— Enkele maanden geleden ontbood directeur Pol Clays J complete Flandria-equipe bij zich op de fabriek in Zedelgem. Briek Schotte en alle renners, die in de rood-witte trui van ■* Belgische fietsenfabrikant reden, kregen van Clays de wind goed *H voren. Pol Clays was ontevreden over het uitblijven van spreken* successen van zijn wielerformatie. De vele tonnen, die hij in zijn ''«rkenformatie had gestoken, wierpen maar bitter weinig reclame- eftdement af.
Cl v%s kreeg onverwacht veel tegengas jJJ Jan Janssen, die zich terecht uigde over het gebrek aan een "timaie begeleiding, over de te zwa- fietsen en over het ontbreken van ve*kelijke topspurters in de formatie w'i Clays. Voor Flandria zijn com- gezien twee onderdelen van * wegsport interessant: de klassie- in België en de Tour de France. J 1 drie klassiekers moet een'ploeglei- vei" sprinters kunnen inzetten. Na het >Mrek van Roger de Vlaeminck en .''rie Leman is het echte sprintarsa rse.*al van de Vlaamse brigade uitgeput. Dierickx mag dan een redelijke over zich hebben, hij is tegen ie echte topspurters praktisch kans- K'ïndria probeert met sponsorgenoot r*aulieu met een marginaal budget en profploeg tot grote successen te 'uwen. Maar ook in de wielersport Jjoet de begeleiding werkelijk optimaal zijn, om tot grote successen te Wie denkt dat hij met een kwaliteit tube hetzelfde kan preiken als de concurrentie, die er '6ts meer voor uittrekt, komt bedro*en uit. De renners worden er ook wchisch door beïnvloed als zij zien 'at zij op dat punt al achter liggen st> de concurrentie. Prie tweede plaatsen in de grote Massiekers van André Dierickx (Om'°op van het Volk, Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix) hielden jlandria net buiten de grote publiciteit. Bovendien was het aantal overwinningen in kermiskoersen dit voorseizoen beduidend minder dan vorig kar, toen vooral Eric Leman er vele ?P zijn naam schreef, get grote spektakelstuk zou voor flandria dan de Tour de France moe*n worden, een Tour waarin Zoetemelk door zijn successen de verkoopcijfers van de fabriek weer zou moeten stimuleren. De Nederlandse kopman had daarvoor zijn complete seinen op de Tour de France mogen Afstemmen. Mocht het prestatievermogen van Zoetemelk in het voorseizoen een vraagteken zijn, kort voor de Tour bewees hij dat het aan hem in ieder geval niet zou liggen, wanneer Flandria weinig reclame kreeg. Het eerste optreden van Zoetemelk in het spektakelstuk van Felix Levitan was uiterst hoopvol.
Zijn eerste fout in drie jaar Tour de France was echter fataal. De ontsnapping op weg naar Royan ontstond op een moment dat Zoetemelk voor het eerst in zijn Tour-carrière niet voorin fietste. Eef Dolman, ploegmakker van Zoetemelk: 'Het is gewoonweg ongelofelijk dat dit kon gebeuren. Zoetemelk rijdt altijd voorin. Ik zou er kapot aan gaan. Altijd voorin rijden, altijd geconcentreerd zijn. Maar net toen reed hij niet voorin. Dat werd hem fataal. Het is gewoonweg stom toeval.
Joop Zoetemelk verspeelde met die onoplettendheid zijn minimale kans op een Tourzege. Het geeft hem de kans om zich nadrukkelijk in zijn nieuwe rol van aanvaller te manifesteren. Het is echter de vraag of hij dat doet. Zoetemelk, de rekenaar, heeft namelijk al lang berekend dat hij in het klassement nog een heel eind kan stijgen. 'Om werkelijk spectaculair te rijden, had het gat dat Merckx heeft geslagen, nog veel groter moeten zijn. Nu heb ik nog kaïnsen om in het algemeen klassement hoog te eindigen. Mij rest nog de hoop op een hoge klassering.
