HALMAHERA — HALMAHERA-TALEN.
9
met damarboomen. Concessionarissen hebben zich dus steeds ten aanzien van het produkt met de eigenaren te verstaan, want de boomen zijn onvervreemdbaar. Tegen een vijfde van de opbrengst worden damar-. sago- en klapperboomen aan anderen in gebruik gegeven. Voor het vischreeht betalen vreemdelingen een klein deel van hun vangst aan het betrokken hoofd.
De dorpshoofden spreken recht in adatzaken, waarop een maximum boete van 5 realen staat. De real is een denkbeeldige munt ter waarde van f 1.60. Adatzaken met een maximum boete van 30 realen worden berecht door den Hakim, samengesteld uit het districtshoofd, onderdistrictshoofd en het betrokken dorpshoofd (in de laatste jaren is, zoo mogelijk, de afdeelingschef hiervan voorzitter). Van de opgelegde boeten krijgt de beleedigde partij de helft; de rest verdoelen de inlandsche rechters onder elkander. In civiele zaken krijgt de Hakim 10 procent van de boete.
Thans zijn over geheel Halmahera alle belastingen in natura en persoonlijke diensten ten bate van sultan en hoofden vervangen door een belasting in geld van alle weerbare mannen, zonder onderscheid van godsdienst, van hoogstens 5 gulden per jaar. De helft daarvan, na aftrek van colleoteloon, ontvangt de sultan; de andere helft wordt in de landschapskas gestort.
Literatuur: Giov. Batt. Ramusio, Prime volume. ... della Navigatione. Venetia 1663; Luis de
Guzman, Historia de las Misiones Alcala 1601
(Rijksarchief); B. L. de Argensola, Conquista de las islasMalucas Madrid 1609: J. P. C. Cambier, Rapport over Tidoreesch Halmahera. Bijdragen T. L. en V. 3e reeks 1872; T. J. Willer, De Halfoeren van Noord-Halmahera. 1858; H. van Dijken, Togt naar het Iboe-gebergte. Ber. TJtrechtsche Zendingver. 20. Utrecht 1879; Idem Küsten-und Bergfahrten in Halmahera. Mitt. der geogr. Gesellschaft. 1884; C. F. H. Campen, Halmahera, Gissingen omtrent herkomst der bevolking. Tijdsch. N.I. 1884; Idem, Beschrijving van het distrikt Kau. T. A. G. 2 serie, deel 1.; Idem, Beschrijving van het landschap Toebaroe of Gam-mie. Tijds. T. L. en V. van N. I. 4 volgreeks, deel 10. 1885; Idem, De Alfoeren van Halmahera. T. N. I. 1883; Idem, De godsdienstbegrippen der Halmaherasche-Alfoeren. T. B. G. deel 27. (1882); en 30. (1885); Idem, Houtsoorten van Halmahera. I. Gids, 5 jaarg. 1883; Idem, De landbouw op Halmahera. T. v. N. en L. deel 28. 24; Idem De visscherij op Halmahera. idem deel 28; Idem, Eenige mededeelingen over de Alfoeren van Halmahera. Tijdsch. T. L. enVk. 4 volgreeks, deel 8. 1884; Idem Het eiland Halmahera. Tijdsch. T. L. enVk. deel 28. 1883; Idem, Nalezingen op het opstel over de godsdienstbegrippen der Halmaherasche Alfoeren. Tijdsch. B. G. deel 28; Berichten Utrechtsche Zendingver. 1885. Gewoonten der Galelareesche Alfoeren bg overlijden en begrafenissen; J. G. F. Riedel, Galela und Tobeloresen. Zeitsch. für Ethnologie. 17. Berlin 1886; F. S. A. de Clercq, Zielenhuisjes in het distrikt Tobelo. Intern. Archiv f. Ethnogr. 1889; Idem Bijdragen tot de kennis der residentie Ternate. Leiden Brill 1907; M. J. van Baarda, Ue de Halmahera. Buil. Soc. d'Anthropologie 4 Paris 1893; Idem, Galelareesch-Holl. woordenlijst. 1895; Idem, Fabelen, verhalen en overleveringen der Galelareezen. Bijdr. Ind. Inst. Rks 6; W. Kükenthal, Forschungsreise in den Molukken und in Borneo 1896; J. Fortgen s,
Van Sidangoli naar Iboe. Med. Ned. Zend. Gen. deel 48. (1904); A. Hueting, Het distrikt Tobelo op de oostkust van Halmahera. T. E. A. G. 1905; Idem, Tobeloreesch-Holl. woordenboek; Idem, Verhalen en vertellingen in de Tobeloreesche taal; J. L. D. van der Roest, Woordenlijst der Tobelo-Boingtaal. 1905; A. Wichmann, Der Ausbruch des Vulkans Tolo auf Halmahera. Deutsch geologische Zeitschrift. 1897; E. C. Abendanon, Celebes en Halmahera. 1910; G. J. J. De Jongh, De oostkust van Noord-Halmahera. Tijdsch. A. Gen. [1909. Zie verder onder MOLUKKEN. f-'
HALMAHERA-TALEN. Deze benaming heeft geen taalkundige, alleen aardrijkskundige beteekenis, want de talen 'die op Halmahera en de kusteilanden worden gesproken vallen in twee streng af te scheiden groepen, die niet met elkaar samenhangen, de Noord- en de Zuid-Halmaherasche taalgroep.
