De archieven van kloosters en andere stichtingen in Delfland

  • Kopieer en plak deze bronvermelding in je document

Er is helaas een probleem met het ophalen van de afbeelding.

Dit kan twee oorzaken hebben:

  • De publicatie is nog niet beschikbaar in Delpher, maar zal dat binnenkort wel zijn.

  • Er is een tijdelijke storing met het laden van de afbeelding.

  • Probeer het later opnieuw.

    Onderstaande tekst is niet 100% betrouwbaar

    HET KLOOSTER MARIA MAGDALENA IN BETHANIË TE 's GRAVENZANDE.

    INLEIDING.

    In de eerste helft der 13de eeuw werd door de graven van Holland in hun residentie 's-Gravenzande een gasthuis gesticht om als logement te dienen voor zwervers. Het reglement*) spreekt van een hospitalium pro reysantibus in Zeelandia '), waar men slechts één nacht onderdak kon vinden en bij storm hoogstens twee; wie aldaar ziek werd, moest worden geëvacueerd naar Delft of den Haag. Aan het hoofd stonden 2 gasthuismeesters, die tevens het beheer der inkomsten hadden. In het begin der 15e eeuw schijnen zij dit verwaarloosd en de • gelden voor andere doeleinden besteed te hebben. De Eegulieren van St. Hieronymusdal teDelft maakten hiervan gebruik door zich tot Philips den Goede te wenden, wijzend op dit wanbeheer, met verzoek hun die inkomsten te schenken tot het stichten van een klooster hunner orde te 's-Gravenzande. Waarschijnlijk is hun aandacht juist op dit gasthuis gevallen,' doordat een hunner conventualen in 1404 door den graaf begiftigd werd met de kapelanie op het altaar der Heilige Maagd en St. Anna in het gasthuis. Den 24sten April 1427 droeg hertog Philips als ruwaard van Holland deze inkomsten over, op voorwaarde, dat de Eegulieren het gasthuis met 8 bedden in stand zouden houden. Den 3den December 1427 verhief bisschop Zwedee van Utrecht het huis tot een klooster der orde van Eeguliere Kanunniken van St. Augustinus met bevestiging van deze overdracht. De stad scheen een overdracht door den ruwaard niet voldoende te achten, want in Augustus had zij zich tot gravin Jacoba — in 1427 in naam nog de landsvorstin — gewend om deze overdracht te bewerkstelligen. Zonder echter dit antwoord af te wachten, gaf het stadsbestuur in November zijn toestemming tot het oprichten van dit klooster, waarbij het aan zich houdt de benoeming van de gasthuismeesters

    J) Zie het cartularium (Inv. no. 5) fol. XVI verso.

    2) Met Zeelandia zal natuurlijk niet bedoeld zijn het graafschap Zeeland, maar een gebied in de omgeving van 's-Gravenzande. Misschien heette wel a'dus het eiland, waarop 's-Gravenzande is ontstaan. (Zie „de Masemude" van Dr. A. A. Beekmak in Tijdschr. v. h. Kon. Ned. Aardrijksk. Oenootsch. 2e Ser. dl. XXXVI afl. 3). In de 14de eeuw komt te 's-Gravenzande de naam Zeelander of van Zeeland herhaaldelijk voor en is ook wel sprake van Zeelandersland. In het request om secularisatie of verhuizing, vermeld in Bijdr. bisd. Haarl. XXV 371 beklagen de broeders zich, wenschende bevrijd te worden van de landloopers en vagebonden, die hen, „als niet wijt van de Zeelant leggende", dagelijks lastig vallen.