Zoetemelk lijkt nu op de eerste plaats uit op een hoge eindklassering. De Tour de France betekent voor hem een vaststelling voor het contract dat hij volgend jaar als beroepsrenner zal krijgen. 'In de Tour de I'Avenir bepaalde ik mijn contract als beroepsrenner. In de voorgaande jaren werd door mijn tweede plaatsen mijn jaarsalaris bepaald, als ik nu derde word en ik win daarbij nog een rit of pak het bergklassement dan ait het meteei weer goed voor volgend jaar. Ik heb voor mijzelf toch nooit het gevoel gehad, dat ik Merckx of Ocana wel eventjes zou verslaan.
Voor Zoetemelk is het dramatisch dat hij in deze Tour de France met een
f tour I de france \ 1 Joop fiolthausen f
ploeg moet aantreden, die kwalitatief ver ten achter ligt bij de brigades van Gan-Mercier, BIC en vooral Molteni. Bovendien verloor hij in de proloog zijn klimmer Andrade al. Ploegleider Briek Schotte: 'Dat verlies van Andrade was voor onze ploeg een grote klap.
handicap zijn, dat de ploeg die hem onringt niet al te veel kwaliteit telt, de mannen die hem moeten steunen missen van de andere kant een echte leider. Briek Schotte is wat de Belgen noemen een brave man, maar met braafheid alleen kom je in — al net zo min als buiten de wielrennerij erg ver. Eef Dolman zelf is te weinig baas voor een renner met zijn kwaliteiten. Eef Dolman, een van de beste coéquipeurs die Zoetemelk heeft, vertelt daarover: 'Joop commandeert in de koers nauwelijks. Volgens mij heeft hij meer klasse dan Jan Janssen maar terwijl je bij Janssen wist waar je aan toe was, moet je het bij Joop altijd zelf maar zien. Hij koerst altijd naar voren. Jan Janssen liet zich bij een heuveltje wel eens naar achteren zakken. Dan ving je hem op, zette hem uit de wind en bracht hem naar voren. Dat gebeurt bij Zoetemelk nooit. Hij doet onnoemlijk veel zelf. Waar Janssen zich spaarde, rijdt Zoetemelk zelf. Hij profiteert veel minder van de hulp van zijn ploeg. In het geld-klassement, dat het organiserende blad I'Equipe dagelijks publiceert, neemt Flandria een uiterst bescheiden plaats in. Voor de beroepsrenners is dat een uiterst zorgelijke situatie. Schotte: 'Als er weinig wordt verdiend, komt dat de moraal niet ten goede. Dolman: 'Als daar geen verandering in komt, zie ik nog wel een paar Belgen naar huis gaan. Die denken bij zichzelf: waar doe ik het allemaal voor. Flandria had in de vlakke ritten voor Bavonne min of meer op André Die- Hij moest bovendien de tegenslag overwinnen dat Jan Janssen door de Tour-directie de toegang werd ontzegd. Als mental-trainer had Janssen een belangrijke rol kunnen spelen. Zoetemelk: 'Jan was vooral belangrijk geweest, als ik goed had gestaan in het klassement tegen het einde van de Tour. Hij kent nu eenmaal iedereen in de karavaan en kan goed praten. Dat is belangrijk, want op zon moment kun je elke steun goed gebruiken.
Mag het voor Zoetemelk dan een
rickx gerekend. Briek Schotte: 'André valt tegen. Ik denk dat het voornamelijk een morele kwestie is. Dierickx kan er niet tegen dat hij geen grote wedstrijd heeft kunnen winnen. Hij sprint hier in de Tour geen enkele maal in het voorste gelid mee. Ik begrijp dat hij geen massasprint kan winnen. Maar dan kan hij toch rijden voor een vierde of vijfde plaats. Dat levert voor hem toch ook geld op. Dierickx: 'Die massasprints zijn niets voor mij. Ik kan sprinten in een groepje. Dan wil ik 't tegen de allersnelsten opnemen. Maar ik vertik het om mijn leven te riskeren in een massasprint. Het is waar dat wij weinig geld hebben verdiend tot nu toe. Nu houdt iedereen nog zijn mond. Maar als dat niet verandert, zal er gekankerd worden. Zoetemelk: 'De bergen komen nog. En dan zal ik echt nog wel een paar prijzen voor de ploeg bijeen rijden. Eef Dolman: 'Van het geld in de Tour moet je het toch niet op de eerste plaats hebben. Voor ons is het een kwestie van hier je marktwaarde bepalen, voor de criteria buiten de Tour. Want van de Tour alleen kun je niet leven. Ik heb drie keer gereden in 's werelds grootste wielerwedstrijd. Een jaar heb ik leuk verdiend. Dat was toen Janssen de Tour won. Toen kreeg ik vijftien mille. Maar in de andere ronden ontving ik respectievelijk eenentwintig en vierentwintighonderd gulden. Een gemiddelde van honderd gulden per dag. Hoeveel mensen zijn er bereid om daarvoor die inspanningen te leveren, die wij ons moeten getroosten?'