N oord-Ha lmaherasche talen. Het gebied dezer talen is het geheele Noordelijk schiereiland en de daartegenover gelegen oever der Kaoe-baai, rondom de N.punt van het N. O.lijk schiereiland, tot halverwege de N.kust der Boeli-baai, op 1° N.B., verder de W.-kust van het Z.lijk schiereiland, tot aan kaap Dehepodo, de Z. grens van Ternataansch en Tidoreesch Halmahera, iets ten Z. van den evenaar. Van de kusteilanden behooren tot dit taalgebied: Ternate, Tidore, Mare, Moti, de Loda-eilanden, Raoe, Morotai, en de kusteilanden van Tobelo. Binnen dit taalgebied worden gesproken: Ternataansch, op Ternate en de Ternataansche koloniën, vooral op de W. kust van Halmahera; Tidoreesch op Tidore en Mare; Ternataansch en Tidoreesch beide op Moti en op de W.kust vanZ.-Halmahera, tot kaap Dehepodo. Óp Halmahera: Tabaroesch, Sahoeoesch, waarvan Wajolisch een dialect is, Iboesch (uitstervend), Lodasch, ook op de Loda-eilanden, Galelasch, ook op Raoe en de Z.helft van Morotai, Tobelosch, ook op de eilandjes der O.kust en op de N.helft van Morotai, in het district Tobelo, op de O.kust van N. Halmahera, het hoofddialect (Tobelo Gamsoengi), in het binnenland het Toegoetil, dat ook op de Z.kust van het N.0.schiereiland (de N.kust dus der Boeli-baai) eenig gebied heeft in beslag genomen, en op de beide oevers der Kaoe-baai het Boëngsch dialect (Tobelo Boëng), waarvan weder het dialect van Dodinga zich eenigszins onderscheidt. In het stroomgebied der Kaoe-rivier: het Pagoe of Isam, waarvan het Tololikoe weder eene variëteit iB, en het Modóle. Aan den benedenloop der Kaoe-rivier is van ouds eene Ternataansche vestiging ontstaan uit eene kolonie van ballingen, die met sprekers van Pagoe, Modole, en Tobelo vermengd, eene Tobelosch geaarde taal is gaan spreken, naar Ternataansch karakter vervormd. Het Pagoe is in woordvorm het meest ouderwetsch, het Galelasch heeft het best de spraakkunstige eigenaardigheden bewaard, het Tobelosch is de grootste der NoordHalmaherasche talen. De samenhang tusschen al deze talen is zeer nauw; het Ternataansch staat eenigszins afzonderlijk, omdat 't wezenlijke kenmerken der groep heeft verloren en als algemeene verkeerstaal in het gansche Ternataansche gebied wordt gebruikt,terwijl het opde hoofdplaatsTernate sterk is blootgesteld aan den invloed van het Moluksch Maleisch. Met 't Tidoreesch is dit in mindere mate het geval. Dr. Van der Veen komt in zgn Proefschrift „De Noord-Halmahera'se taalgroep tegenover de Austronesiese talen" (1915) tot de slotsom, dat de Noord-Halmaherasche taalgroep moet worden losgemaakt uit het Austronesisch