Goena-goena

  • Kopieer en plak deze bronvermelding in je document

Onderstaande tekst is niet 100% betrouwbaar

fraaie stijl of gedachtenvlucht, men wilde geboeid zijn, door welke middelen dan ook, maar men wenschte vóór alles te controleeren of de schrijver de „toestanden” wel kende en of wat hij vertelde met de bevindingen van andere Indischgasten behoorlijk overeenkwam. Dit soort controle dwingt tegelijk tot groote preciesheid en een zekere platvloerschheid, waar de school van het realisme zich overigens weer gemakkelijk mee kon verstaan.

_ Daum’s bekendheid in het moederland begint bij de befaamde lof van Van Deyssel over zijn eerste twee romans. In een later artikel, ongenietbaar gesteld en vol van het slechte humeur des gearriveerden letterkundige die zich hernemen moet omdat hij misschien te veel heeft gezegd, werd Daum de les gelezen: zijn verder werk viel niet mee, hij moest zich vooral niet te veel verbeelden, en een werkelijk goed schrijver was hij volstrekt niet. Wat Van Deyssel, zelf een zoo slecht verteller, uit de hoogte bewonderde, was de spontane vertellersgave van den onbekenden Maurits; wat hij, zelf realist, gemakkelijk op den koop toe nam, was de zwarte kijk op menschen en dingen; wat hij steeds minder kon verdragen of verantwoorden was het f euilleton-element in dit koloniale werk. Maar men begrijpt Daum verkeerd, en men doet vooral onrecht aan zijn talent, wanneer men vergeet dat hij, als indisch journalist, met zijn realistische romans het probleem had op te lossen van zijn lezers ook nog te boeien per feuilleton; zonder hem naar goed vaderlandsch gebruik meteen met Balzac te willen vergelijken, kan men zeggen dat hij in zijn werk deze