Joop Zoetemelk kan ondanks alle moeilijkheden nog wel lachen. Hier doet hij dat tegen radio-verslaggever Henk Terlingen.
Dolman over Zoetemelk: Joop geeft geen leiding. "Trouw". Meppel, 08-07-1972. Geraadpleegd op Delpher op 11-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010824560:mpeg21:p021
"Trouw". Meppel, 08-07-1972. Geraadpleegd op Delpher op 11-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010824560:mpeg21:p021
* onze speciale verslaggever 'NDEN — De wijze waarop teland de afgelopen twee we!>met opgeheven hoofd is voortstapt aan het feit dat Wimflon voor het eerst sinds 1877 *het stempel van de hoogste 'JJiteit draagt, moet lachwek*l aandoen — verwonderlijk is j [geenszins. Want het gaat op toïbledon in wezen om andere Jen dan zo goed mogelijk tennis *ewel Wimbledon en kwaliteit «t verleden altijd identiek wall en iedereen ze ook nu graag J zien samenvallen. Maar als ' eens niet het geval is, is er *js aan de hand: Wimbledon jft immers een eigen leven — pis een instituut van de hoge- Britse middenklas en van het JUwelijk deel daarvan in het bijter. I 'Jbledon is goed en wat op Wim?°n gebeurt is daarom ook goed. JJ Evonne Goolagong langs de J« van de afgrond moest om Chris Jjjjt terug te wijzen, beefden de ti> —en na nun Bejubel, toen Jftne het had gered, strooide de al J'seer geïnstitutionaliseerde Britse 'tpers kwistig met superlatieven. 2 Bellamy van The Times sleepte 1 Michelangelo erbij. Wie niet Jjr dit Wimbledon-virus is besmet, i* kunnen zien op welk teleurstel- J« niveau de strijd tussen Evonne zich afspeelde. Zwijg daar ?fer over op Wimbledon. Evonne Plde toch tegen Chrissie en Evonuen Chrissie zijn toch rijkelijk van Juten voorziene lievelingetjes en F geheel speelde zich toch op Wimjjj'ons centrecourt af? Hierop kun je J*5 anders dan bevestigend antwoor-5' Welnu, daarom kan zon duel '!;'s anders dan een historisch en jliatisch gevecht zijn, waaraan we * lang in lyrische bewoordingen *ten terugdenken. .deze denkwijze schuilt de oorzaak J 1 het conflict dat de tenniswereld i al jaren verdeeld houdt en dat l'"ibledon van de profs van Lamar Pt beroofde. Voor één keer hope- R Want ook Wimbledon ziet een Jer, een Newcombe en een Rosekl' graag terug. Volgende week, Paneer de Internationale Tennisfe*Mie (ILTF) in Helsinki bijeen- JJt, kan de pleister reeds over de worden gelegd, want een com- tussen de bonzen van de ILTF Il Lamar Hunt van de World Chami°lship of Tennis is reeds bereikt. tf tegenstelling is met dat compro- U echter niet weggenomen — het ijflict is dan alleen omwille van het püis min of meer liefdevol bedekt. De ILTF blijft Lamar Hunt echter wantrouwen en vooral in Engeland wordt nog bij voortduring van de daken geschreeuwd dat als Mister Hunt zo graag het tennis wil steunen, hij dat het beste kan doen door te vertrekken. Het is niet zo verwonderlijk dat die roep juist uit Engeland komt, waar tennis zijn wieg had en waar tradities zo lang bewaard blijven. Lamar Hunt kent geen tradities en ziet tennis geenszins als een instituut — hij wil sport verkopen, op een zo hoog mogelijk niveau en op voor het publiek zo aantrekkelijk mogelijke wijze. Hij en de mensen die hij heeft aangetrokken (zoals Mike Davies en John McDonald) hebben daar zo hun eigen, op commercie en efficiënce ge-
wimbledon hans sehmil
baseerde ideeën over. Ideeën die je met de nodige reserves kunt benaderen, maar die toch ook een stroomversnelling binnen de tennissport hebben veroorzaakt. Hij heeft een kleine groep bij elkaar gehaald, een aantrekkelijk circuit opgesteld waarvan de toernooien gemakkelijk aam de televisie zijn te verkopen en wanneer door het compromis volgend jaar zijn activiteiten tot vier maanden zijn beperkt, opereert hij niet alleen met twee keer 32 spelers, maar vermijdt hij ook de concurrentie van andere sporten. Dat deze formule succes heeft, bewijst de World Tennis Women Pro Tour.
