Handboek der bijzondere ziektekundige ontleedkunde

  • Kopieer en plak deze bronvermelding in je document

Er is helaas een probleem met het ophalen van de afbeelding.

Dit kan twee oorzaken hebben:

  • De publicatie is nog niet beschikbaar in Delpher, maar zal dat binnenkort wel zijn.

  • Er is een tijdelijke storing met het laden van de afbeelding.

  • Probeer het later opnieuw.

    Onderstaande tekst is niet 100% betrouwbaar

    De zinking der scheede is, niet alleen in vele gevallen, om Iiel groot verlies van vochten, maar ook altijd wegens haren gcinakkclijkcu overgang tot de baarmoeder, en verder op in de trompetten, en wegens de daarvan afhankelijke ziekten van deze dcelen, een gewigtig lijden. Zij geeft ten gevolge van verslapping aanleiding tot inschuiving der scheede, tot hare ontvelling en oppervlakkige verzwering, zoowel van de sclieede zelve als van de uitwendige schaamdeelen en hunnen omtrek, van het scheedegedcelte der baarmoeder, tot verettering der slijmklierljes, toegroeijing (atresia) der scheede, blijvende vergrooling der slijmklierljes, uitzetting van het vaatnet der scheede, en maakt daardoor dat de genezing uiterst moeijelijk plaats vindt en de kwaal ligt weder terugkeert.

    /3) Uitzweetingsprocessen.

    In zeldzame gevallen komt een oorspronkelijke croup op op het slijmvlies der scheede alleen staande voor. Meermalen bestaat deze als zoodanig bij een in lievigheid meestal zeer ontwikkeld uitzwectingsproees op de binnenvlakte der baarmoeder na de baring als kraamvrouwenziekte; dat is, het is een van de baarmoeder op de scheede uitgebieid proces. Nog veelvuldiger komen de uitzweetingsprocessen met de meest verschillende voortbrengselen, beperkt tot enkele plaatsen of over de scheede uitgebreid, als opvolgende voor, en wel zoo ten gevolge van eene vergiftiging der bloedmassa, hetzij deze een gevolg is van eene aan kraamvrouwenziekte lijdende baarmoeder, hetzij zij van eenig ander punt uitgaat, als ten gevolge van eene ontaarding van het typheuse en van menig proces van uitslagziekte. Zij veroorzaken alsdan zeer dikwerf, overeenkomstig de bloedziekte en hunne daarvan afhangende voortbrengselen , verweeking van het slijmvlies der scheede en van het daaronder liggend bindweefsel in verschillenden vorm en tot verschillende diepten: zij klimmen niet zelden tot eene verstervingskorst, en veroorzaken een verlies van zelfstandigheid, waartoe ongetwijfeld vele der hier voorkomende likteekens behooren. Bovendien breiden zij zich niet zelden over de uitwendige schaamdeelen, het middenvleesch en de billen uit, en hebben uitgestrekte verwoestingen ten gevolge.