288
DE BESTE OPLOSSING.
„Wat ben ik toch een geluksvogel! Want als ik met je trouw, mag ik mee baas zijn over alles, hè?"
„Natuurlijk! Maar.... als ik nu eens arm was?"
Zij tuurde een oogenblik peinzend voor zich uit; toen sloeg zij haar oogen, die plotseling vochtig geworden waren, op en verklaarde op haar oude, onstuimige manier:
„Als je arm was, zou ik precies evenveel van je houden als nu! En als je zoo arm was, dat je moest bedelen, sjouwde ik overal met je mee!"
Hij trok haar in zijn armen en ditmaal verzette zij zich met tegen zijn innigen kus.
„Mijn hemel, wat beteekent dat?" deed een verwonderde stem hen plotseling opschrikken.
Gerard van Maren stond met een verbaasd, ontsteld gezicht op den drempel van de woonkamer.
„Wij zijn verloofd!" riep Ina hem toe.
„Verloofd?" herhaalde hij onnoozel.
„Ja, dat was de beste oplossing!"
„De beste oplossing?"
„Natuurlijk!" ijverde Ina. „Otto zag er zoo tegenop, om alleen op den Beukenhorst te wonen. En ik vond het ook zoo vreeselijk voor hem ! Nu is het toch verreweg de beste oplossing, dat ik met hem ga trouwen, want dan kan ik met hem meegaan!"
„Het is waar, Gerard!" bevestigde Otto. „Je ouders hebben mij toestemming gegeven, om....!"
„Ina! Ons Kleintje! Onze Baby! Verloofd! Neen, dat kan toch niet waar zijn!" stamelde Gerard.
„Waarom niet?" vroeg Ina met een stralend