Lamar Hunt rekent daarnaast af met allerlei tradities die tennis tot een sport maakte waar het grote publiek van bleef buitengesloten. Hij beperkte de duur door totie-break en daarmee extra-spanning in te voeren en hij schakelde onberekenbare factoren als het weer uit. Geen gezeur meer over regen of over gras, gravel of beton — de toernooien worden binnen afgewerkt en gaan altijd door.
Lamar Hunt heeft succes. Wanneer de Engelsen roepen dat Hunt de sport kan steunen door te verdwijnen, werpt Mike Davies tegen dat als gevolg van de activiteiten van de WCT de tennis-leraren het drukker hebben dan ooit, dat er meer kleren, ballen, schoenen en rackets worden verkocht en dat er meer indoor- en outdoorbanen dan ooit worden aangelegd, in de Verenigde Staten wel te verstaan. Davies trekt dan ook de conclusie dat een positieve en progressieve benadering zoals van de WCT en de WT women pro tour het tennis alleen ten goede komt. Het blijft echter de vraag of de WCT de trend volgt of dat de WCT de trend stimuleert. Feit is in ieder geval dat tennis in de Verenigde Staten snel groeit. In 1960 waren er een 5.6 miljoen spelers: vorig jaar was dat aantal tot 11 miljoen aangegroeid. Per jaar komen er een half miljoen spelers bij. De omzet vam tennisprodukten stijgt met twintig procent per jaar en in de Verenigde Staten zijn nu reeds een 700 overdekte tennis-complexen (met sauna's, snack-bars, crèches, winkels). Sid Wood jr. in 1931 Wimbledon-kampioen en nu fabrikant van indoorvloeren, schat dat de omzet in vijf jaar tenminste is verdubbeld.
Het conflict tussen het geïnstitutionaliseerde tennis en het commerciële tennis manifesteert zich niet alleen op organisatorisch niveau, maar in alles wat tennis is. Wie tennis wil verkopen, zal voor zo goed mogelijk tennis moeten zorgen. En daarvoor zijn niet alleen de spelers en organisatoren verantwoordelijk, maar ook de lijnrechters bijvoorbeeld. Op Wimledon heeft men dat probleem vorig jaar voorzichtig aangepakt door iedere lijnrechter een ogentest te laten ondergaan, maar bevredigend is het nog niet geregeld. De afgelopen week nog hielden Stan Smith, Erik van Dillen, Jim Osborne en Jim McManus een acht minuten durende sitdown-staking op het centrecourt van Wimbledon omdat Osborne herhaaldelijk voor een voetfout werd bestraft. Een eerste taak zou zijn duidelijkheid in de regels aan te brengen en vervolgens een uniforme uitvoering na te streven. Zover is het echter nog lang niet.
In het commerciële pakket past ook de houding van de spelers: smijten met rackets, te laat komen enzovoorts is niet datgene waar het publiek op zit te wachten. Lamar Hunts groep gaf laatst een voorbeeld door Arthur Ashe een boete van 1000 dollar op te leggen wegens het te laat verschijnen op de baan. Wanneer Nastase echter de baan afloopt, zegt de ILTF alleen maar dat hij dat niet meer mag doen. Ook de damesgroep heeft zijn eigen regels over goed gedrag opgesteld. Wie bij de groep tekent, verplicht zich een negental regels in acht te nemen.
