193
dag had Mouquette hem gesmeekt terug te komen, en hij kwam terug, beschaamd, bevangen van een lust, dien hij zichzelf niet wilde bekennen, voor dat meisje, dat hem vereerde als een Christus. Hij kwam trouwens terug met de bedoeling om te breken met haar. Hij wou met haar praten, haar uitleggen, dat zij hem met achtervolgen moest, terwille van de kameraden. Het was nu geen tijd om pret te maken; het was niet netjes het ervan te nemen, als de anderen honger leden. En toen hij haar niet thuis vond, had hij besloten haar af te wachten en bespiedde de schaduwen van wie langs kwamen.
Onder den bouwvalhgen schachtbok was de half versperde opening van de vroegere mijn. Een rechte paal, waar nog een stuk dak op rustte, stak als een galg boven het zwarte gat omhoog, en voor den afgebrokkelden muur groeiden twee boomen heen, een lijsterbes en een plataan, die uit de diepte der aarde schenen op te schieten.
Het was een woeste, verlaten plek, de met gras en kruiden begroeide ingang van een afgrond, waar oud hout den doorgang versperde, en sleeen hagedoorns opschoten, die de grasmusschen in de lente voor hun nestjes verkozen. Om groote kosten van onderhoud te vermijden, was de Maatschappij sinds tien jaar van plan deze uitgeputte mijn op te vullen, doch zij wachtte, tot zij in den Voreux een luchtververscher zou hebben aangebracht, daar het groote ventüatie-vuur van de beide putten, die met elkaar in verband stonden, aan den voet van den Réquülart was gelegen, wiens oude schacht als schoorsteen dienst deed. Alleen de betimmering van de bovenste wanden was versterkt door dwars aangebrachte stutten, die den uitgang versperden; men had de bovenste galerijen verwaarloosd, om alleen de grondgalerij te onderhouden, waarin de helsche haard vlamde, het geweldige kolenvuur, dat zoo machtig trok, dat door de gansche naburige mijn de luchttrek als een stormwind heengierde. Voorzichtigheidshalve, om nog te kunnen afdalen en weer opstijgen, was het bevel uitgevaardigd het laddervak te onderhouden ; maar niemand bekommerde zich daar om; de ladders rotten weg van vocht, de portalen verzakten. Boven versperde een doornstruik den ingang, en daar de eerste ladder reeds alle treden had verloren, moest men zich, om af te dalen, laten zakken aan een wortel van den lijsterbes en zich dan maar op goed geluk af laten vallen in het duistere.
Etienne wachtte geduldig, achter een struik verscholen, toen hij plotseling tusschen de takken een geritsel hoorde. Hij dacht, dat een opgeschrikte adder wegvluchtte. Maar het eensklaps ontvlammen van een lucifer verbaasde hem, en hij stond verstomd, toen hij Jeanlin herkende, die een kaars aanstak en onder den grond verdween.
Een zoo hevige nieuwsgierigheid beving hem, dat hij tot dicht bij het gat ging : het kind was weggezakt, een flauw licht kwam van het tweede portaal opgeschenen. Hij aarzelde een oogenblik, dan, zich aan de wortels vasthoudende, liet hij zich vallen; en juist dacht hij, de vijfhonderdvierentwintigmeter, die de mijn diep was, naar beneden te zullen rollen,