't Was maar een speelman

  • Kopieer en plak deze bronvermelding in je document

Onderstaande tekst is niet 100% betrouwbaar

220

komen, die naar Kopenhagen gingen. Ieder sprak van de knappe menschen en de schoone paarden; en Christiaan en andere liefhebbers gingen hun voorstellingen bijwonen.

Naomi en de oude Gravin waren in Odense, en beiden waren zeer voldaan over de prestaties van den troep. De eene dame van het gezelschap, zei de Gravin, gedroeg zich zoo zedig, aat men zonder eenige verlegenheid haar welgevormde leden kon bewonderen; zij stond met de zwierende pluimen op haar hoed en de wapperende vanen in haar handen, terwijl de zwarte klepper meer scheen te vliegen dan te loopen. Naomi benijdde haar dit oogenblik. De mannen waren allen zoo welgemaakt, zoo sterk gespierd en vlug, dat de moeilijkste toeren slechts een spel voor hen schenen te wezen. En toch beweerde men, dat de eerste rijder van den troep, Ladislaw, een Pool van een-en-twintig jaar, nog in het geheel met te voorschijn was gekomen. Men verzekerde, dat zijn stoutheid aan vermetelheid grensde. Hij was pas van een zware ziekte hersteld, en had daardoor nog met kunnen optreden. Bij de volgende voorstelling bracht hij een paard in de renbaan, en aller aandacht werd op den man gevestigd, die inderdaad een ideaal van mannelijke schoonheid was, en wiens gelaat nog wel eenige sporen zijner ziekte, maar tevens ook den stempel eener aan overmoed grenzende stoutmoedigheid droeg. De zwarte wenkbrauwen gaven nog meer uitdrukking aan zijn trekken, maar zijn oog had als gevolg van zijn ziekte, nog een kwijnende uitdrukking Allen beschouwden hem met belangstelling hoewel nfemand een bewijs zijner kunstvaardigheid had gezien. Er waren allerlei geruchten over hem in omloop De een zei, dat hij van adel was en zijn bemïïde door een ongelukkig schot had gedood; een ander wilde weten, dat hij om een tweegevecht uit ziin vaderland had moeten vluchten; en een derde wist van zeer nabij, dat hij uit liefde voor een schoone kunstrijdster zijn geboorteplaats had verlaten, maar dat de schoone onlangs gestorven was. Wat er ook