Maar meer nog dan veranderingen in het gedrag van spelers, zou tennis baat vinden bij veranderingen in het gedrag van officials —die ongrijpbare instandhouders van tennis als instituut. Nog te vaak zijn spelers aan willekeur overgeleverd, worden regels bij toernooien zonder opgaaf van redenen gewijzigd, worden spelers in onzekerheid gelaten. Een logische stap zou de oprichting van een vakbond voor tennissers zijn. John Newcombe heeft het een paar jaar geleden geprobeerd, maar faalde — evenals vorig jaar Frank Froehling. De spelers (gebonden aan een profgroep, aan een fabrikant, aan een advocaat) zijn nog te verdeeld, ondanks het feit dat de tijd meer dan rijp is voor 'player power.
Het compromis tussen Hunt en de ILTF kan hiertoe bijdragen, want de verschillen tussen de oontractprofs en de onafhankelijke profs vallen dan grotendeels weg. Robert Briner, de vroegere directeur van de WCT, wordt gezien als de man die de spelers dan zal kunnen organiseren in een groep die het tennis van binnen uit eens echt zo noodzakelijk moderne gezicht zal geven.
Evonne Goolagong: van veel talent voorzienen lieveling van het publiek op Wimbledon.
Sport WIMBLEDON LEIDT EIGEN LEVEN. "Trouw". Meppel, 08-07-1972. Geraadpleegd op Delpher op 11-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010824560:mpeg21:p021
AKEN — Hans Günther Winkler mijdt het hotel waar de leden van de Westduitse ruiterequipe zijn ondergebracht alsof in dat gebouw de meest besmettelijke ziekte is uitgebroken. In dit aan 50.000 toeschouwers plaatsbiedende Reitstadion van Aken laat de oudwereldkampioen zich alleen zien als dat strikt noodzakelijk is. Gistermorgen, toen nog nauwelijks een ruiter in de omgeving van de stallen te bekennen was, trainde Winkler met zijn omstreden paard Torphy en bleek een uur later weer spoorloos. De eens zo gevierde Winkler is eenzaam, verschrikkelijk eenzaam.
Winkler logeert tijdens het fameuze internationale concours hippique in Aken bij de bejaarde Kurt Capellmann. De twee hoofdpersonen in het jongste schandaal van de Westduitse sportwereld hebben elkaar opgezocht. Beiden zijn vorige maand door 11 topruiters aangeklaagd en vervolgens veroordeeld. Winkler, omdat hij (onder veel meer) de helpende hand van de Sporthilfe zou hebben omgedraaid. En Kurt Capellmann, omdat deze als voorzitter van het Deutsche Olympiade Komite für Reiter direct verantwoordelijk is voor de financiële affaire rond de ereburger van de stad Warendorf.
De Westduitse ruiterwereld is 7 weken voor het begin van de Olympische Spelen in München scherper dan ooit verdeeld. Beide partijen echter hebben tot een bestand besloten. Zeer voorlopig, althans. Josef Neckermann de olympisch dressuurruiter en voorzitter van de Sporthilfe en Willi Daume, eerste man van het Westduitse Olympisch Comité, hebben als bemiddelaars de zich als een olievlek uitbreidende rel kunnen indammen.
nietje leert, dat hij vorige jaar aanzienlijk meer dan ƒ100.000.--heeft 'verdiend. Afgezien nog van zijn 'normale' inkomen als vertegenwoordiger. Winkler kreeg vorig jaar van de Sporthilfe een bedrag van in totaal ƒ 30.000,- (een maandelijkse tegemoetkoming van 2500 Mark van ieder van zijn 5 paarden). Zijn elf collega's zeggen echter, dat hij geen 5 paarden, die voor steun in aanmerking komen, bezit. Met de 11-jarige Trophy won Winkler vorig jaar een slordige ƒ 30.000,- aan prijzengeld op de concoursen hippique. Het bedrag is officieel bestemd voor de (in dit geval) eigenaresse van het paard, maar het is in West- Duitsland een publiek geheim dat Winkler de prijzengelden zelf toucheert. De technisch vrijwel volmaakte ruiter kreeg vorig jaar van zijn bond nog eens ƒ12.000,--omdat hij 6 keer in een officiële landenploeg werd opgenomen. (Ter vergelijking: uitgezonden Nederlandse ruiters moeten zelfs het inschrijfgeld zelf betalen). Winkler