegsterstoewijding doen volgen door een roman, waarvan reeds dadelijk na verschijnen een tweede druk van de pers is gekomen. Geen wonder! Haar vertellingen spraken direct tot het hart, men kwam onder den indruk van haar oprechte ongekunsteldheid. Haar zachte stem te beluisteren was een weldaad. In „Kinderzaal" schrijft Anke Servaes over het leven in een groot kinderziekenhuis, waar men niet alleen met de moeilijkheden te kampen heeft, welke het verplegen van kiemen medebrengt. doch ook met den onwil en onkunde der anderen, die vaak tegen de voorschriften in, door misplaatst medelijden, éiet leed der kinderen vergrooten inplaats van verzachten. Zuster Liesbeth is hier de zuster, wier leven liefde en toewijding voor de kinderen beteekent. Haar taa.k is dienen en offeren. Deze groote kinderliefde brengt haar tot dokter van Heuven. Het groote leed der kinderen vereenigt hen tot denzelfden strijd en voert hen tot een groot geluk. . , Een fijn, bijzonder boek, dat reclame voor zicnzelf maakt door zijn sobere bescheidenheid. „Handleiding voor het poppekastspel". Inrichting en bewoners van de oudhollaJid-sche poppenkast, door J. J. Zuidema. — Van Gorcum & Camp., Assen. De belangstelling voor de poppekast is overal in het land groeiende. Velqn zouden er gaarne een willen bouwen, maar missen de gegevens, die noodig zijn. In deze handleiding vindt ieder de aanwijzingen om met succes een_ poppekast samen te stellen. Tot in finesses is de bouw en inrichting duidelijk beschreven, ook voor den volslagen leek volkomen begrijpelijk. Geen onderdeel of er is een beschrijving van gegeven, terwijl niet minder dan vijfenvijftig illustraties den tekst verduidelijken. „De schoonheid van ons land". — Van Texel tot Walcheren. — (Uitgeverij Contact, Amsterdam., Dit is het eerste deel van een standaardwerk, dat de bedoeling heeft de schoonheid •van ons land fotografisch vast te leggen. Het zal dan ook binnenkort gevolgd worden door „Langs de Zuiderzeekust", „Amsterdam" en „Het land van hei en bosch". Het is een iprachtig werk, rijk aan bijzondere fotoreproducties, waaraan zeker niet de eersten de besten hebben medegewerkt. Het is een zeer bijzondere uitgave. Het belooft dan ook geen vei-wondering te wekken, dat prof. di. G. A. van Poelje, secretaris-generaal aan het departement van Onderwijs, Kunsten en Afetenschappen op zulk een geestdriftige wijze in een woord vooraf getuigenis aflegt van zijn bewondering. „Misschien kan men het cultuurpeil van een volk, de innerlijke geestesbeschaving van de massa, nergens beter bepalen, dan naar de mate, waarin eenheid en liefde en bewondering voor do natuur in alle lagen van de bevolking zijn doorgedrongen", aldus prof. van Poelje. De bekende piloot-auteur A. Viruly schrijft in dit boek een g,oedvol artikel over „Onze kust" en Jan P. Strijbos bejubelt ,,De Hollandsche duinen" in een artikel, waarin hij vertelt over het ontstaan daarvan, ae fauna en de fiora. De prachtvolle foto's zijn van Carel Blazer; P. J. Brakman; Paul Guermonprez; A. van Gijzen; Nico de Haas; Kees Hana : A. Klevn; Karei Kleyn; E. van Moerkerken; Kees Sipkes en Jan P. Strijbos.