verdiende tenslotte nos zon 20 mille aan pensiongelden van paardpn, die bij «est?ld zijn. De gratis paardenverzorger, beschikbaar gesteld door het Deutsche Olympiade Komite für Reuter, en een vorstelijke tegemoetkoming'van 4000 Mark in de dagelijkse kosten van dezelfde organisatie maken de aantrekkelijke vergoeding tot een • "npleet salaris. De elf hebben, onder aanvoering van Paul Schockemöhle, fel tegen dit alles geschopt. Zo fel zelfs dat Winkler en Capellmann voor de Westduitse televisie de aantijgingen nauwelijks konden weerleggen. Slechts voor de buitenwereld is van enige rehabilitatie sprake geweest. Indien nodig, zo weten Westduitse insiders, zullen de elf straks nieuwe feiten op tafel kunnen leggen. Inmiddels is de Deutsche Reiterliche Vereinigung in een voor haar revolutionaire positie gemanoeuvreerd. De voorzitter van de organisatie, de statige graaf Dieter Landsberg Velen deed donderdagavond een bijna dramatisch beroep op de pers zich in deze zaak in te tomen. Later strandt een nachtelijk vraaggesprek met de grootgrondbezitter uit het Sauerland voortdurend op ontwij» kende antwoorden en rie woorden geen commentaar. landsberg, uiterst vriendelijk: 'De zaak heeft me volkomen verrast. Dit alles is veel te snel in de publiciteit gekomen. Van eni» ge discussie binnen onze organisatie is geen sprake geweest. Ik ben blij dat de laatste bespreking het resultaat heeft opgeleverd dat wé eerst intern overleg zullen plegen voordat in het vervolg feiten van deze zaak naar buiten worden gebracht. Er is een verkeerde weg ingeslagen. We moeten pas tot publikatie van dergelijke zaken overgaan als alle andere mogelijkheden geen oplossing meer kunnen bieden. Deze affaire heeft me veel pijn gedaan. De in ons land populaire ruitersport is hierdoor duidelijk geschaad.
Winkler en Capellmann enerzijds en de 11 aanklagers aan de andere kant hebben elkaar schriftelijk beloofd, dat de omstreden zaak tijdens het CHIO in Aken met rust gelaten zou worden. De Grote Prijs van de Bondsrepubliek die morgen in het ongetwijfeld bomvolle stadion verreden wordt, geldt namelijk als laatste kwalificatie wedstrijd voor de Olympische Spelen. Maandag gaan de verantwoordelijke leiders van de Westduitse Hippische Sportbond ('Deutsche Reiterliche Verenigung") in retraite om vervolgens de ploeg voor München voor te dragen. Onuitgesproken hoopt de selectiecommissie dat Winkler morgen in het loodzware parcours strandt. Want de dreiging van de 11 ruiters, dat ze zullen weigeren met Winkler als ploeggenoot naar München te gaan, hangt als een vlijmscherp zwaard boven de Westduitse ruiterwereld. Voor het begin van de laatste selectiestrijd lijken pas twee kandidaten vrijwel zeker van hun afvaardiging: Europees kampioen Hartwig Steenken en Gerd Wiltfang, die in Askan een paard van wereldklasse bezit.
Gerd Wiltfang behoort niet tot de ondertekenaars van de eis om Winkler uit te stoten. Vermoedelijk heeft hij onder druk van zijn staleigenaar, de steenrijke aannemer Wolfgang Kuhn. de protestbrief genegeerd.
Knhn /iet namelijk een kans om naast Winkler en Wiltfang nog twee 'ongebonden' ruiters voor München te leveren. Onder wie zijn jonge 7oon Paul. En daarmee zou de droom van de trotse ex-bokser toch in vervulling gaan. Stal Kuhn als Duitse equipe naar de Spelen, het kan niet mooier.
De gebrilde Hans Günther Winkler (45) is de enige Westduitse topruiter. die tegemoetkomingen van de Siorthilfe ontvangt. De bedragen zijn niet mis. Een simpel rekensom-
Winkler in betere dagen (vorig jaar in Rotterdam) lid van de Duitss ruiterequipe. V.1.n.r.: Winkler, Ligges en Snoek.
Duitse ruiter eenzaam in Aken Winkler zit nog op de wip door: Gerrit den Ambtman. "Trouw". Meppel, 08-07-1972. Geraadpleegd op Delpher op 11-04-2025, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010824560:mpeg21:p021